4.8 de geboorte

4.8: De geboorte
Welkom!

Ga op je plaats zitten
Pak je spullen


1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

4.8: De geboorte
Welkom!

Ga op je plaats zitten
Pak je spullen


Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Terugblik
  • Uitleg 4.8
  • Maken opdrachten 4.8

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog over SOAs/Voorbehoedsmiddelen?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

In de afbeelding hiernaast staan de organen van het mannelijk voortplantingsstelsel. Er staan vijf organen aangegeven met een cijfer.

Sleep de onderstaande namen achter het juiste cijfer
teelbal
zwellichaam
prostaat
zaadblaasje
bijbal

Slide 5 - Sleepvraag

Baarmoeder
Vagina
Eierstok
Eileider
Hier rijpen de eicellen
Dit onderdeel verbind de eierstokken met de baarmoeder
Het beschermen en voeden van een bevruchte eicel
Afvoeren van slijm en bloed tijdens de menstruatie

Slide 6 - Sleepvraag

Baarmoederslijmvlies verdikt
Vruchtbare dagen
Menstruatie
Ovulatie
Slijmvlies verdikt verder, eicel sterft

Slide 7 - Sleepvraag

Hoe lang duurt een zwangerschap? En hoe lang duurt de geboorte?

Slide 8 - Woordweb

3 fasen
De geboorte bestaat uit 3 fasen:

- De ontsluiting
- De uitdrijving
- De nageboorte

Slide 9 - Tekstslide

Geboorte

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

De ontsluiting
  • De bevalling begint met weeën
  • Weeën zijn samentrekkingen van de baarmoederwand. 
  • Door de weeën wordt de onderkant van de baarmoeder wijder.
  • Dat heet ontsluiting.
  • Tijdens de ontsluiting breken de vruchtvliezen. 
  • Vruchtwater vloeit via de vagina weg.
  • De ontsluiting moet groot genoeg zijn om het hoofdje erdoor te laten. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

De uitdrijving
  • De weeën worden steeds krachtiger. 
  • De spieren in de buikwand gaan zich nu ook samentrekken. 
  • Door de persweeën wordt het kindje naar buiten geperst. 
  • Dit heet uitdrijving.
  • De uitdrijving kan een paar seconden duren, maar ook een paar uur. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

fase 3: de nageboorte
Na de uitdrijving is het kindje wel geboren, maar de bevalling is nog niet helemaal klaar.
Er moeten nog 3 delen uitgedreven worden. 
de placenta - de vruchtvliezen - de rest van de navelstreng

Dit noemen we de nageboorte.
Deze komt ongeveer 15 minuten na de geboorte van het kindje. 

Slide 16 - Tekstslide

Na de bevalling 
  • Eerst worden restjes slijm uit de mond van de baby gehaald zodat hij/zij goed kan ademhalen. 
  • Dan wordt de navelstreng afgeklemd en doorgeknipt. 
  • De baby begint meteen te huilen. Dat is prima! dan is de ademhaling goed op gang gekomen. 

Slide 17 - Tekstslide

normale ligging
(hoofdje komt eerst) 

stuitligging
(kontje of voetjes van baby 
komen eerst) 
dwars ligging
 kan het kind niet via de vagina worden geboren. 

Slide 18 - Tekstslide

Welke vragen zijn er?

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag: huiswerk
Maak van basisstof 4.8: De geboorte:
  • Opdrachten 1 t/m 4.
  • Test jezelf.

Klaar?
  • Oefen op biologiepagina.nl
  • Maak een begrippenlijst
Lukt iets niet? Vraag om hulp.
timer
15:00

Slide 20 - Tekstslide

timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag: werkstuk
Ga aan de slag met je werkstuk. Bij Magister ELO vind je de 
volledige opdracht.

Klaar?
  • Leer voor het S.O. 4.2, 4.6, 4.8
  • Maak een begrippenlijst

Lukt iets niet? Vraag om hulp.

Slide 22 - Tekstslide

Welk deel zorgt voor de uitwisseling van zuurstof en voedingsstoffen?
A
Baarmoeder
B
Embryo
C
Eierstokken
D
Placenta

Slide 23 - Quizvraag

De placenta en resten van de navelstreng die worden uitgedreven heten:
A
Embryo
B
Bevallen
C
Nageboorte
D
Voorgeboorte

Slide 24 - Quizvraag

Wat zijn weeën?
A
Ontsluiting
B
Eerste verschijnselen van de bevalling
C
Samentrekkingen van de baarmoederwand
D
Baby's die verkeerd om in de buik liggen

Slide 25 - Quizvraag

Hoe heet het als een baby met het hoofdje naar boven ligt?
A
Zuidligging
B
Noordligging
C
Stuitligging
D
Staartligging

Slide 26 - Quizvraag

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 27 - Open vraag