Bij een opsomming:
Voorbeeld: "Ik hou van pizza, pasta, en ijs."
Om een pauze in een zin aan te geven:
Voorbeeld: "Als het regent, blijf ik thuis."
Voor een verbindend woord (zoals 'maar', 'want', 'omdat'):
Voorbeeld: "Ik wil graag komen, maar ik heb geen tijd."