4.3 Beenverbindingen

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide


Beenverbindingen

Slide 2 - Tekstslide

Weet je het nog? 
Het skelet bestaat uit beenderen. 
In totaal hebben volwassenen 206 beenderen. 
Hoofd, romp en ledematen.
Botgroepen.

Slide 3 - Tekstslide

Samenstelling van botten
Kalk ( voor de stevigheid)

Lijmstof ( buigzaam)

Slide 4 - Tekstslide

Botweefsel
Kraakbeenweefsel 
Tussencelstof met veel lijmstof en weinig kalk

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoelen § 4.3
6. Je kunt de beenverbindingen beschrijven.
7. Je kunt de bouw van de gewrichten beschrijven.
8. Je kunt de werking beschrijven van het:                             scharniergewricht, kogelgewricht, rolgewricht.

Slide 6 - Tekstslide

Beenverbindingen 
Er zijn verschillende verbindingen. 
vergroeiing - naadverbinding - kraakbeenverbinding - gewricht

Slide 7 - Tekstslide

Naadverbinding
Je schedelbeenderen zijn verbonden met een naadverbinding
De naden zijn kronkelig.

Bij een baby zitten de schedelbeenderen nog niet helemaal aan elkaar gegroeid.
Dit noemen we fontanel. 
Er is dan nog een beetje beweging tussen de schedelbeenderen mogelijk. 

Er is geen beweging mogelijk. 

Slide 8 - Tekstslide

Kraakbeenverbinding
Wanneer twee botten met kraakbeen verbonden zijn, noemen we dit een kraakbeenverbinding.
De ribbenkast en ruggenwervel zijn hier voorbeelden van. 
Er is weinig beweging mogelijk

Slide 9 - Tekstslide

Bouw van een kogelgewricht

  1. Gewrichtskogel en kom
  2. Gewrichtskapsel
  3. Gewrichtssmeer
  4. Kapselbanden
  5. Kraakbeenlaagje

Slide 10 - Tekstslide

Gewrichten
Gewrichten zijn ook een verbinding tussen 2 beenderen. 
Je hebt 3 soorten:
kogelgewricht
scharniergewricht
rolgewricht

Slide 11 - Tekstslide

kogelgewricht
De kop van het bot beweegt in de kom van het andere bot. 
Voorbeelden:
schouder - heup 

Er is veel beweging mogelijk. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Scharniergewricht
Een scharniergewricht kan botten alleen maar laten buigen of strekken. 
voorbeeld: knie, elleboog

Er is veel beweging mogelijk. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Rolgewricht
een rolgewricht zorgt ervoor dat twee beenderen langs elkaar kunnen bewegen.
Voorbeeld: je onderarm (spaakbeen/ellepijp) 

Er is veel beweging mogelijk. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Nr. 1. van afbeelding 1 is de gewrichtskogel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

De ribben en het borstbeen zijn verbonden door gewrichten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Hoe zit het staartbeen vast aan het heiligbeen?
A
naden
B
vergroeid
C
kraakbeen
D
gewrichten

Slide 20 - Quizvraag

Welke beenverbindingen zijn beweeglijk?
A
2 en 3
B
1 en 2
C
1 en 3

Slide 21 - Quizvraag

Botten kunnen op verschillende manieren verbonden zijn. Noem de 4 beenverbindingen.

Slide 22 - Woordweb

Wat is de functie van gewrichtssmeer?
A
Slijtage voorkomen
B
Splinteren voorkomen
C
Schok voorkomen
D
Soepeler laten bewegen

Slide 23 - Quizvraag

Een naadverbinding is ...
A
een beetje beweeglijk.
B
beweeglijk.
C
niet beweeglijk.

Slide 24 - Quizvraag

Een kogelgewricht zit in je
A
onderarm en onderbeen.
B
schouder en heup.
C
opperarmbeen en ellepijp.

Slide 25 - Quizvraag

Hoe noem je het bot dat met een kogel vast zit in de kom van de heup?
A
opperarmbeen
B
dijbeen
C
ellepijp
D
spaakbeen

Slide 26 - Quizvraag

Vertel in eigen woorden wat je deze les geleerd hebt. Noem iets wat je nog niet wist.

Slide 27 - Open vraag

Leerdoelen §4.3
6. Je kunt de beenverbindingen beschrijven.
7. Je kunt de bouw van de gewrichten beschrijven.
8. Je kunt de werking beschrijven van het: scharniergewricht, kogelgewricht, rolgewricht.

Slide 28 - Tekstslide

Aan de slag
leren § 4.1 en § 4.2
lezen § 4.3
mk en lr § 4.3 gewrichten 

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video