Rekenen zonder rekenmachine, 07-09-2021

Planning voor de les:
4 minuten: binnenkomst, welkom en spullen voor.
5 minuten: voorkennis testen
1 minuut: leerdoelen en huiswerk
20 minuten: uitleg 
25 minuten: aan het werk!
5 minuten: terugkomen in de les en vertellen wat je hebt gedaan
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Planning voor de les:
4 minuten: binnenkomst, welkom en spullen voor.
5 minuten: voorkennis testen
1 minuut: leerdoelen en huiswerk
20 minuten: uitleg 
25 minuten: aan het werk!
5 minuten: terugkomen in de les en vertellen wat je hebt gedaan

Slide 1 - Tekstslide

negentigduizendvijfhonderd
A
90500
B
9500
C
90500000
D
90000500

Slide 2 - Quizvraag

zevenenvijftigduizend
A
750000
B
5007
C
75000
D
57000

Slide 3 - Quizvraag

1 500 000
A
anderhalf miljoen
B
1 miljoen 500 duizend
C
1 miljard 500 miljoen
D
1 miljard 500 duizend

Slide 4 - Quizvraag

22 + 19 + 18 + 61 =

Slide 5 - Open vraag

Uitwerking
22 + 18 = 40
 
19 + 61 = 80 samen opgeteld 120.

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen:
- Je weet hoe je handig gaat rekenen
- Je kunt zonder rekenmachine cijferend rekenen
- Je leert met een tabel rekenen.

Huiswerk: Opdracht van les 1 van getallen en lestoets is af

Slide 7 - Tekstslide

Spelen met getallen
Hoeveel is 349 + 499?

Slide 8 - Tekstslide

Hoeveel is 239 + 399?

Slide 9 - Open vraag

Je kan ook rekenen met een tabel!

Slide 10 - Tekstslide

Dit geldt ook voor - sommen

Slide 11 - Tekstslide

289 - 50 =
A
229
B
239
C
249
D
240

Slide 12 - Quizvraag

289 - 51 =
A
238
B
239
C
240
D
241

Slide 13 - Quizvraag

Ook x sommen kan je makkelijk maken!
Hoeveel is 6 x 1,5?

Slide 14 - Tekstslide

Sommen met kommagetallen kun je soms door verdubbelen en halveren veranderen in een handige som zonder komma.


Bijvoorbeeld:
2,5 × 16 = 5 × 8 = 40

Denk maar eens aan geld:
2,5 × 16 = 16 × 2,5
16 × € 2,50 = 8 × € 5,00 = € 40,00
16 keer € 2,50 is hetzelfde als 8 keer € 5,00.


Slide 15 - Tekstslide

35 x 20 is hetzelfde als 70 x ...?

Slide 16 - Open vraag

Uitwerking
35 x 20 = 700

700 x 10 = 700

Slide 17 - Tekstslide

Vermenigvuldigen in een tabel

Slide 18 - Tekstslide

Delen in een tabel

Slide 19 - Tekstslide

Opdrachten maken in rekenblokken
  • De opdrachten maken we in rekenblokken.
  • Hoe je hier inkomt kan je op Itslearning zien in het document 'Inlogles Rekenblokken'

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat? Maak van getallen 2f de opdrachten van les 1 en de lestoets
Hoe? In de online leeromgeving
Hulp? De docent (tijdens de les), je laptop en je medestudent.
Tijd? Tot de timer op 0 staat of de opdrachten af zijn
Uitkomst? Je hebt geoefend met de leerstof.
Klaar? Ga verder met een ander vak of ga verder in les 2
timer
25:00

Slide 21 - Tekstslide

Ga met de opdrachten aan de slag
En kom 10 tot 5 minuten voor het einde van de les terug om te vertellen waar je bent en wat je moet doen.

HUISWERK VOOR VOLGENDE WEEK IS DUS:
OPDRACHTEN EN LESTOETS VAN LES 1 IS AF

Slide 22 - Tekstslide