Evolutie

1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 49 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat hebben jullie geleerd van het maken van de vervangende opdracht?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Hoe zou het leven zijn ontstaan?

Slide 4 - Tekstslide

Hoe zou het leven zijn ontstaan?
  • Wanneer leeft iets?
  • Wat heb je nodig om iets te laten leven?

Slide 5 - Tekstslide

Meteoriet
Black smoker
Lost City
Vulkanisch gesteente
RNA Wereld
Welke mogelijkheden ziet de wetenschap?
Bliksem

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Zelforganisatie
cyanobacterie
bacterie
Great Oxygenation Event

Slide 8 - Tekstslide

Eukaryoten en endosymbiose
Endosymbiose theorie: prokaryoten als organellen
  • mitochondrion - verbeterde dissimilatie
  • chloroplast (cyanobacterie) - assimilatie

Slide 9 - Tekstslide

'The absence of evidence is not the evidence of absence' 
Cambrium 
542 mln - 488,3 mln
Cambrische 'explosie' van meercellig leven
  • debuut van bekende diergroepen
  • Eerste consumenten
  • Eerste harde delen

Slide 10 - Tekstslide

Snowball Earth
(Precambrium)
Vorming Himalaya
(Tertiair)
Platentectoniek

Slide 11 - Tekstslide

Convergente evolutie

Plancentale zoogdieren en buideldieren

Slide 12 - Tekstslide

Leven op het land
Cooksonia
Tiktaalik
Mazothairos

Slide 13 - Tekstslide

The big 5: 's wereld grootste uitstervingen

Slide 14 - Tekstslide

Na uitstervingen komen veel niches vrij.
Hierdoor kunnen nieuwe soorten zich snel ontwikkelen

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Darwin
Lamarck

Slide 18 - Tekstslide

Darwin's model van evolutie

Slide 19 - Tekstslide

Erfelijkheidswetten van Mendel
                 :

Slide 20 - Tekstslide

Moderne modellen van evolutie

Slide 21 - Tekstslide

Hoe snel kan een soort evolueren?

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Wat drijft evolutie?

Slide 24 - Tekstslide

Wat drijft evolutie?
Allopatrische soortsvorming
Sympatrische soortsvorming

Slide 25 - Tekstslide

a. Het aantal soorten stabiliseert.

b. De biodiversiteit op een groot eiland is groter dan op een klein eiland.

c. Hoe groter de afstand van het vasteland, des te kleiner de biodiversiteit.

Slide 26 - Tekstslide

Eilandgigantisme & eilanddwerggroei

Slide 27 - Tekstslide

Precambrium 
4,6 mld - 542 mln
  • Stromatolieten
  • ontstaan continenten ( 3,8 - 2,5 mld)
  • O2 in atmosfeer (2,5 mld)
Snowball earth

Slide 28 - Tekstslide

'The absence of evidence is not the evidence of absence' 
Cambrium 
542 mln - 488,3 mln
Cambrische 'explosie' van meercellig leven
  • debuut van bekende diergroepen
  • Eerste consumenten
  • Eerste harde delen

Slide 29 - Tekstslide

488,3 mln - 443,7 mln
Ordovicium
Cooksonia
  • Leven voornamelijk in zee
  • Eerste beenvissen
  • Eerste landplanten

Slide 30 - Tekstslide

Ordovicium
488,3 mln - 443,7 mln

Slide 31 - Tekstslide

Evolutie - argumenten
Argumenten voor de evolutietheorie

Slide 32 - Tekstslide

Fossilisatie

Slide 33 - Tekstslide

Gidsfossielen
Gidsfossielen geven een leeftijdsindicatie (zonder radiometrische datering). Gidsfossielen zijn fossielen die in alleen in een specifieke aardlaag voorkomen.
Het verval van atomen
Ouderdomsbepaling
Radiometrische datering berust op het principe van halfwaardetijd. Dit is de tijd (in jaren) die een atoom nodig heeft om te vervallen. De verhouding van vervallen atomen : niet-vervallen atomen geeft een leeftijdsindicatie

Slide 34 - Tekstslide

Ernst Haeckel (1834-1919)
Embryologie
Recapitulatietheorie

Tijdens de embryonale ontwikkeling wordt de evolutie kort herhaald

Is de mens dan in een vroeg stadium een visje?
Rudimentaire organen
Organen die ooit een functie hadden, maar die functie zijn verloren (zie par. 25.3.1)

Slide 35 - Tekstslide

Homologie en analogie
Analogie

- Dezelfde functie
- Andere evolutionaire oorsprong
homologie

- Andere functie
- Dezelfde evolutionaire oorsprong

Slide 36 - Tekstslide

Eiwitonderzoek (Proteomics)
Variatie in eiwitten

Een deel van de genetische code van een eiwit is variabel 
Moleculaire klok
Mutaties ontstaan met een bepaalde regelmaat
 "laatste gemeenschappelijke voorouder"
Ouderdomsbepaling

Hemoglobine complex
Cytochroom

Slide 37 - Tekstslide

De 
Tree of life
LUCA
Last Universal
Common
Ancestor

Slide 38 - Tekstslide

Gedrag
nestgedrag bij vogels
Nestgedrag bij dinosauriërs

Slide 39 - Tekstslide

Convergentie
Facetogen
Complexe ogen

Slide 40 - Tekstslide

Populatiegenetica

Slide 41 - Tekstslide

Gene pool
totale variatie van genen binnen een populatie
Allenfrequentie
frequentie van allelen binnen een populatie (1 = 100%)

Slide 42 - Tekstslide

Hardy-Weinberg
Hardy-Weinberg

Slide 43 - Tekstslide

Aannames van Hardy-Weinberg

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

Seksueel dimorfisme
- vormverschil man/vrouw
resultaat van seksuele selectie

Slide 46 - Tekstslide

Veranderingen in allelfrequentie
Bottleneck effect
Genetic drift
Gene flow
Founder effect

Slide 47 - Tekstslide

Menselijke evolutie

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide