Hoofdstuk 8.1

Welkom
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Lesdoelen 
  • Je kunt uitleggen waarom Nederland importeert. 
  • Je kunt uitleggen waarom Nederland exporteert. 
  • Je kunt met de invoerwaarde en uitvoerwaarde berekenen wat het saldo op de betalingsbalans is. 
  • Je kunt berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.  

Slide 3 - Tekstslide

Export

Export = Verkoop van goederen en diensten in het buitenland 
34% van het bbp in Nederland bestaat uit export


Producten: Aardappelen, vlees, zuivel
Diensten: Nederland verkoopt tulpen aan Duitsland
Wat zijn de voordelen van exporteren?
- Het levert werkgelegenheid op
- Het zorgt voor inkomen in Nederland
- Het exporteren naar niet-eurolanden levert buitenlands geld (valuta) op

Slide 4 - Tekstslide

Wederuitvoer
Wederuitvoer = Een deel van de export bestaat uit goederen die we eerst importeren en daarbij onbewerkt doorverkopen aan het buitenland (export).

Slide 5 - Tekstslide

Wederuitvoer 
Haven van Rotterdam

Slide 6 - Tekstslide

Stelling: Er is sprake van wederuitvoer als een grondstof geïmporteerd wordt door Nederland, wordt bewerkt in Nederlandse fabrieken en daarna geëxporteerd wordt naar Duitsland.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Import
Import = Inkoop van goederen en diensten in het buitenland 

Producten: Ananas, wijn, elektronische apparaten.
Diensten: Een Nederlander gaat naar een theatervoorstelling in Parijs

Waarom importeert Nederland?
- Sommige landen kunnen bepaalde goederen goedkoper produceren.
- Een land heeft bepaalde grondstoffen niet of weinig.
- Een land heeft niet het juiste klimaat om bepaalde landbouwgewassen te laten groeien.
- Door import hebben consumenten meer keuze uit producten en merken.

Slide 8 - Tekstslide

Een Nederlandse familie gaat een weekend naar Disneyland Parijs.
Dit is ... van diensten
A
Export
B
Import

Slide 9 - Quizvraag

Betekenis uit- en invoerwaarde

Invoerwaarde = Het totale bedrag dat we uitgeven aan import
prijs x hoeveelheid = invoerwaarde.

Uitvoerwaarde = Het totale bedrag dat we ontvangen aan export. 
prijs x hoeveelheid = uitvoerwaarde


Slide 10 - Tekstslide

Berekenen uit- en invoerwaarde

Invoerwaarde = ingevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid


Uitvoerwaarde = uitgevoerde hoeveelheid x prijs per eenheid

Slide 11 - Tekstslide

Betalingsbalans
De betalingsbalans geeft een overzicht van betalingen uit het buitenland en alle betalingen aan het land. Zowel de in- en uitvoerwaarde van goederen en diensten. 
?

Slide 12 - Tekstslide

Situatie van de balans
Hogere invoerwaarde dan uitvoerwaarde
Hogere uitvoerwaarde dan invoerwaarde

Slide 13 - Tekstslide

Vraag: Wat zijn de voordelen 
van een open economie?


Stap 1: Denk zelf 90 seconde in stilte na over een antwoord.

Stap 2: Overleg daarna 90 seconde met je buurvrouw/buurman in fluisterstem over jullie antwoorden.

Stap 3: We bespreken daarna klassikaal de antwoorden.
timer
1:30

Slide 14 - Tekstslide

Belang van import en export voor een land
Importquote = totale invoerwaarde : nationaal inkomen X 100%

Exportquote = totale uitvoerwaarde : nationaal inkomen X 100%


Welke conclusie kan je trekken met hoge percentages?
Een land importeert en exporteert veel, en heeft daardoor een open economie

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag met het huiswerk

Huiswerk Blz. 224 t/m 227
Opdracht 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9




timer
15:00

Slide 16 - Tekstslide

Lesdoelen 
  • Je kunt uitleggen waarom Nederland importeert. 
  • Je kunt uitleggen waarom Nederland exporteert. 
  • Je kunt met de invoerwaarde en uitvoerwaarde berekenen wat het saldo op de betalingsbalans is. 
  • Je kunt berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.  

Slide 17 - Tekstslide


Wat vonden jullie van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll