[3hv] Kapitel 2: Gesundheit

[3hv] Kapitel 2: Gesundheit
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

[3hv] Kapitel 2: Gesundheit

Slide 1 - Tekstslide

Wörter D-NL



Was bedeutet das großgeschriebene Wort? Wähle die richtige Übersetzung.

Slide 2 - Tekstslide

Die Band hat morgen einen AUFTRITT.

A
het succes
B
het optreden
C
de stap
D
het voorstel

Slide 3 - Quizvraag

Man muss SICH erst AN die Slackline GEWÖHNEN.

A
aanbevelen
B
lukken
C
wennen aan
D
trillen

Slide 4 - Quizvraag

Konzentrieren kann man sich dann EBENFALLS besser.


A
eveneens
B
elkaar
C
ooit
D
los

Slide 5 - Quizvraag

Der ERFOLG der Ärzte war riesig.
A
spieren
B
hart
C
poging
D
succes

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

Ausruhen verbessert die .... .
A
Schritt
B
Fortschritt
C
Fehler
D
Laune

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

Das ist schon mal der erste .... .
A
Schritt
B
Fortschritt
C
Fehler
D
Laune

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

.... ermöglicht bessere Heilung.
A
Gehirn
B
Fortschritt
C
Fehler
D
zittern

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

Bis jetzt habe ich keinen einzigen .... .
A
Gehirn
B
Fortschritt
C
Fehler
D
zittern

Slide 10 - Quizvraag

Wörter NL-D


Übersetze ins Deutsche.

Slide 11 - Tekstslide

[moe] Ich bin heute sehr ... .

Slide 12 - Open vraag

[hooikoorts] Hast du auch ... ?

Slide 13 - Open vraag

[de kiespijn] Luca hat den ganzen Tag ... .

Slide 14 - Open vraag

[vingers] Hast du alle ... ?

Slide 15 - Open vraag

Welk woord past in de zin? Vertaal naar Duits.
het gezicht - rugpijn - sinds - vanavond - weer - zenuwachtig

Er ist ... Montag krank.

Slide 16 - Open vraag

[regelmatig]

Slide 17 - Open vraag

zenuwachtig / ziek

Freitag gibt es die Prüfung für Deutsch. Ich bin sehr ... .

Slide 18 - Open vraag

duizelig / pijn doen

Ich muss mich hinsetzen. Mir ist ... .

Slide 19 - Open vraag

verkoudheid / spierpijn

Beim Fußball haben wir viel getraint. Ich habe überall .... .

Slide 20 - Open vraag

ziek / gezond

Ich ernähre mich immer ... . Ich esse viel Obst und Gemüse.

Slide 21 - Open vraag

nodig hebben / helaas

.... Sie noch etwas, Herr Müller?

Slide 22 - Open vraag

Nominativ
Akkusativ
Dativ
eerste naamval
vierde naamval
derde naamval
onderwerp
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
ich
mich
mir
du
dich
dir
er
ihn
ihm
sie
ihr (haar)
wir
uns

Slide 23 - Sleepvraag

Grammatik
De naamvallen

Vul de persoonlijke voornaamwoorden in de eerste, derde of vierde naamval in.

Slide 24 - Tekstslide

[hij] Ich höre ... nicht.

Slide 25 - Open vraag

[jullie] Habt ... uns gesehen?

Slide 26 - Open vraag

[zij ev] Kannst du ... verstehen?

Slide 27 - Open vraag

[jij] Wir wollen ... am Samstag besuchen.

Slide 28 - Open vraag

[zij mv] Vielleicht haben ... mich nicht gehört.

Slide 29 - Open vraag

[het] Das ist das neue Medikament. Wie finden Sie ...?

Slide 30 - Open vraag

[hij] Kennen wir ...?

Slide 31 - Open vraag

[zij mv] Nehmt ihr ... mit?

Slide 32 - Open vraag

[jij] Wann hat Flora .... das gesagt?

Slide 33 - Open vraag

[jullie] Ich zeige ..., wie es funktioniert.

Slide 34 - Open vraag

[zij ev] Er hat ... einen Schal mitgebracht.

Slide 35 - Open vraag

[wij] Er kann ... die Medikamente mitbringen.

Slide 36 - Open vraag

[u] Herr Schröder hat es ... beim Arzt erzählt.

Slide 37 - Open vraag

vertaal...

Geachte mevrouw

Slide 38 - Open vraag

vertaal...

Ik heb een afspraak voor een controle.

Slide 39 - Open vraag

vertaal...

Helaas ben ik verhinderd, omdat ik verkouden ben.

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Tekstslide