De Crisis van 2008: Oorzaken en Effecten

De Crisis van 2008: Oorzaken en Effecten
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Crisis van 2008: Oorzaken en Effecten

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de oorzaken en effecten van de crisis van 2008 begrijpen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over de crisis van 2008?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat was de crisis van 2008?
Een wereldwijde financiële crisis die begon in 2008 als gevolg van problemen in de Amerikaanse huizenmarkt.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oorzaken van de crisis
Deregulering van de financiële sector, subprime hypotheken, complexe financiële producten en excessieve risico's.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Effecten van de crisis
Wereldwijde recessie, banken die failliet gaan, hoge werkloosheid en dalende huizenprijzen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beroepen met negatieve gevolgen
Bankiers, makelaars, bouwvakkers en werknemers in de auto-industrie.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Positieve gevolgen verwacht?
Herstel van de economie, nieuwe regelgeving om toekomstige crises te voorkomen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijkste leerpunten
1. Crisis van 2008 begon in de Amerikaanse huizenmarkt. 2. Oorzaken: deregulering, subprime hypotheken, complexe financiële producten. 3. Effecten: wereldwijde recessie, bankfaillissementen, hoge werkloosheid. 4. Beroepen met negatieve gevolgen: bankiers, makelaars, bouwvakkers, auto-industrie. 5. Positieve gevolgen: economisch herstel, nieuwe regelgeving.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reflectievraag
Wat denk je dat de belangrijkste les is die we kunnen leren van de crisis van 2008?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.