H3B 06032018

Le programme d'aujourd'hui
- Contrôle de devoirs
- Hoe zat het ook weer?
- Exercice: wederkerende werkwoorden
- Bron L: phrases-clés
- Bespreken huiswerk
(Indien tijd over: Quizlet)


Aujourd'hui, c'est mardi le sept mars

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Le programme d'aujourd'hui
- Contrôle de devoirs
- Hoe zat het ook weer?
- Exercice: wederkerende werkwoorden
- Bron L: phrases-clés
- Bespreken huiswerk
(Indien tijd over: Quizlet)


Aujourd'hui, c'est mardi le sept mars

Slide 1 - Tekstslide

Contrôle de devoirs

Slide 2 - Tekstslide

Hoe zat het ook weer met ...
- Les mots de voca 2.1-2.4?
- Het wederkerend werkwoord?
- Le verbe 'pouvoir'?
- Le passé composé?

Slide 3 - Tekstslide

Exercice: het wederkerend werkwoord
Wat ga je doen? De opdracht op de volgende dia.
Hoe ga je dat doen? Alleen of in tweetallen (zacht overleggend)
Welke hulp mag je gebruiken? Je buur, het boek (p. 24/p. 146 du livre de textes). Kom je er dan nog niet uit, dan help ik je als ik bij je ben.
Hoeveel tijd heb je? Dix minutes.
Wat doe je als je klaar bent? Vergelijk je antwoorden met die van je buur en kijk of je hetzelfde hebt. Zo niet, leg uit waarom jouw antwoord beter is. Deze 'moeilijke' vragen worden klassikaal besproken.

Slide 4 - Tekstslide

Exercice: het wederkerend werkwoord
1. Pauline ... maquille tous les jours.                                     
2. Tu ... lèves tard le week-end?                                   
3. Comment vous ... appelez?
4. Aujourd'hui, je ... couche tôt, je suis très fatigué.
5. Les enfants ... amusent beaucoup.
6. Nous ... promenons dans la rue.
timer
10:00

Slide 5 - Tekstslide

Les réponses

Pauline se maquille tous les jours.

Slide 6 - Tekstslide

Les réponses

Tu te lèves tard le week-end?

Slide 7 - Tekstslide

Les réponses

Comment vous vous appelez?

Slide 8 - Tekstslide

Les réponses

Aujourd'hui, je me couche tôt, je suis très fatigué.

Slide 9 - Tekstslide

Les réponses

Les enfants s'amusent beaucoup.

Slide 10 - Tekstslide

Les réponses

Nous nous promenons dans la rue.

Slide 11 - Tekstslide

Exercice: het wederkerend werkwoord
Kies de juiste vorm.
1. Le matin, elles se lèvent/se lavent dans la douche.
2. Tu t'habilles/t'appelles comment pour la fête de Lucie?
3. Je me promène/me dépêche: le film est dans cinq minutes.
4. Pierre s'entraîne/se rase au foot deux fois par semaine.

Slide 12 - Tekstslide

Les réponses

Le matin, elles se lavent dans la douche.

Slide 13 - Tekstslide

Les réponses

Tu t'habilles comment pour la fête de Lucie?

Slide 14 - Tekstslide

Les réponses

Je me dépêche: le film est dans cinq minutes.

Slide 15 - Tekstslide

Les réponses

Pierre s'entraîne au foot deux fois par semaine.

Slide 16 - Tekstslide

Bron L: Phrases-clés

Op de toets moet je de schuingedrukte woorden kunnen vervangen ('vertalen' naar je eigen situatie)!

Par exemple: Je ressemblè à ma mère -> Je ressemble à mon frère/ma soeur/mon père

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide