2.4 blessures

Welkom
Vandaag gaan we verder met thema .
Maar wat weet je nog?
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Vandaag gaan we verder met thema .
Maar wat weet je nog?

Slide 1 - Tekstslide

Wat zorgt voor de buigbaarheid van een bot?
A
Kalkzout
B
lijmstof
C
Kalkstof
D
Lijmzout

Slide 2 - Quizvraag

De botten van ouderen hebben veel...
A
Kalkzout
B
Collageen
C
Kalkstof
D
Lijmzout

Slide 3 - Quizvraag

Hoe kunnen botten met elkaar verbonden zijn?

Slide 4 - Open vraag

B3: Beenverbindingen
Botten kunnen op 4 manieren met elkaar verbonden zijn:
  1. Vergroeid
  2. Met een naad
  3. Met kraakbeen
  4. Gewricht

Slide 5 - Tekstslide

B3: Beenverbindingen
Verbindingen zonder beweging:
Vergroeid
Met een naad

Slide 6 - Tekstslide

B3: Beenverbindingen
Verbindingen zonder beweging:
Vergroeid
Met een naad

Slide 7 - Tekstslide

B3: Beenverbindingen
Gewrichten
  • De twee botten in een gewricht zitten aan elkaar vast door een gewrichtskapsel
  • De binnenkant van het gewrichtskapsel geeft gewrichtssmeer af voor soepele beweging
  • Soms zitten er ook nog kapselbanden omheen

Slide 8 - Tekstslide

B3: Beenverbindingen
Gewrichten
  • De twee botten in een gewricht zitten aan elkaar vast door een gewrichtskapsel
  • De binnenkant van het gewrichtskapsel geeft gewrichtssmeer af voor soepele beweging
  • Soms zitten er ook nog kapselbanden omheen

Slide 9 - Tekstslide

Noem drie plaatsen in je lichaam waar een gewricht zit

Slide 10 - Open vraag

B3: Beenverbindingen
Gewrichten
Er zijn 3 typen gewrichten
  • Kogelgewricht: beweging is mogelijk in verschillende richtingen
  • Rolgewricht: bot draait in lengte-as om ander bot
  • Scharniergewricht: beweging is in één richting mogelijk

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat is je sterkste spier?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Aan de slag 
Lezen en maken geheel 2.3
Klaar? Maak een samenvatting van 2.1 t/m 2.3
timer
15:00

Slide 15 - Tekstslide

2.4 Blessures

Slide 16 - Tekstslide

Welke blessures ken jij?

Slide 17 - Woordweb

0

Slide 18 - Video

Hoe krijg je een blessure?
Blessure is een beschadiging aan een bot, spier of gewricht.

Ontstaan door valpartij of door lang achter elkaar dezelfde beweging maken= overbelasting

Slide 19 - Tekstslide

Hoe behandel je een botblessure?
• arts kan de botten zetten
• hierna komt er gips omheen
• beencellen maken extra been aan de
buitenkant van de breuk

Slide 20 - Tekstslide

0

Slide 21 - Video

0

Slide 22 - Video

welke gewrichtsblessures zijn er?
• ontwrichting, gewrichtsknobbel gaat
uit de gewrichtskom
• arts zet de gewrichtsknobbel weer
terug
• gewrichtsbanden zijn dan opgerekt,
met rust komt dat weer goed

Slide 23 - Tekstslide

Gewrichtsblessures
• verstuiking van de enkel: gewrichtskapsel en gewrichtsbanden rekken soms te ver uit of ze scheuren in. Botten blijven op hun plaats, maar het gewricht zwelt op. koelen

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

• gewrichtsbanden houden de botten bij elkaar
• kruisbanden voor meer stevigheid
• onderkant dijbeen bolvormig en loopt uit in twee gewrichtsknobbels, dit past niet goed op het scheenbeen
• twee stukjes kraakbeen(buitenste en binnenste meniscus) zorgen ervoor dat het wel past
• voetbalknie: dan is het onderbeen te veel gedraaid geweest, er komt dan te veel kracht op de meniscus en het kraakbeen scheurt
• een stukje afgescheurde meniscus kan voor problemen zorgen en moet verwijderd worden

Slide 26 - Tekstslide

0

Slide 27 - Video

spierblessures
als spieren moe worden, gaan ze trillen of stoppen ermee. Er ontstaan afvalstoffen.
teveel afvalstoffen in de spieren achterblijven dan krijg je spierpijn.

Slide 28 - Tekstslide

spierkneuzing
• Een flinke botsing of val tijdens sporten kan een spierkneuzing veroorzaken.
• spierkneuzing: spiervezels en bloedvaatjes in de spier gaan stuk.
• kapotte bloedvaatjes: blauwe plek(bloeduitstorting)
• koelen:vermindert de pijn en zwelling

Slide 29 - Tekstslide

spierkramp
• als een spier zich plotseling samentrekt tijdens intensief sporten, krijg je spierkramp
• spierkramp: spier is hard en pijnlijk
• spier is overbelast
• stoppen met de beweging waar je mee bezig bent, anders spierscheuring

Slide 30 - Tekstslide

spierscheuring
• binnenin de spier een scheurtje in de vliezen rond de spierbundels
• kan ook plotseling optreden: plotseling hevige pijn
• spierscheuring heet dan zweepslag
• koelen en rust nemen
• geneest meestal vanzelf

Slide 31 - Tekstslide

wat is een voetbalknie?
gewrichtsbanden en kruisbanden
houden de botten van het onderbeen
en het bovenbeen stevig bij elkaar.

meniscus = kraakbeen

voetbalknie = als het onderbeen blijft staan en de knie maakt een te grote beweging dan komt er teveel kracht op de meniscus dat het kraakbeen scheurt (meestal de binnenmeniscus)

als er een stukje kraakbeen is afgescheurd dan kan dat in de weg gaan zitten bij het buigen van de knie, dit wordt met een kijkoperatie verwijderd.

Slide 32 - Tekstslide

Hoe voorkom je blessures?
  • lichaam voorbereiden: warming up
  • warming up: spieren laten bewegen, er stroomt dan bloed door de spieren en je spieren worden warm
  • warme spier trekt makkelijk samen en raakt minder snel overbelast
  • warming up voorkomt blessures aan je gewrichten(verstuiking,ontwrichting)
  • bescherming (goede schoenen, scheenbeschermers, enz)
  • intapen 

Slide 33 - Tekstslide

cooling down
• om spierpijn te voorkomen
• rek- en strekoefeningen
• rustig rondjes lopen
• er stroomt dan voldoende bloed door de spieren om alle afvalstoffen af te voeren

Slide 34 - Tekstslide

wat is een goede lichaamshouding?
lichaamshouding = de manier waarop je zit/staat/beweegt

Slide 35 - Tekstslide

Sleep de juiste afbeelding bij de juiste sport.
Hardlopen
Turnen
Hockey

Handbal

zaalvoetbal
Voetbal

Slide 36 - Sleepvraag

In welke sporten worden scheenbeschermers gebruikt?
A
Handbal, Turnen en voetbal
B
Voetbal, Rugby en Skien
C
Tennis, Voetbal en judo
D
Hockey, Voetbal, sommige vechtsporten

Slide 37 - Quizvraag

Waarom hebben schaatsers van die strakke pakken aan?
A
Staat mooi
B
Hierop zijn de sponsoren goed zichtbaar
C
Aerodinamica (luchtweerstand) is minimaal
D
Zo'n pak is lekker warm

Slide 38 - Quizvraag

Waarom dragen mannen bij wedstrijdzwemmen van die bijzondere zwembroeken?
A
Die zitten lekker
B
Meer drijfvermogen en sneller door het water
C
Dit staat mooier op tv
D
Zo kunnen ze herkend worden

Slide 39 - Quizvraag

Waarom moet een klimwand regelmatig gecontroleerd worden?
A
Of de grepen niet te glad worden
B
Of de touwen nog wel goed bevestigd zijn
C
Of er geen tekenen zijn dat de touwen gaan scheuren
D
Of de grepen nog wel goed vast zitten

Slide 40 - Quizvraag

Wat is het veiligst als je je schoenen bent vergeten? meedoen met de gym op sokken of op blote voeten
A
sokken
B
blote voeten

Slide 41 - Quizvraag

Aan de slag.
Dinsdag 21-1 lezen en maken 2.4
Donderdag 23-1 lezen en maken 2.5
28 jan open dag
30-1 Afronden hfst 2 (Stakingsdag)
4 febr toets thema 2

Slide 42 - Tekstslide