Nask hoofstuk 5

1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat meet een thermometer precies
A
de hoeveelheid warmte in een voorwerp
B
de snelheid van moleculen
C
de temperatuur van een voorwerp
D
de hoeveelheid energie in kilo/joules

Slide 2 - Quizvraag

welke thermometer is het meest geschikt om lichaamstemperatuur te meten
A
buitenthermometer
B
koortsthermometer
C
laboratoriumthermometer
D
barometer

Slide 3 - Quizvraag

wat is de definitie van soortelijke warmte
A
de temperatuur waarbij een stof smelt
B
de warmte die een stof uitstraalt
C
de hoeveelheid warmte nodig om 1 kg stof 1 graden te verwarmen
D
de temperatuur waarbij water kookt

Slide 4 - Quizvraag

wat is de temperatuur van het vriespunt van water in graden kelvin
A
0 k
B
100k
C
-273k
D
-373k

Slide 5 - Quizvraag

wat is de temperatuur in kelvin als het 35 graden celcius is
A
273
B
308
C
318
D
235

Slide 6 - Quizvraag

welke eigenschap zorgt ervoor dat metaal kouder aanvoelt dan hout bij dezelfde temperatuur
A
metaal is zwaarder
B
metaal is gladder
C
metaal geleidt warmte beter
D
hout zet sneller uit

Slide 7 - Quizvraag

dit was 5.1
Nu 5.2! 
Hopelijk gaat het goed!

Slide 8 - Tekstslide

welke vorm van warmtetransport vind plaats in een metalen lepel die in hete soep staat
A
straling
B
stroming
C
geleiding
D
isolatie

Slide 9 - Quizvraag

waardoor voelt een metalen voorwerp vaak kouder dan een houten voorwerp, zelfs als ze dezelfde temperatuur hebben
A
hout geleidt warmte beter
B
metaal geleidt warmte beter
C
metaal is zwaarder
D
hout is lichter

Slide 10 - Quizvraag

welke vorm van warmtetransport vind plaats in kokend water
A
geleiding
B
straling
C
stroming
D
verdamping

Slide 11 - Quizvraag

wat is een voorbeeld van warmtestraling
A
een radiator die warmte afgeeft zonder contact
B
warme lucht die opstijgt
C
een pan die warm word via het fornuis
D
een koude vloer die je voeten afkoelt

Slide 12 - Quizvraag

welke vorm van warmtetransport is mogelijk in vacuum (zoals in de ruimte)
A
geleiding
B
stroming
C
straling
D
verdamping

Slide 13 - Quizvraag

welk materiaal is het beste in warmte geleiden
A
hout
B
glas
C
metaal
D
kunststof

Slide 14 - Quizvraag

wat is het effect van isolatie in een woning
A
het maakt de lucht zwaarder
B
het voorkomt dat warmte ontsnapt
C
het verlaagt de luchtdruk
D
het zorgt voor verfrissenderde lucht

Slide 15 - Quizvraag

waarom worden de muren van huizen geisoleerd
A
om geluid buiten te houden
B
om te zorgen dat lucht sneller circuleert
C
om warmteverlies te voorkomen
D
om meer zonlicht binnen te laten

Slide 16 - Quizvraag

dit was 5.2
nu 5.3
hopelijk ging het goed!

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

wat zijn de drie onderdelen van de branddriehoek
A
water, olie, hitte
B
brandstof,zuurstof, ontbrandingstemperatuur
C
lucht, rook,vlam
D
gas, vuur, vlam

Slide 19 - Quizvraag

wat gebeurt er als een van de drie elementen van de branddriehoek word weggenomen
A
de vlam word kleiner
B
de brand dooft
C
de temperatuur steigt
D
er ontstaat rook

Slide 20 - Quizvraag

welke vlam is het heetst bij een gasbrander
A
de gele vlam
B
de blauwe vlam
C
de oranje vlam
D
de onzichtbare vlam

Slide 21 - Quizvraag

waarvoor gebruik je een luchtschuif bij een gasbrander
A
om de vlam groter te maken
B
om de hoeveelheid gas te regelen
C
om meer zuurstof toe te laten voor een hete vlam
D
om de brander uit te zetten

Slide 22 - Quizvraag

wat is de juiste volgorde van handeling bij het aansteken van een gasbrander
A
luchtschuif openen-gas openen-aansteken
B
gas openen-luchtschuif openen-aansteken
C
aansteekmiddel aan-gas openen-aansteken
D
aansteekmiddel aan-luchtschuif dicht-gas openen

Slide 23 - Quizvraag

waarom word een gele vlam ook wel een pauze vlam genoemd
A
omdat hij veel warmte heeft
B
omdat hij nauwelijks brandstof verbruikt
C
omdat hij zichtbaar en veilig is wanneer je de brander niet actief gebruikt
D
omdat hij geen zuurstof nodig heeft

Slide 24 - Quizvraag

welke van de volgende redenen is geen manier om brand te blussen
A
de brand afdekken
B
de de brand afkoelen
C
de zuurstof wegnemen
D
het hout weghalen

Slide 25 - Quizvraag

wat is het doel van een blusdeken
A
de brandstof verwijderen
B
de vlammen verhogen
C
de temperatuur verhogen
D
zuurstof afsluiten en brand doven

Slide 26 - Quizvraag

dit was h 5.3
nu 5.4 
hopelijk ging het goed

Slide 27 - Tekstslide

wat is het kookpunt van water in graden celcius
A
0
B
100
C
272
D
373

Slide 28 - Quizvraag

wat is een chemische reactie
A
een proces waarbij beginstoffen verdwijnen en nieuwe ontstaan
B
een mengsel van beginstoffen en nieuwe stoffen
C
een reactie waarbij alleen water vrijkomt
D
een verdamping van water

Slide 29 - Quizvraag

welke stoffen zijn de beginstoffen in de reactie van een waterstofmotor van een auto
A
water en zuurstof
B
koolstofdioxide en zuurstof
C
waterstof en koolstofdioxide
D
waterstof en zuurstof

Slide 30 - Quizvraag

wat is het reactie product van de reactie in een waterstof auto
A
water
B
warmte
C
zuurstof
D
waterstof

Slide 31 - Quizvraag

Formule
waterstof (gas)+ zuurstof (gas)- water (vloeistof)

Slide 32 - Tekstslide

welke uitspraak over verbrandingsreacties is waar
A
er is geen zuurstof nodig
B
er ontstaat altijd zuurstof
C
de brandstof reageert met zuurstof en er ontstaan verbrandingsproducten
D
alleen vaste stoffen kunnen verbrande

Slide 33 - Quizvraag

wat zegt de wet van massabehoud
A
massa van beginstoffen is altijd groter dan van reactieproducten
B
er gaat massa verloren tijdens een reactie
C
massa van beginstoffen is gelijk aan die van reactieproducten
D
producten hebben geen massa

Slide 34 - Quizvraag

wat gebeurt er bij onvolledige verbranding van aardgas
A
er ontstaat alleen water
B
er ontstaat koolstof (roet) en mogelijk koostofmonoxide
C
er komt alleen zuurstof vrij
D
er ontstaan alleen gassen

Slide 35 - Quizvraag

wat gebeurt er als je kalkwater met koolstofdioxide mengt
A
het word troebel
B
het word blauw
C
het word kleurloos
D
het gaat bubbelen

Slide 36 - Quizvraag

Dit was h 5.4
hopelijk ging het goed

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Nask hoofstuk 5

Slide 42 - Tekstslide