Burgerschap: Hoe sociaal ben jij?

Hoe sociaal ben jij?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoe sociaal ben jij?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Kennis
  • Je vertelt in je eigen woorden wat bedoeld wordt met sociale vaardigheden
  • Je geeft 2 voorbeelden van sociale vaardigheden
  • Inzicht 
  • Je  legt uit wat het belang van sociale vaardigheden in de relatie met anderen is

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaal
Wat is een sociaal persoon?
Wie sociaal is begrijpt en voelt aan hoe mensen met elkaar zouden moeten omgaan. Een sociaal mens houdt rekening met anderen, heeft respect voor de medemens en kan zich inleven in anderen.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Door rood lopen / fietsen
A
Sociaal
B
Asociaal

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Medestudent laten uitpraten
A
sociaal
B
asociaal

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voor het zieke familielid, de vriend(in), de buurman(vrouw) zorgen
A
sociaal
B
asociaal

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sociale vaardigheden
Sociale vaardigheden zijn vaardigheden die je nodig hebt als je met andere mensen omgaat. Ze zijn belangrijk voor het opbouwen en onderhouden van sociale contacten.

Deze vaardigheden kun je oefenen.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe krijgen wij sociale vaardigheden?

Slide 8 - Open vraag

opvoeding,
directe omgeving
normen en waarden
school
werk

Waarden
Waarden zijn idealen en motieven die mensen belangrijk vinden en nastreven. Waarden zijn opvattingen over wat wenselijk is.
Vaak is een waarde 1 woord 

Er zijn groeps- en persoonlijke waarden.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke waarde vind jij belangrijk?

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Normen 
Normen zijn richtlijnen (regels) voor het handelen; ze regelen het dagelijks sociale verkeer. Het zijn algemeen aanvaarde gedragsregels.

Normen kunnen positief zijn (geboden) of negatief (verboden)



Slide 11 - Tekstslide

Voorbeelden Normen: Sommige normen komen in bijna alle samenlevingen voor, zoals "je doodt niet" en "je steelt niet".
Welke norm vind jij belangrijk?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

waarom is het belangrijk om als logistiek medewerker goede sociale vaardigheden te hebben?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale vaardigheden 
Sociaal: omgang met anderen

Vaardigheden: activiteiten of gedrag waar iemand goed in is

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Normen
Als je de waarde nastreeft dan gedraag je je op een bepaalde manier. Dat noemen we dan de norm, bijvoorbeeld: 
Waarde = eerlijkheid -> Norm = niet liegen
Waarde = hulpvaardigheid -> Norm = anderen helpen
Waarde = vriendelijkheid -> Norm = aardig zijn


Slide 16 - Tekstslide

Er kunnen meerdere normen (gedragsregels) worden toegeschreven aan een bepaalde waarde.  
Voorbeeld beleefdheid -> 
1 . Als iemand je helpt met iets, bedank je die persoon. 
2. Als er oudere mensen in de trein instappen sta je voor diegene op. Enzovoort