Oefenen SO jaar 1+ 2

Doel: je voorbereiden voor de toets (SO1)
De volgende onderwerpen ga je oefenen:
Getallen t/m 20
Woordenschat gegevens
Jezelf voorstellen
Vragen + antwoorden
Mannelijk/vrouwelijk
Regels

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Doel: je voorbereiden voor de toets (SO1)
De volgende onderwerpen ga je oefenen:
Getallen t/m 20
Woordenschat gegevens
Jezelf voorstellen
Vragen + antwoorden
Mannelijk/vrouwelijk
Regels

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Zet de nummers op volgorde van klein naar groot
ocho
once
quince
trece
cuatro
nueve
veinte
dieciocho

Slide 3 - Sleepvraag

uno
dos
tres
cuatro
cinco
seis
siete
ocho
nueve
diez
once
doce
trece
catorce
quince
dieciséis
diecisiete
dieciocho
diecinueve
veinte
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Video

¿Qué significa: nombre?

Slide 6 - Open vraag

¿Qué significa: edad?

Slide 7 - Open vraag

¿Qué significa: nacionalidad?

Slide 8 - Open vraag

¿Qué significa: nombre del padre?

Slide 9 - Open vraag

¿Qué significa: nombre de la madre?

Slide 10 - Open vraag

¿Qué significa: profesión?

Slide 11 - Open vraag

¿Qué significa: la canción preferida?

Slide 12 - Open vraag

¿Qué significa:piscina?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Video

Koppel lidwoord aan zelfstandig naamw.
el
la
los
las
madres
tortuga
banco
museos

Slide 15 - Sleepvraag

el
la
los
las
.......  libro
... familia
... cuadernos
... ciudades (steden)
Koppel de lidwoorden met woordjes

Slide 16 - Sleepvraag

Mannelijk
Vrouwelijk
tarjeta
bolígrafo
playa
camping
chico
ciudad
hijo
piso
tienda
canción

Slide 17 - Sleepvraag

Slide 18 - Video

Probeer in hele zinnen antwoord te geven op de volgende vragen. Je vult je eigen gegevens in.
Por ejemplo,
Pregunta: ¿Cómo te llamas?

Respuesta: Me llamo...

Slide 19 - Tekstslide

¿Cómo te llamas?

Slide 20 - Open vraag

¿Cuántos años tienes?

Slide 21 - Open vraag

¿De dónde eres?

Slide 22 - Open vraag

¿Dónde vives?

Slide 23 - Open vraag

¿Hablas inglés?

Slide 24 - Open vraag

piscina
Me llamo
Hablo
Hablas
¡Hola! ................Marta.
Yo..................español y holandés.
Los sábados voy a la ....................
María ¿Tú ...........holandés?

Slide 25 - Sleepvraag

¿Hablas otras lenguas?

Slide 26 - Open vraag

¿Cómo te llamas?
¿Cuántos años tienes?
¿De dónde eres?
¿Dónde vives?
¿Hablas inglés y holandés?
Me llamo Bart
Tengo 14 años
Soy de Holanda
Vivo en Haarlem
Hablo holandés, inglés y español

Slide 27 - Sleepvraag

Woorden die eindigen op -o zijn meestal.... net zoals woorden op -or, -aje.
A
Vrouwelijk
B
Mannelijk
C
Onzijdig
D
Vrouwelijk en mannelijk

Slide 28 - Quizvraag

Woorden die eindigen op -a zijn meestal.... zoals woorden op -ción, sión of -dad
A
Mannelijk
B
Onzijdig
C
Mannelijk en vrouwelijk
D
Vrouwelijk

Slide 29 - Quizvraag

Geef een voorbeeld van een mannelijk woord en een vrouwelijk woord in het Spaans.

Slide 30 - Open vraag