Nederlands voor Shanna

Welkom bij de Nederlandse les
Wat is het doel van deze les?
-Aan het einde van deze les heb je geoefend met het gebruik van de voorzetsels en kun je de voltooide tijd maken van werkwoorden die veel voorkomen.
-Je maakt kennis met typisch Nederlandse uitdrukkingen
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransWOStudiejaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij de Nederlandse les
Wat is het doel van deze les?
-Aan het einde van deze les heb je geoefend met het gebruik van de voorzetsels en kun je de voltooide tijd maken van werkwoorden die veel voorkomen.
-Je maakt kennis met typisch Nederlandse uitdrukkingen

Slide 1 - Tekstslide

de voltooide tijd
Kies in de volgende dia's steeds het juiste voltooid deelwoord.
Ga net zo lang door tot het antwoord groen is.
Ga met de pijltjes rechtsonder zelf naar de volgende dia.
Er worden geen scores opgeteld!

Slide 2 - Tekstslide

Ik heb een museum ___________
A
bezoekt
B
bezoeken
C
bezocht

Slide 3 - Quizvraag

Wat heb jij _____vandaag?
A
geëten
B
gegeten
C
geëet
D
eten

Slide 4 - Quizvraag

Mijn moeder heeft een taart _______
A
gebakken
B
gebakt
C
bakt

Slide 5 - Quizvraag

Wij hebben een nieuwe televisie_____
A
gekoopt
B
gekopen
C
gekocht

Slide 6 - Quizvraag

Ik heb een email naar mijn school ____
A
gestuurd
B
gesturen
C
bestuurd
D
sturen

Slide 7 - Quizvraag

Ik heb een brief ____naar de gemeente
A
geschrijven
B
geschrijft
C
geschreven

Slide 8 - Quizvraag

Mijn man heeft het huis _______
A
geschoonmaakt
B
geschoonmaken
C
schoongemaakt
D
schoongemaken

Slide 9 - Quizvraag

Hij heeft de rekeningen niet_____
A
betaald
B
gebetaald
C
betaalt
D
betalen

Slide 10 - Quizvraag

Kies steeds het juiste voorzetsel:
Soms zijn voorzetsels gemakkelijk, als er heel duidelijk een plaats mee bedoeld wordt. Het boek ligt op de tafel. Vaak is het moeilijker wanneer een voorzetsel bij een werkwoord hoort. Bijvoorbeeld: "Ik twijfel aan jouw verhaal. Is het waar? "

Slide 11 - Tekstslide

Ik moet heel erg wennen ___ de nieuwe omgeving.
A
in
B
aan
C
voor
D
over

Slide 12 - Quizvraag

Het is niet druk in de stad. Dat komt ____ het Corona Virus. (2 antwoorden)
A
van
B
door
C
vanwege
D
uit

Slide 13 - Quizvraag

De wedstrijd gaat ___ Barcelona en Ajax.
A
met
B
door
C
tussen
D
van

Slide 14 - Quizvraag

Op vakantie? Dat hangt af ___de crisis.
A
van
B
met
C
tegen
D
om

Slide 15 - Quizvraag

Ik ben beledigd (insulted) ___jou!
A
van
B
met
C
door
D
naar

Slide 16 - Quizvraag

Ik ben teleurgesteld ___ jou!
A
door
B
in
C
van
D
over

Slide 17 - Quizvraag

Ik hoop ____beter weer! Meer zon!
A
van
B
op
C
onder
D
over

Slide 18 - Quizvraag

Wat is er ____ de hand? Wat gebeurt er?
A
van
B
met
C
over
D
aan

Slide 19 - Quizvraag

Je moet goed luisteren ____ de docent!
A
van
B
met
C
naar
D
onder

Slide 20 - Quizvraag

Ik raak geinspireerd __ enthousiaste mensen!
A
met
B
door
C
van
D
onder

Slide 21 - Quizvraag

Hij lijdt ____ een ernstige ziekte, aids!
A
met
B
voor
C
van
D
aan

Slide 22 - Quizvraag

Ik heb deze oefening ___liefde ___ jou gemaakt!
A
in,voor
B
uit,met
C
uit,voor
D
met,voor

Slide 23 - Quizvraag

Heb je het goed onthouden?
Sleep het voorzetsel naar het juiste werkwoord.
Succes!

Slide 24 - Tekstslide

Twijfelen
geinspireerd 
afhangen 
hopen 
lijden
luisteren
geinteresseerd 
door
in
aan
van
op
naar
aan

Slide 25 - Sleepvraag

Nederlandse uitdrukkingen
Tot slot van deze les ga je kijken naar een filmpje, waarin een aantal typisch Nederlandse uitdrukkingen worden genoemd. Probeer er zoveel mogelijk van te onthouden.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Heb je de uitdrukkingen goed onthouden?
Geef zeg nu hardop de Nederlandse uitdrukking en vertaal wat het betekent in jouw moedertaal.

Slide 28 - Tekstslide

?

Slide 29 - Tekstslide

Nu komt de aap uit de mouw!

Slide 30 - Tekstslide

?

Slide 31 - Tekstslide

Met de deur in huis vallen!

Slide 32 - Tekstslide

?

Slide 33 - Tekstslide

Alsof er een engeltje over je tong piest!

Slide 34 - Tekstslide

?

Slide 35 - Tekstslide

Met je neus in de boter vallen.

Slide 36 - Tekstslide

?

Slide 37 - Tekstslide

Nu breekt mijn klomp!

Slide 38 - Tekstslide

Einde van de les!
Ik hoop dat je het leuk vond en dat je er iets van hebt geleerd!
Tot de volgende keer  :-)

Slide 39 - Tekstslide