V2A herhaal grammatica les 2

Today's Planning
Wat gaan we doen?  Een recap van de ‘tag questions’, ‘much, many, a few, a little, few, little’, woordvolgorde (plaats + tijd). We gaan samen ons geheugen opfrissen van de uitleg van voor de vakantie. Daarna gaan jullie de oefenbladen maken (die voorin de klas liggen) met deze drie onderdelen.
Waarom?  Om nog een keer samen te oefenen voor de toets die maandag over een week staat gepland. 
Hoe? Met een pen.
Hoeveel tijd?  35 minuten.
Hulp nodig? Vinger opsteken bij een vraag.
Uitkomst? Wat doen we ermee?  Door nog een keer de grammatica onderdelen van unit 3 te oefenen  ben je nog beter voorbereid op het proefwerk.
Klaar? Als je klaar bent met het maken van alle drie de stencils dan ga je de antwoorden checken met de antwoordenbladen. Die kun je aan mij vragen. Als je daar mee klaar bent dan maak je de opdrachten van 3.5 af. Ben je daar ook mee klaar dan mag je wat voor jezelf doen. Wel in stilte zodat je klasgenoten rustig aan het werk kunnen blijven.


1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Today's Planning
Wat gaan we doen?  Een recap van de ‘tag questions’, ‘much, many, a few, a little, few, little’, woordvolgorde (plaats + tijd). We gaan samen ons geheugen opfrissen van de uitleg van voor de vakantie. Daarna gaan jullie de oefenbladen maken (die voorin de klas liggen) met deze drie onderdelen.
Waarom?  Om nog een keer samen te oefenen voor de toets die maandag over een week staat gepland. 
Hoe? Met een pen.
Hoeveel tijd?  35 minuten.
Hulp nodig? Vinger opsteken bij een vraag.
Uitkomst? Wat doen we ermee?  Door nog een keer de grammatica onderdelen van unit 3 te oefenen  ben je nog beter voorbereid op het proefwerk.
Klaar? Als je klaar bent met het maken van alle drie de stencils dan ga je de antwoorden checken met de antwoordenbladen. Die kun je aan mij vragen. Als je daar mee klaar bent dan maak je de opdrachten van 3.5 af. Ben je daar ook mee klaar dan mag je wat voor jezelf doen. Wel in stilte zodat je klasgenoten rustig aan het werk kunnen blijven.


Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les:

Is mijn geheugen weer opgefrist over wat ik moet weten voor het proefwerk en heb ik geoefend met die drie grammatica onderdelen van Unit 3.

Slide 2 - Tekstslide

Tag questions
I am tall, .............?
They are such nice people, ............?
She is a good student, ..............?
I am not a good singer, .............?
We aren't going to Ireland,.........?
It isn't a big deal, ............?

Bevestigende zin (+) wordt altijd ontkennend (-) bij een tag question







Slide 3 - Tekstslide

Tag questions
I am tall, aren't I?
They are such nice people, aren't they?
She is a good student, isn't she?
I am not a good singer, am I?
We aren't going to Ireland, are we?
It isn't a big deal, is it?

Bevestigende zin (+) wordt altijd ontkennend (-) bij een tag question







Slide 4 - Tekstslide

Many/much, hoe zat het ook alweer?
Wanneer gebruik je 'much' in een zin?

Bij woorden in het enkelvoud / meervoud
Als je het niet kan tellen / als je het wel kan tellen

Wanneer gebruik je 'many' in een zin?

Bij woorden in enkelvoud / meervoud
Als je het niet kan tellen / als je het wel kan tellen

Slide 5 - Tekstslide

Veel: much / many

Slide 6 - Tekstslide

En met few/little/a few/a little?
Few / A few
Bij woorden in het enkelvoud / meervoud
Telbaar / ontelbaar

Little / A little
Bij woorden in het enkelvoud / meervoud
Telbaar / ontelbaar

Slide 7 - Tekstslide

Grammar: few/little









Don’t you just hate it when people wear too much perfume?
Jennifer has little time to see her friends nowadays.
Frank has a few great movie tips. You should ask him.
Maybe I can help you translate the message! I speak a little Spanish.
How many Star Wars films have you seen?
enkelvoud/ontelbaar
meervoud/telbaar
little = weinig
few = weinig
a little = een beetje
a few = een paar
I've got too little money.
I'm cutting a few onions.

Slide 8 - Tekstslide

Woordvolgorde
Plaats voor tijd of tijd voor plaats?

(Wat was het ezelsbruggetje ook alweer voor de woordvolgorde? Hint: het is een naam en hij komt ook altijd in December uit Spanje)

(Piet)

Slide 9 - Tekstslide

Woordvolgorde:
Plaats en tijd  staan meestal achteraan in de zin.
Onthouden als ezelsbruggetje!    P I E T 
PLAATS   KOMT   VOOR   TIJD   (P komt voor de T in het alfabet)

We play  football in the park every weekend.
I'm going to London on Monday.


Place: at school - in my room - on my street - in the kitchen - to the cinema - at a restaurant
Time: yesterday - two days ago - tomorrow - next week - tonight - every day - at two o’clock

Slide 10 - Tekstslide

Let's get to work!
  • Pak de grammatica oefenbladen van voor in de klas en ga ze maken. Als je klaar bent dan kun je de antwoorden checken met de antwoordenbladen. Die kun je aan mij vragen. Als je de bladen hebt nagekeken mag je ze bij mij inleveren.
  • Daarna de opdrachten van 3.5 afmaken op malmberg.nl
  • Ben je daarmee klaar dan mag je wat voor jezelf doen (ja, ook op je telefoon). Wel in stilte zodat je klasgenoten rustig kunnen blijven werken.

timer
32:00

Slide 11 - Tekstslide

Is het lesdoel behaald?
Aan het einde van de les:

  • Is mijn geheugen weer opgefrist over wat ik moet weten voor het proefwerk en heb ik geoefend met die drie grammatica onderdelen van Unit 3.

Slide 12 - Tekstslide

Einde van de les
1. Spullen opruimen
2. Blijven zitten en wachten tot de bel gaat
3. Stoel aanschuiven
4. Telefoons pakken
5. Bye, enjoy your holiday!

Slide 13 - Tekstslide