L1 Leesvaardigheid: startpositie

• Nederlands
• Secundair onderwijs

L1: Leesvaardigheid

pag. 9

Wat is jouw startpositie?

Ik lees minimaal drie keer per week in de krant.

ja

nee

Ik heb al eens een e-book gelezen.

ja

nee

Ik lees graag boeken.

ja

nee

Ik lees bijna dagelijks nieuwsartikelen op mijn smartphone.

ja

nee

Ik denk dat jongeren over 100 jaar nog boeken lezen.

ja

nee

Welke leesstrategieën ken je nog? (5)

• globaal lezen
  
• oriënterend lezen
• zoekend lezen
• intensief lezen
• kritisch lezen
• Schema op SS/vakken/documenten/hulpmiddelen

Lees de tekst globaal.

Markeer:

- de hoofdgedachte in de inleiding.

- de verschillende bronnen die in de tekst aan bod komen.

Lees de tekst intensief en beantwoord nadien de vragen in de BookWidget.

SS/vakken/oefeningen/

Taalgebruik

Pag. 11 - 12

Welke stelling over Stichting Lezen is juist?(p.10)

1. digitaal vervangen door traditioneel
2. immersief lezen promoten
3. interventies om jongeren te laten lezen
4. vreest dat jongeren niet meer zullen lezen

Wat is immersief lezen niet volgens dit artikel? (p.10)

1. in een leesflow raken bij het lezen van een boek
2. niet taskswitchen
3. via interventies boeken blijven lezen
4. helemaal opgaan in een verhaal

Waarvan zijn de boeken een voorbeeld?

1. diepleeservaringen
2. interventieverhalen
3. transmediaverhalen
4. mediamultitasken

Betrouwbaarheid van informatie

Pag. 12

1a Hoe beslis je of informatie betrouwbaar is?

1b 

De checklist op p. 13 helpen je selecteren welke info betrouwbaar is en welke niet. 

Markeer de vragen waar je zelf NIET aan gedacht had. 

2. Is de tekst 'Jongeren lezen meer dan ooit' betrouwbaar volgens jou?

ja

nee

3 Geef drie redenen waarom de tekst betrouwbaar/niet betrouwbaar is.

. 

Pag. 12

Bijsluiter van medicatie

1. persuasieve of beïnvloedende tekst
2. narratieve of verhalende tekst
3. informatieve tekst
4. prescriptieve tekst

Recensie

1. persuasieve of beïnvloedende tekst
2. opiniërende tekst
3. informatieve tekst
4. prescriptieve tekst

Recept

1. persuasieve of beïnvloedende tekst
2. opiniërende tekst
3. narratieve tekst
4. prescriptieve tekst

Rapport

1. informatieve tekst
2. opiniërende tekst
3. persuasieve tekst
4. prescriptieve tekst

3. Onderzoek per 2

Bekijk de volgende nieuwsberichten op sociale media 

en vul de tabel aan. 

tekstdoel - bron - betrouwbaarheid 

(gebruik de checklist)

pag. 14

Instagram-post van Cristiano Ronaldo:

1. informeren
2. ontspannen
3. ontroeren
4. overtuigen

Facebook-post over de paus en Donald Trump

1. informeren
2. ontspannen
3. ontroeren
4. overtuigen

Instagram-post over Ariana Grande

1. informeren
2. ontspannen
3. ontroeren
4. overtuigen

Vergelijk de inhoud met wat je in de tabel noteerde.

4. Wat zeggen de afbeeldingen over de betrouwbaarheid van berichten op sociale media? Schrijf een conclusie.

Taak: Schrijfoefening

6a. Schrijf in je eigen woorden wat 'fake news' betekent.

Herkennen jullie zelf snel fake news?

Heb je een voorbeeld?

vragen stellen bij wat je leest?

is fake news een probleem?

Hoe beoordeel je informatie?

- kwaliteitscontrole bij nieuws op de radio/televisie, schoolboeken, artikels in wetenschappelijke tijdschriften

- soms wordt een mening van een persoon voorgesteld als feit

Let op: controleer of de informatie correct en betrouwbaar is...

Hoe beoordeel je informatie?

- correct : is de informatie juist?

>> niet verouderd, waarheid, vergelijken met andere bron

- betrouwbaar: kan je deze bron vertrouwen?

>> expert, tekstdoel

Beetje verloren? Gebruik de checklist op p. 13!

Toets -> ... ?

Wat moet je zeker kennen?

- tekstsoort, -type en -doel

- leesstrategieën

- onderwerp bepalen

- vragen per alinea bepalen

- inhoudelijke vragen over een tekst beantwoorden

- betrouwbaarheid van een tekst nagaan