les 1 thema 5 Energie & Milieu vmbo-k

thema 5         ENERGIE & MILIEU
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & IdentiteitMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

thema 5         ENERGIE & MILIEU

Slide 1 - Tekstslide

ENERGIE & MILIEU
les 1   Jouw kleding
les 2  Kleding die je niet meer draagt. (eindopdracht)
les 3  kijken 'Genaaid': werken in een sweat shop
les 4  eindopdracht afmaken + inleveren
finaleweek  
bufferweek  

Slide 2 - Tekstslide

LESDOELEN

Je kunt antwoord geven op de vraag: 
Wat heeft kleding te maken met 
duurzaamheid & milieu? 

Slide 3 - Tekstslide

LESOPZET
   
 20 min.  Gezamenlijk deze Lesson Up maken. 
 15 min.   Uitleggen thema 5 + eindopdracht
   5 min.   Evaluatie

Slide 4 - Tekstslide

HUISWERK
Je gaat jouw kledingkast leeghalen! 
Kleding die je niet meer nodig hebt, 
neem je mee naar school. 

+ een foto/vlog van jouw stapel kleding.

Slide 5 - Tekstslide

TERUGBLIK THEMA 4

Slide 6 - Tekstslide

Hoe belangrijk is kleding voor jou?
0100

Slide 7 - Poll

Welk kledingstuk heb jij voor het laatst gekocht? En waarom?

Slide 8 - Open vraag

Hoe hard had je het kledingstuk nodig? (Zou je naakt naar school moeten komen als je het niet gekocht had?)
0100

Slide 9 - Poll

Koop je wel eens tweedehands kleding?
ja, heel vaak
soms
bijna nooit
nooit

Slide 10 - Poll

Wat doe jij met kleding die je niet mooi meer vindt?

Slide 11 - Open vraag

Wat doe jij met kleding die je niet meer past?

Slide 12 - Open vraag

Laat je kapotte kleding wel eens repareren?
ja
nee

Slide 13 - Poll

Hoeveel nieuwe kledingstukken worden er elk jaar wereldwijd gemaakt?
A
100.000
B
1 miljoen
C
1 miljard
D
100 miljard

Slide 14 - Quizvraag

KLEDING
Ruim 100 miljard kledingstukken per jaar worden er wereldwijd gemaakt. Dat zijn 14 kledingstukken per persoon per jaar! 

Slide 15 - Tekstslide

DE GRONDSTOF
Wat heeft dat te maken met duurzaamheid & milieu? Alles!
Het begint bij de grondstof. Een kledingstof wordt gemaakt van bijvoorbeeld katoen, leer, wol of aardolie (voor polyester). Katoen moet groeien, voor leer en wol zijn dieren nodig, en aardolie komt uit de grond, maar niet eindeloos. 
Welke grondstof gebruikt wordt, hoe katoen groeit of schapen leven heeft invloed op de omgeving, het milieu.  

Slide 16 - Tekstslide

DE GRONDSTOF
Voor het produceren van katoen is ontzettend veel water nodig. Voor een T-shirt wordt 10.000 liter water gebruikt. 10.000 liter! Daar kun je 200 dagen van douchen of 18 jaar van drinken. Voor ons in Nederland lijkt het misschien of er een oneindige hoeveelheid aan water is, maar dat is niet zo. Er zijn steeds meer landen op de wereld die een tekort aan water hebben. Dat komt deels doordat er zoveel water nodig is voor onze kleding.

Slide 17 - Tekstslide

Stel, jij koopt een T-shirt van €29. Hoeveel daarvan gaat naar degene die het shirt daadwerkelijk in elkaar naait?
A
€17
B
€3,60
C
€2,19
D
€0,18

Slide 18 - Quizvraag

DE PRODUCTIE
Als jij een T-shirt van 29 euro koopt, gaat gemiddeld:
17 euro naar de winkel
3,60 euro naar het merk
4,55 euro naar de fabriek 
3,40 wordt betaald voor het materiaal
2,19 euro voor transport
18 cent naar de arbeider (dat is 0,6 procent!!)

Slide 19 - Tekstslide

EVALUATIE

Slide 20 - Tekstslide

Wat vind jij van de verdeling van het geld tussen de verschillende betrokkenen? Leg je antwoord uit.

Slide 21 - Open vraag

OPDRACHT 
Bekijk het label van een kledingstuk dat je nu aan hebt. 
Beantwoord de vragen in je schrift: 
  1. Waar is het kledingstuk gemaakt?
  2. Van welk materiaal is het gemaakt?
  3. Hoe wordt dat materiaal gemaakt?  
  4. Door wie is jouw kledingstuk gemaakt?  

Slide 22 - Tekstslide

In totaal doen we elk jaar gemiddeld zo'n 250 miljoen kilo jasjes, jurken, theedoeken en overtrekken weg. Dat is bijna 15 kilo door jou, 15 door mij, enz.
A
waar
B
niet waar

Slide 23 - Quizvraag

EINDOPDRACHT M&I THEMA 5
Je kledingkast uitmesten!

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

DE PRODUCTIE
Jouw shirt of broek moet eerste gemaakt worden van de verschillende grondstoffen. Dat gebeurt door mensen, ergens op de wereld.  Zij moeten genoeg loon krijgen om te kunnen leven en eten. Hoe er voor deze mensen gezorgd wordt, wat zij verdienen, hoe de fabrieken onderhouden worden en hoe lang hun werkdagen zijn, heeft te maken met duurzaamheid. 

Slide 26 - Tekstslide

DE VERPAKKING + VERVOER
Kleding wordt verpakt. Bijna alle kleding die in Nederland in de winkels hangt, is niet in Nederland gemaakt. Om het van andere landen hier in de winkels te krijgen, moet het verpakt en vervoerd worden. Verpakking belanden bij het afval en vervoer zorgt voor CO2 uitstoot. Allebei hebben zij een grote invloed op het milieu. Als we online kleding bestellen, wordt het nogmaals verpakt en vervoerd. De impact voor het milieu is dan alleen nog maar groter. 

Slide 27 - Tekstslide

AFVAL VAN KLEDING 
Er worden jaarlijks ontzettend veel kledingstukken weggegooid. Door winkels en consumenten. Omdat ze niet meer passen, stuk zijn, niet meer in de mode, niet verkocht worden, enz. We kopen met elkaar ontzettend veel kleding, veel meer dan we echt nodig hebben. Daardoor blijft ook de berg afval van kleding groeien. En natuurlijk de berg afval verpakkingen en hoeveelheid CO2-uitstoot. 

Slide 28 - Tekstslide

Wat heeft kleding te maken met duurzaamheid en milieu?

Slide 29 - Open vraag

Hoe was jouw werkhouding deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll