H8 vk en par 1

Welkom
H8
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom
H8

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Deze week: H8 eerste deel & h5 herhalen
Volgende week: H8 tweede deel & h5 herhalen
Week van 14 maart: H5 & H8 herhalen.  
Don 17 maart: TOETS


Slide 2 - Tekstslide

Vandaag
Terug blik H5

Voorkennis en par 1
We frisse kennis op over breuken en procenten
Je leert wat een som, een verschil, een product en een quotiënt is.
Je leert hoe je berekeningen in de juiste volgorde uitvoert.



Slide 3 - Tekstslide

Hoeken tekenen en meten


Teken een hoek van 120 graden


Slide 4 - Tekstslide

Driehoek tekenen

Slide 5 - Tekstslide

Hoeken tekenen en meten

Teken driehoek DEF
DE= 3cm
Hoek D = 32 graden
Hoek E = 110 graden

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de teller en wat is de noemer?

83
A
De 3 is de noemer De 8 is de teller
B
De 3 en de 8 zijn beide de teller
C
De 3 is de teller De 8 is de noemer
D
De 3 en de 8 zijn beide de noemer

Slide 7 - Quizvraag

Vereenvoudig de volgende breuk

22416
A
282
B
70,5
C
141
D
564

Slide 8 - Quizvraag

Vereenvoudig de volgende breuk

4028
A
107
B
2014
C
53,5
D
5,74

Slide 9 - Quizvraag

Welk teken moet hier tussen?
53
107
A
>
B
<
C
=
D
weet ik niet

Slide 10 - Quizvraag

Kleiner en groter dan

Slide 11 - Tekstslide

is ongelijk aan


Naast het = teken


Slide 12 - Tekstslide

Welk teken moet hier tussen?
62
96
A
>
B
<
C
=
D
weet ik niet

Slide 13 - Quizvraag

Hoe schrijf je dit getal als decimale getal
209
A
0,29
B
9,20
C
0,45
D
0,9

Slide 14 - Quizvraag

Stappenplan
1. Schrijf de breuk om naar een breuk met noemer 
10 of 100 of 1000
2. Deel de teller door de noemer
3. Schrijf het decimale getal op

Slide 15 - Tekstslide

Hoe schrijf je dit getal als decimale getal
258
A
0,25
B
0,32
C
8,25
D
0,40

Slide 16 - Quizvraag


A
63%
B
15%
C
22,5%
D
42%

Slide 17 - Quizvraag

verhoudings tabel

Reken via 1


Slide 18 - Tekstslide

30 van de 150 leden zijn met pensioen.
Hoeveel % is dat?
A
20%
B
30%
C
45%
D
15%

Slide 19 - Quizvraag

Hoeveel is:
8 + 3 x 5 =
A
23
B
55
C
kan beide
D
weet ik niet

Slide 20 - Quizvraag

Rekenvolgorde

Eerst tussen haakjes
Dan x en :
Dan + en -

Slide 21 - Tekstslide

Hoeveel is:
(8 + 3) x 5 =
A
23
B
55
C
kan beide
D
weet ik niet

Slide 22 - Quizvraag

Hoeveel is:
8 + (3 x 5) =
A
23
B
55
C
kan beide
D
weet ik niet

Slide 23 - Quizvraag

Wat betekent:
Som, verschil
A
Som: aftrekken Verschil: optellen
B
Som: uitkomst van optellen Verschil: uitkomst van aftrekken
C
Som: optellen Verschil: aftrekken
D
Som: uitkomst van aftrekken Verschil: uitkomst van optellen

Slide 24 - Quizvraag

Wat betekent:
product & quotient

A
Product: keer quotient: delen door
B
Product: uitkomst van delen door quotient: uitkomst van keer
C
Product: delen door quotient: keer
D
Product: uitkomst van keer quotient: uitkomst van delen door

Slide 25 - Quizvraag

Aan de slag
par 1: 
2, 4, 9, 10, U2

Slide 26 - Tekstslide