Week 3
1 / 17
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Welk woord is goed geschreven?
A
zleutel
B
sluetel
C
sleutel
D
sleutul
Slide 4 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
honger
B
honker
C
hongur
D
hoonger
Slide 5 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
winkul
B
winkel
C
wingel
D
winkol
Slide 6 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
bleosem
B
bloesum
C
dloesem
D
bloesem
Slide 7 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
gehiem
B
geheim
C
guheim
D
gehein
Slide 8 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
verhal
B
vurhal
C
vurhaal
D
verhaal
Slide 9 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
vurjaardag
B
verjaardach
C
verjaardag
D
verjardag
Slide 10 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
nieuws
B
niews
C
neiuws
D
nieujs
Slide 11 - Quizvraag
Welk woord is goed geschreven?
A
geschreeuw
B
guschreeuw
C
gesgreeuw
D
guschreew
Slide 12 - Quizvraag
Wat is de regel bij 'meeuw'?
Slide 13 - Open vraag
Wat is de regel bij 'gebak'?
Slide 14 - Open vraag
Wat is de regel bij 'zwarte mieren'?
Slide 15 - Open vraag
zwarte mieren
Slide 16 - Woordweb
gebak
