Samenvatting
1 / 26
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
46. Waarom was classicisme een geschikte bouwstijl voor de bestuurders van Amsterdam?
Slide 2 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
47. Het paleis op de dam heeft feitelijk 3 verdiepingen, het lijken er meer. Hoe komt dit en hoeveel lijken het te zijn?
Slide 3 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
48. Noem een aspect van de versiering die de macht van de stad verbeeldt
A
De friezen in de timpanen verwijzen naar de wereldmacht van de stad
B
De plaatsing van vlaggen als versiering
C
De gebruikte verhoudingen
D
Het gebouw is volgens de vitruviaanse regel in Korinthische stijl ontworpen
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
49. De burgerzaal symboliseert Amsterdam als centrum van de wereld. Hoe is dit te zien?
Slide 5 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
50. Welke 2 bestuursmachten komen in het paleis op de dam bijeen?
A
De burgemeesters en de schepenen
B
De burgemeesters en de gildes
C
De gildes en de schepenen
D
De burgemeesters en de burgers
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
51. Het goede bestuur van de stad wordt aan klassieke en bijbelse voorbeelden gekoppeld. Geef voorbeelden, leg uit waar deze te zien zijn en waarom
Slide 7 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
52. De reliefs van de Vierschaar zijn achter de rechters, welk effect wilde van Campen bereiken?
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
53. Waarom is de keuze voor het plan voor Batavia opmerkelijk, gezien de moerasrijke omgeving van Java?
Slide 9 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
54. Waarom waren de ideeen van de ideale stad niet zomaar te realiseren voor Amsterdam?
Slide 10 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
55. Wat is geen kenmerk van de classicistische architectuur?
A
Het doel: een stadhuis voor de burgers
B
Het bouwmateriaal: natuursteen
C
Klassieke elementen zijn toegepast: timpanen, pilasters
D
Het ontwerp van grondplan en gevels is symmetrisch
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat weet je al over de 17de eeuw in Nederland?
Slide 12 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Horen deze afbeeldingen bij de burgerlijke cultuur?
NEE
JA
Slide 13 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Waarom is het voor Kubv belangrijk om te weten wat er speelde in de 17e eeuw in Nederland?
Slide 15 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 16 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekende de reformatie voor de kunst?
A
Kerken hadden geen geld meer en raakten in verval
B
De kerk was niet meer de belangrijkste opdrachtgever
C
Er werd geen religieuze kunst meer gemaakt
D
Kunstenaars zaten zonder werk
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 18 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
a. In de Republiek der 7 Verenigde
Nederlanden ligt de macht bij....
b. Dat is ongebruikelijk, want...
Nederlanden ligt de macht bij....
b. Dat is ongebruikelijk, want...
Slide 19 - Open vraag
na opstand tegen Spanje: DE REPUBLIEK een
GEDECENTRALISEERD SYSTEEM. Nederland is een STEDENLAND. De GEGOEDE
BURGERIJ aan de macht.
Slide 20 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Waarom kunnen we de term 'Gouden Eeuw' niet meer gebruiken voor de 17de eeuw in Nederland?
Slide 21 - Open vraag
Nederlandse Republiek, met de
gewetensvrijheid en het gunstige
handelsklimaat, uitgroeien tot een van de
machtigste en meest welvarende landen
van de 17de eeuw. Deze eeuw waarin niet
alleen handel en economie tot een grote
bloei kwamen, kwamen ook de kunst en
cultuur tot een grote bloei: dit alles zorgde
voor de benaming ‘de Gouden Eeuw”.
Slide 22 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 23 - Tekstslide
Een opperkoopman van de VOC, Aelbert Cuyp, ca. 1640 - 1660
Slide 24 - Tekstslide
- Waarom? Je verplaatst je in mogelijke opdrachtgevers uit de NL'se 17e eeuw
- Wat? ...
- Hoe? In groepjes van 2 of 3. Op papier, schrijf op (of teken! maar zet er wel bij in tekst wat het is)
- Hulp? Je boek, het internet. Als wij langskomen moet je kunnen zeggen hoe je aan het zoeken bent.
- Hoeveel tijd? ...
- Uitkomsten? Zet je naam erop en lever het bij mij in aan het einde van de les.
- Klaar? Lees pagina 16, begin met je samenvatting.
Zoek een portret op dat van jou zou kunnen zijn en plaats het hieronder
Slide 25 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe goed denk je de stof van vandaag te begrijpen?
Slide 26 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
