7.4 Rekenen met letters HAVO

Uitzetten
Profielfoto van jezelf
Welkom bij wiskunde!
We gaan zo starten
liggen al je spullen klaar?
Stel je camera, microfoon en profielfoto goed
 in
Zet even 
een 
in de chat. Dan weet ik dat je er bent.
Start geen nieuwe vergadering
Als je een vraag hebt, zet een ? in de chat.
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Uitzetten
Profielfoto van jezelf
Welkom bij wiskunde!
We gaan zo starten
liggen al je spullen klaar?
Stel je camera, microfoon en profielfoto goed
 in
Zet even 
een 
in de chat. Dan weet ik dat je er bent.
Start geen nieuwe vergadering
Als je een vraag hebt, zet een ? in de chat.

Slide 1 - Tekstslide

Heb je alle wiskunde spullen bij de hand?
Voorkennis hoofdstuk 7
7.1 kwadraten
7.2 Kwadratische formules
7.3 Parabolen
7.4 Rekenen met letters (HAVO)
7.5 Herleiden (HAVO)

Slide 2 - Tekstslide

Wat heb je al geleerd?
bewerkingen met negatieve getallen
rekenvolgorde
kwadraten en wortels
kwadratische formules (parabolen)

Slide 3 - Tekstslide

Negatieve getallen vermenigvuldigen
78
A
-56
B
49
C
56
D
58

Slide 4 - Quizvraag

Negatieve getallen vermenigvuldigen
76
A
-42
B
42
C
56
D
-56

Slide 5 - Quizvraag

Negatieve getallen vermenigvuldigen
36
A
-18
B
18
C
D
-

Slide 6 - Quizvraag

Wat is de juiste rekenvolgorde?
Delen
Haakjes
Kwadrateren
Worteltrekken
Vermeniggvuldigen
Optellen
Afhalen

Slide 7 - Sleepvraag

Kwadraat van (-3)
A
6
B
9

Slide 8 - Quizvraag

Bereken het kwadraat:

32
A
6
B
9
C
-9
D
-6

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Parabool

Slide 11 - Tekstslide

Welke van de formules hieronder horen bij een kwadratische verband?

y1=3x24
y2=x+52
A
Y1: Ja Y2: Ja
B
Y1: Nee Y2: Ja
C
Y1: Ja Y2: Nee
D
Y1: Nee Y2: Nee

Slide 12 - Quizvraag

Is het dal- of bergparabool?

y=3x24
A
dalparabool
B
bergparabool

Slide 13 - Quizvraag

Wat zijn de kwadratische formules?
A.
B.
C.
D.




y=2x29
y=2x9
y=x2+3
y=x+3
A
A en B
B
A en C
C
B en D
D
C en D

Slide 14 - Quizvraag

vul in voor x=2
y=2x29
A
y=1
B
y=-5
C
y=5
D
y=-1

Slide 15 - Quizvraag

vul in voor x=-2
y=2x29
A
y=1
B
y=-5
C
y=5
D
y=-1

Slide 16 - Quizvraag

Vul in x= -4
y=x2+3
A
y=7
B
y=-11
C
y=19
D
y=-13

Slide 17 - Quizvraag

Wat ga je leren?
Je weet wat som, verschil en termen zijn.
Je weet wat product, quotiënt en factoren zijn.
Je kent de vermenigvuldigingspunt en kunt deze gebruiken bij het rekenen met letters.
Je weet dat de som van gelijke termen, het product van twee factoren is.
Je weet wat herleiden is.
Je kunt herleiden bij vermenigvuldigen.
Je weet wat gelijksoortige termen en niet gelijksoortige termen zijn.
Je kunt gelijksoortige termen herleiden door optellen.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Huiswerk

     Maak van 7.4: opgave 49, 51, 55, 56, 60 & 61

KIJK NA EN VERBETER!


Maak een foto van je uitwerkingen

ga naar opdrachten 

klik op werk toevoegen

inleveren

Slide 31 - Tekstslide

OPDRACHT
Maak een foto van je uitwerkingen

ga naar opdrachten
klik op werk toevoegen
inleveren

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Video

Slide 34 - Video

Slide 35 - Video