6.1 - De overheid

Economie
Leerdoelen: 
  1. Welke verschillende overheden er bestaan in Nederland.
  2. Waarom de overheid veel zaken regelt.
  3. Wat is de collectieve sector
  4. Wat zijn collectieve goederen en waarom regelt de overheid die.
  5. Wat zijn accijns en subsidies en wat is het doel van deze.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Economie
Leerdoelen: 
  1. Welke verschillende overheden er bestaan in Nederland.
  2. Waarom de overheid veel zaken regelt.
  3. Wat is de collectieve sector
  4. Wat zijn collectieve goederen en waarom regelt de overheid die.
  5. Wat zijn accijns en subsidies en wat is het doel van deze.

Slide 1 - Tekstslide

Lagen binnen de overheid
De overheid in Nederland bestaat uit drie lagen, namelijk:

1. Het Rijk

2. De provincies

3. De gemeente

Slide 2 - Tekstslide

Lagen binnen de overheid
De eerste laag, het Rijk, noemen we ook wel de Rijksoverheid óf de centrale overheid. De Rijksoverheid regelt zaken vanuit Den Haag die voor het hele land belangrijk zijn.

De ministers bedenken samen met de minister-president maatregelen om ons land goed te besturen.

De Eerste- en Tweede Kamer moeten de plannen van ministers goedkeuren en controleren. De Tweede kamer wordt door de bevolking gekozen. Door te stemmen vanaf je 18e heb je dus invloed op de plannen van de overheid.

Slide 3 - Tekstslide

1. Wat is een ander woord voor de Rijksoverheid?
A
de provincies
B
de gemeenten
C
de centrale overheid

Slide 4 - Quizvraag

2. Wat is de belangrijkste taak van onze ministers?

Slide 5 - Open vraag

3. Leg uit op welke manier je als burger invloed hebt op de plannen van de overheid.

Slide 6 - Open vraag

De gemeente
De gemeente regelt alles in je woonplaats. Ze is bijvoorbeeld verantwoordelijk voor jeugd- en ouderenzorg. Ook voor een paspoort, rijbewijs of bromfietscertificaat moet je bij de gemeente zijn.

Een gemeente wordt bestuurd door de burgemeester en wethouders. Samen noemen we ze de B en W (burgemeester en wethouders).

De gemeenteraad moet de plannen van B en W goedkeuren en controleren. De gemeenteraad wordt gekozen door de inwoners van de gemeente.

Slide 7 - Tekstslide

4. Welke begrippen horen er op de plaats van de vraagtekens te staan?

De plannen van de burgemeester en ? moeten worden goedgekeurd en gecontroleerd door de ?.
A
wethouders & gemeenteraad
B
gemeenteraad & wethouders
C
B en W & wethouders
D
B en W & gemeenteraad

Slide 8 - Quizvraag

De provincie
Het bestuur van de provincie is verantwoordelijk voor de indeling van het grondgebied van de provincie. Zij bepaalt onder andere: 

  1. waar steden en dorpen mogen uitbreiden;
  2. waar ruimte is voor natuurgebied;
  3. waar een industrieterrein mag komen;
  4. waar wegen tussen dorpen en steden moeten komen.

Slide 9 - Tekstslide

De lagere overheden
Het Rijk is de belangrijkste laag van de overheid. De gemeenten en de provincies behoren tot de lagere overheden. In totaal kennen we drie lagere overheden in Nederland, namelijk:

  1. de provincies;
  2. de gemeenten;
  3. de waterschappen.

De waterschappen beheren het water in hun gebied. Ze nemen maatregelen tegen voerstromingen en zuiveren het afvalwater.

Slide 10 - Tekstslide

5. Benoem één taak van de provincie.

Slide 11 - Open vraag

6. Welke overheid behoort niet tot de lagere overheid?
A
het Rijk
B
de provincies
C
de gemeenten
D
de waterschappen

Slide 12 - Quizvraag

Collectieve sector

Slide 13 - Tekstslide

Collectieve sector

Slide 14 - Tekstslide

Collectieve goederen
Voorzieningen waar alle burgers gebruik van kunnen maken en die worden geleverd en betaald door de overheid.

Slide 15 - Tekstslide

Voor wie zijn de collectieve goederen bestemd?
A
alle burgers
B
ambtenaren
C
rijksoverheid
D
Rijk, Provincie, Gemeente

Slide 16 - Quizvraag

Voor wie zijn de collectieve goederen bestemd?
A
alle burgers
B
ambtenaren
C
rijksoverheid
D
Rijk, Provincie, Gemeente

Slide 17 - Quizvraag

Accijns
Slecht gedrag ontmoedigen

Slide 18 - Tekstslide

Subsidie
Goed gedrag belonen

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk voor volgende les
PO overheid en bestuur 
- opdrachten 4 en 5
- afmaken 1 tm 4 
- inleveren per mail

Slide 20 - Tekstslide