Deel 8 - Les 5: Telwoorden

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsSecundair onderwijs

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een telwoord?

Slide 2 - Open vraag

Er bestaan twee soorten telwoorden. Welke?
A
Hoofd- en rangtelwoorden
B
Teen- en rangtelwoorden
C
Knie- en rangtelwoorden
D
Vinger- en rangtelwoorden

Slide 3 - Quizvraag

Het verschil tussen hoofd- en rangtelwoorden

Slide 4 - Tekstslide

Hoofdtelwoorden geven een aantal aan. 


- Hij heeft nummer 17 getrokken. 
- Dat meisje heeft veel geoefend. 
 

Slide 5 - Tekstslide

Rangtelwoorden geven een rangschikking aan. 

- Usain Bolt werd alweer derde
- Dat is de laatste keer!
 

Slide 6 - Tekstslide

Uit welk soort telwoord bestaan onderstaande zinnen?

Slide 7 - Tekstslide

Ik wil anderhalve kip opeten.
A
Rangtelwoord
B
Hoofdtelwoord

Slide 8 - Quizvraag

Ze zetten zeven stappen
A
Rangtelwoord
B
Hoofdtelwoord

Slide 9 - Quizvraag

Joost kwam als eerste over de finish.
A
Rangtelwoord
B
Hoofdtelwoord

Slide 10 - Quizvraag

Mark was als laatste klaar.

A
Rangtelwoord
B
Hoofdtelwoord

Slide 11 - Quizvraag

Tienduizend luchtballon kleuren de hemel blauw.
A
Rangtelwoord
B
Hoofdtelwoord

Slide 12 - Quizvraag

Maar weinig kinderen vonden het leuk.
A
Rangtelwoord
B
Hoofdtelwoord

Slide 13 - Quizvraag

Lies is voor de zoveelste keer gewaarschuwd.

A
Rangtelwoord
B
Hoofdtelwoord

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Dimphy heeft vier kleinkinderen.
A
Bepaald hoofdtelwoord
B
Onbepaald hoofdtelwoord

Slide 17 - Quizvraag

Op die school zitten veel kinderen.
A
Bepaald hoofdtelwoord
B
Onbepaald hoofdtelwoord

Slide 18 - Quizvraag

Als lunch eet ik graag twee eieren.
A
Bepaald hoofdtelwoord
B
Onbepaald hoofdtelwoord

Slide 19 - Quizvraag

Sommige mensen op school zien me graag.
A
Bepaald hoofdtelwoord
B
Onbepaald hoofdtelwoord

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Elke honderdste beller wint een prijs.
A
Bepaald rangtelwoord
B
Onbepaald rangtelwoord

Slide 23 - Quizvraag

Mark woont in het middelste huis.
A
Bepaald rangtelwoord
B
Onbepaald rangtelwoord

Slide 24 - Quizvraag

Mick was de laatste die naar huis ging.
A
Bepaald rangtelwoord
B
Onbepaald rangtelwoord

Slide 25 - Quizvraag

Ik kwam als eerste over de finish.
A
Bepaald rangtelwoord
B
Onbepaald rangtelwoord

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Tekstslide