K3C Past Simple vs. Past Continuous

Past Simple vs. Past Continuous
"I was going downstairs when I heard the doorbell."
"What were you doing when the telephone rang?"
"While I was studying, I suddenly felt sleepy."
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Past Simple vs. Past Continuous
"I was going downstairs when I heard the doorbell."
"What were you doing when the telephone rang?"
"While I was studying, I suddenly felt sleepy."

Slide 1 - Tekstslide

Gister heb je de 'past continuous' geleerd. Hoe maak je de 'past continuous'?

Slide 2 - Open vraag




When Rob opened his front door, his two best friends (1) were waiting (wait) there. They had a new PlayStation game. Rob and his friends (2) were eating (eat) ice cream while they (3) were playing (play) the fun new game. The rain stopped, but Rob didn't even notice. He (4) was having (have) such a good time with his friends!



Slide 3 - Tekstslide

Maak de zin compleet. Schrijf de volledige zin op.
John ____ (cheat) on the exam.

Slide 4 - Open vraag

Maak de zin compleet. Schrijf de volledige zin op.
They ____ (have) dinner at home.

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Welk zinsdeel is de korte actie?
The chef was baking the pie when the guests came in.
A
The chef was baking the pie
B
The guests came in

Slide 8 - Quizvraag

Welk zinsdeel is de korte actie?
I checked my email when I was studying.
A
I checked my email
B
I was studying

Slide 9 - Quizvraag

Welk zinsdeel is de korte actie?
I was watching Netflix when the doorbell rang.
A
The doorbell rang
B
I was watching Netflix

Slide 10 - Quizvraag

Past Simple vs. Past Continuous
De past simple is de verleden tijd. 
Die gebruik je bij acties in het verleden.

De past continuous is de verleden tijd in duurvorm. 
Die gebruik je bij acties in het verleden die een tijdje duurde. 

Slide 11 - Tekstslide

Past Simple vs. Past Continuous
I was sitting in class when you called me. 

Lange actie, de actie die al bezig was: in de klas zitten
(krijgt de past continuous)

Korte actie, de actie die de lange onderbreekt: je wordt gebeld.
(krijgt de past simple)

Slide 12 - Tekstslide

Welke van de twee zinnen klopt?
timer
1:00
A
Susie was watching a film when she heard the news.
B
Susie watched a film when she was hearing the news.

Slide 13 - Quizvraag

Welke van de twee zinnen klopt?
timer
1:00
A
We played tennis when John was breaking is ankle.
B
We were playing tennis when John broke is ankle.

Slide 14 - Quizvraag

Welke van de twee zinnen klopt?
timer
1:00
A
When I walked into the room, everyone was working.
B
When I was walking into the room, everyone worked.

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

MC together:
1. 
A. We were playing volleyball with Mary, when you called me. 

B. We played volleyball with Mary, when you were calling me.

Which one is correct and why?

Slide 17 - Tekstslide

MC  together:
2. 
A. When the teacher was coming in, they studied English.
 
B. When the teacher came in, they were studying English.

Which one is correct and why?

Slide 18 - Tekstslide

MC  together:
3: correct sentence: A

4: correct sentence: A

Slide 19 - Tekstslide

Open questions together:
He _____________ (break) his leg when he _____________ (ski) .  

Lange actie? 
Korte actie die de lange onderbreekt? 

Slide 20 - Tekstslide

Open questions together:
He _____________ (break) his leg when he _____________ (ski) .  

Lange actie? Hij was aan het skiën
Korte actie die de lange onderbreekt? Hij brak zijn been tijdens het skiën 

Slide 21 - Tekstslide

Open questions together:
He broke his leg when he was skiing (ski) .  

Lange actie? Hij was aan het skiën
Korte actie die de lange onderbreekt? Hij brak zijn been tijdens het skiën 

Slide 22 - Tekstslide

Rest van de les:
1. Hand-out Grammatica: 
maak pagina 3/4 af en lever deze in (scheur hem los)

2. Ga verder met Bridging the Gap, chapter 1:
finish this chapter. (exploring the world)

Final 10/15 minutes: end quiz

Slide 23 - Tekstslide