VKZ - transplantatie

VKZ - transplantatie
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 3 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

VKZ - transplantatie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

02:25
Het is de moeite waard het hart van iemand te gebruiken die nog niet hersendood is

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

05:09
Wat is het voordeel van gebruik van eigen bloed in de heart-in-a-box?
A
Goede temperatuur van het hart
B
Minder kans op afstoting
C
Het hart wordt direct van zuurstof voorzien
D
Minder kans op complicaties

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

08:06
Hoe is het mogelijk dat er spontane contractiliteit ontstaat?
A
Door externe pacemakerdraden
B
Het hart kan autonoom functioneren
C
Door de hart-longmachine
D
Het hart was eigenlijk nog niet 'dood'

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

11:15
Wat kan het betekenen als het lactaat stijgt?
A
Dat er te weinig O2 aanwezig is
B
Dat er teveel CO2 aanwezig is
C
Dat er schade is aan het hart
D
Dat het hart niet goed pompt

Slide 6 - Quizvraag

Bij genoeg zuurstof komt er CO2 vrij bij verbranding. Bij te weinig O2 wordt er lactaat aangemaakt als verbrandingsstof.
Ophoping lactaat -> verzuring van het bloed -> acidose

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

00:44
Waarom moet iemand psychosociaal in orde zijn om donor te kunnen zijn?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

03:08
Wat is het voordeel van plaatsing van de nier in de onderbuik?
A
Gemakkelijk benaderbaar bij infectie
B
Gemakkelijk aan te sluiten op de ureter
C
Minder invasief
D
Minder kans op afstoting

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De donornefrectomie wordt meestal laparoscopisch uitgevoerd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de reden dat je de donor postoperatief liever geen NSAID's geeft?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar kan hypotensie op wijzen na het doneren van een nier?
A
Afstoting
B
Sepsis
C
Dehydratie
D
Nabloeding

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het gevaar voor de ontvanger als er niet direct urineproductie optreedt?
A
Decompensatio cordis
B
Afstoting van de nier
C
Hydronefrose
D
Oedeem

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het belang van therapietrouw postoperatief?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe komt het dat je postoperatief diabetes kunt ontwikkelen?
A
De nier maakt minder epo aan
B
De nier filtert minder glucose uit
C
Gebruik van corticosteroïden
D
Zorgvrager nemen toe in gewicht

Slide 16 - Quizvraag

Corticosteroïden zorgen voor glucosestijging + afname glucoseopnemend vermogen van cellen + toename eetlust + (minder aanmaak insuline) = insulineresistentie
Wat is een parameter in je bloed voor afstoting (rejectie)?
A
GFR
B
Natrium
C
Kalium
D
Creatinine

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat ga je doen bij tekenen van afstoting (koorts, pijn transplantaat, minder u.p.)?
A
Antistoffen uitfilteren (plasmaferese)
B
Hoge doseringen prednisolon
C
Nefrectomie
D
Dialyse

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als een inwoner van Nederland in het ziekenhuis overlijdt aan een hersenstaminfarct en zijn nieren worden gebruikt voor transplantatie, dan is dit een non-heart-beating-donatie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Na uitname van de nier is het belangrijk dat deze goed warm wordt gehouden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een cross-overdonatie wordt de linkernier aan de rechterkant ingebracht en vice versa.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

ATN (acute tubulusnecrose) kan zich spontaan herstellen.
A

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies