122, deel 8b, thema 5, taak 3.1 en 3.2 oppervalkte en are en hectare


Wat is de oppervlakte?
...... cm²
1 / 25
volgende
Slide 1: Open vraag
RekenenBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les


Wat is de oppervlakte?
...... cm²

Slide 1 - Open vraag

Wat weet jij over vierkante (m²) maten?

Slide 2 - Open vraag

lesdoel 3.1
Ik kan de oppervlakte van rechthoeken berekenen met de officiële formule.

Slide 3 - Tekstslide


Wat is de oppervlakte?
...... m²

Slide 4 - Open vraag

1800 m² = .. dam²

Slide 5 - Open vraag

100 dm² = .. cm²

Slide 6 - Open vraag

10 000 cm² = .. mm²

Slide 7 - Open vraag

Wat is de oppervlakte?
..... dm2

Slide 8 - Open vraag

De oppervlakte is ... dm2

Slide 9 - Open vraag

lesdoel 3.2
Ik leer wat een are en hectare is.
Ik kan sommen maken met een are en hectare.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide


De oppervlakte van de moestuin?
 ... m²

Slide 12 - Open vraag


Wat is ongeveer even groot als deze moestuin.
A
B
C
D

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

de HECTARE of HA
1 hectare = 1 hm² = bijna 2 voetbalvelden





Slide 15 - Tekstslide


Wat is ongeveer zo groot als een
ha (hectare)?
A
B
C

Slide 16 - Quizvraag


Wat is de oppervlakte van dit bioscoopscherm ongeveer?
Het is ongeveer 1 ....
A
1 m²
B
1 are
C
1 hectare
D
1 km²

Slide 17 - Quizvraag

de ARE
1 are = 1 dam² = ongeveer 1 klaslokaal





Een oppervlakte van
1 dam lang en 1 dam breed,
noem je een vierkante decameter.
Dat schrijf je als dam²

In plaat van 1 dam²
kin je ook are zeggen en schrijven

Slide 18 - Tekstslide

Wat heeft ongeveer de oppervlakte van 1 are?
A
een school
B
een wc-hokje
C
een ruime kampeerplaats
D
een badkamer

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Sleepvraag


Hoeveel are is de tuin?
tip: 1 are = 1 dam² - 100 m²
..... are

Slide 21 - Open vraag


Slide 22 - Open vraag


Hoeveel hectare is dit park?
..... ha

Slide 23 - Open vraag


A
een slaapkamer
B
de stad Amsterdam
C
een fabriek

Slide 24 - Quizvraag

REKENEN
EERST: Thema 5 - week 1 - taak 3.1
ALLE OPGAVEN
10 x plussen

DAARNA: Thema 5 - week 1 - taak 3.2
vanaf opgave 1V
20 x plussen


Slide 25 - Tekstslide