In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
5.3: Gedrag onderzoeken
Slide 1 - Tekstslide
Wat is gedrag?
A
Alle bewegingen van een mens of een dier.
B
Alles wat een dier of mens doet, dus ook zweten en huilen.
C
Alles wat een dier doet om zijn baasje het naar zijn zin te maken.
D
een respons
Slide 2 - Quizvraag
Mira is buiten aan het werk. Ze krijgt het warm en trekt haar jas uit. Is het uittrekken van haar jas een reactie op een inwendige of op een uitwendige prikkel?
A
inwendige prikkel
B
uitwendige prikkel
Slide 3 - Quizvraag
De drempelwaarde wordt gehaald als de ............ sterk genoeg is
A
Seintje
B
Prikkel
C
Impuls
D
Zintuig
Slide 4 - Quizvraag
Sleutelprikkel of supranormale prikkel?
Sleep de foto's tekst naar de juiste plek.
sleutelprikkel
supranormale prikkel
Slide 5 - Sleepvraag
Het signaal van deze hond is een
A
geur
B
kleur
C
geluid
D
beweging
Slide 6 - Quizvraag
Leerdoelen 5.3
Je kunt uitleggen dat je bij gedragsonderzoek kijkt naar de volgorde van handelingen die dieren of mensen doen.
Je kunt de stappen van een gedragsonderzoek beschrijven en uitleggen welke middelen je daarvoor gebruikt.
Je kunt uitleggen hoe je het gedrag van mensen of dieren noteert.
Je kunt conclusies trekken uit een gedragsonderzoek.
Slide 7 - Tekstslide
Studie van gedrag
Ethologie = studie van gedrag
Etholoog = iemand die gedrag bestudeert
Alles objectief bekijken = alleen feiten!
Wat?
Hoe vaak?
Slide 8 - Tekstslide
Wat moet deze persoon allemaal doen om soep te eten?
timer
0:30
Slide 9 - Tekstslide
Gedrag = aantal handelingen
1. Lepel oppakken
2. Lepel in de soep doen
3. Lepel met soep in de mond doen
Slide 10 - Tekstslide
Waarom onderzoeken we gedrag?
Om bepaalde gedragsketens te ontdekken, en dus gedrag te kunnen voorspellen.
Gedragsketen = dezelfde volgorde van handelingen (bijvoorbeeld soep eten)
Slide 11 - Tekstslide
0
Slide 12 - Video
Gedragsketen
Gedragsketen:
opeenvolging van handelingen,
altijd in vaste volgorde
Vaak te zien bij voortplantingsgedrag
Slide 13 - Tekstslide
Ethogram
Wat doet het dier?
Ethogram= lijst met beschrijvingen van handelingen
Lijst met beschrijving en afkorting van verschillende handelingen die het dier kan doen.
Slide 14 - Tekstslide
Handeling
Afkorting
Omschrijving
Eten
Et
Kauwende beweging met voedsel in de bek
Graven
Gr
...
Snuffen
Sn
Met snuit aan materiaal ruiken
Krabben
Kr
...
enz...
...
...
Ethogram
Slide 15 - Tekstslide
Handeling
Afkorting
Omschrijving
Maak allemaal een tabel van 3 rijen breed!
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Slide 18 - Tekstslide
Protocol
Om de 5 seconden noteer je welke handeling je ziet.
Omdat je snel moet zijn, gebruik je de afkortingen.
Aan het einde tel je de afkortingen
Slide 19 - Tekstslide
Jeroen beweert dat een balts van een stekelbaars een handeling is. Is dit juist? Leg uit.
A
Ja, een balts is een enkele handeling
B
Nee, een balts zijn meerdere handelingen (gedragsketen)
Slide 20 - Quizvraag
Wat is ethologie?
A
Het bestuderen van gedrag
B
Het beïnvloeden van gedrag
C
Het gedrag van dieren veranderen
D
Het gedrag van mensen veranderen
Slide 21 - Quizvraag
Is dit een ethogram en/of een protocol?
A
Zowel een ethogram als een protocol
B
Ethogram
C
Protocol
D
Geen van beiden
Slide 22 - Quizvraag
Wat zie je op de afbeelding?
A
Een respons
B
Een signaal
C
Een ethogram
D
Een protocol
Slide 23 - Quizvraag
Aan het werk
Maak opdr 1 t/m 11 en 15
Slide 24 - Tekstslide
Check Lesdoelen
Na vandaag kan je benoemen wat een ethogram en een protocol is
Na vandaag weet je wat je hoe je een ethogram en een protocol maakt
Slide 25 - Tekstslide
Zelf oefenen met Ethogram en protocol
Slide 26 - Tekstslide
Handeling
Afkorting
Omschrijving
Eten
Et
Kauwende beweging met voedsel in de bek
Graven
Gr
...
Snuffen
Sn
Met snuit aan materiaal ruiken
Krabben
Kr
...
enz...
...
...
Ethogram
Slide 27 - Tekstslide
Handeling
Afkorting
Omschrijving
Maak allemaal een tabel van 3 rijen breed!
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Video
Protocol
Om de 5 seconden noteer je welke handeling je ziet.
Omdat je snel moet zijn, gebruik je de afkortingen.
Aan het einde tel je de afkortingen
Slide 30 - Tekstslide
Conclusie
Welk gedrag kwam het meeste voor bij de kleine witte hond.