Deel 8b, thema 1, week 3 Basistoets

BASISTOETS
lesdoel 1

Ik kan grote getallen als kommagetallen schrijven en omgekeerd.


8 250 000 = 8,25 miljoen

250 000 = 0,25 miljoen

50 000 = 0,05 miljoen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

BASISTOETS
lesdoel 1

Ik kan grote getallen als kommagetallen schrijven en omgekeerd.


8 250 000 = 8,25 miljoen

250 000 = 0,25 miljoen

50 000 = 0,05 miljoen

Slide 1 - Tekstslide

Stappenplan
Zet de getallen in een schema.
Dan weet je waar de komma moet staan.
Schrijf 50 000 in het schema.
Wat is het kommagetal? 50.000 = ... miljoen

Slide 2 - Tekstslide

Schrijf als kommagetal.
Schrijf op .... miljoen
4 330 000

Slide 3 - Open vraag

Schrijf als getal.

0,33 miljoen

Slide 4 - Open vraag

Schrijf als kommagetal.
Schrijf op .... miljoen
8 250 000

Slide 5 - Open vraag

Schrijf als getal.
Voorbeeld? 1 miljoen is 1 000 000
8,12 miljoen

Slide 6 - Open vraag

Een bedrijf heeft 0,89 miljoen euro aan spullen verkocht. Hoeveel euro is dat?
Voorbeeld? 0,1 miljoen is 100 000

Slide 7 - Open vraag

BASISTOETS
lesdoel 2

Ik kan makkelijk grote getallen bij elkaar optellen.


Reken uit:

1241 + 1100 + 759 =

3100

Slide 8 - Tekstslide

BASISTOETS
lesdoel 3

Ik weet welk getal er mist.

Slide 9 - Tekstslide

BASISTOETS
lesdoel 4

Als ik kommagetallen vermenigvuldig  of deel weet ik ongeveer welk getal er ongeveer uitkomt.

Slide 10 - Tekstslide

juf legt uit

Slide 11 - Tekstslide

ongeveer

Slide 12 - Tekstslide

BASISTOETS
lesdoel 5

Ik kan optellen en aftrekken met meerdere kommagetallen.

Slide 13 - Tekstslide

BASISTOETS
lesdoel 5

Ik kan vermenigvuldigen met tientallen en kommagetallen.

Slide 14 - Tekstslide

stappenplan
stap 1:
denk de komma weg en reken de som uit

stap 2:
zet de komma terug.
Kijk hoeveel getallen er achter de komma staan?
VOORBEELD:

4,1 X 3,2 =

Slide 15 - Tekstslide

Reken uit:
3,1 x 122 =

Slide 16 - Open vraag

Reken uit:
6,4 x 5,7 =

Slide 17 - Open vraag

BASISTOETS
lesdoel 6

Ik kan delen met grote getallen.

Vergeet niet een hulprijtje te maken.

Slide 18 - Tekstslide

BASISTOETS
lesdoel 7

Ik kan verhaalsommen uitrekenen.

Lees de som goed?
Wat is de som?

Slide 19 - Tekstslide

aan het werk

 Deel 8b, thema 1, week 3
Basistoets

Klaar:
werk aan je weektaak
of ga stil lezen

Slide 20 - Tekstslide