oefenen 4: invalhoeken

oefenen 4
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

oefenen 4

Slide 1 - Tekstslide

Bestudeer eerst de vragen bij de invalshoeken

Slide 2 - Tekstslide

Welke invalshoek?
"Hoe keek men in het verleden tegen dit probleem aan?"
A
sociaal-economische
B
politiek-juridische
C
sociaal-culturele
D
veranderings- en vergelijkende

Slide 3 - Quizvraag

Welke invalshoek?
"Wat zijn de financiële belangen van de betrokkenen?"
A
sociaal-economische
B
politiek-juridische
C
sociaal-culturele
D
veranderings- en vergelijkende

Slide 4 - Quizvraag


Welke invalshoek herken je? 
A
Politiek-juridische invalshoek
B
Sociaal-economische invalshoek
C
Sociaal-culturele invalshoek
D
Veranderings-vergelijkende invalshoek

Slide 5 - Quizvraag


Welke invalshoek herken je? 
A
Politiek-juridische invalshoek
B
Sociaal-economische invalshoek
C
Sociaal-culturele invalshoek
D
Veranderings-vergelijkende invalshoek

Slide 6 - Quizvraag

Een maatschappelijk vraagstuk kun je vanuit verschillende invalshoeken
bekijken.
In welk citaat uit de tekst is de veranderings- en vergelijkende invalshoek te
herkennen?
A
“Ruim de helft van de Nederlanders heeft nog nooit van ransomware gehoord” (r. 3-4)
B
“Het virus gijzelt je computer door bestanden ontoegankelijk te maken en geeft deze pas vrij als je losgeld hebt betaald.” (r. 9-10)
C
“In 2015 had 65% van de Nederlanders nog nooit van ransomware gehoord. Inmiddels is dit gedaald naar 53%.” (r. 11-12)
D
D “Alert Online is de jaarlijkse bewustwordingscampagne die dit jaar plaatsvindt van 3 tot en met 14 oktober 2016.” (r. 22-23)

Slide 7 - Quizvraag


Welke invalshoek herken je? 
A
Politiek-juridische invalshoek
B
Sociaal-economische invalshoek
C
Sociaal-culturele invalshoek
D
Veranderings-vergelijkende invalshoek

Slide 8 - Quizvraag

Welke invalshoek?
Wetten en regels
A
Politiek-juridisch
B
Sociaal-cultureel
C
Sociaal-economisch
D
Veranderings- en vergelijkend

Slide 9 - Quizvraag

Welke invalshoek?
Commerciële belangen
A
Politiek-juridisch
B
Sociaal-cultureel
C
Sociaal-economisch
D
Veranderings- en vergelijkend

Slide 10 - Quizvraag

Welke invalshoek?
Vooroordelen en stereotypen
A
Politiek-juridisch
B
Sociaal-cultureel
C
Sociaal-economisch
D
Veranderings- en vergelijkend

Slide 11 - Quizvraag

Welke invalshoek?
Wat is de maatschappelijke positie van de betrokken groepen
A
Sociaal economische
B
Politiek juridische
C
Sociaal culturele
D
Veranderings en Vergelijkende

Slide 12 - Quizvraag

Welke opvattingen hebben politieke partijen en stromingen met betrekking tot dit vraagstuk?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 13 - Quizvraag

Wat zijn de opvattingen, waarden, normen van betrokken maatschappelijke groepen over de aard, de oorzaken van het maatschappelijk vraagstuk of oplossingen?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 14 - Quizvraag

Wat zijn de belangen van de betrokken maatschappelijke groepen?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 15 - Quizvraag

Wat is de rol van (sub) cultuur van groeperingen/de samenleving?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 16 - Quizvraag

Hoe keek men in het verleden tegen het vraagstuk aan?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 17 - Quizvraag

Hoe kijkt men in andere samenlevingen tegen het vraagstuk aan?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 18 - Quizvraag

Wie/welke groepering heeft er ten aanzien van het vraagstuk meer macht dan een ander/andere groepering?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 19 - Quizvraag

Wat zijn de machtsmiddelen van de overheid en de verschillende maatschappelijke groeperingen?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 20 - Quizvraag

Welke mogelijkheden hebben groeperingen om het beleid te beïnvloeden?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 21 - Quizvraag

Welke financieel-economische belangen of financiële aspecten zijn bij het vraagstuk betrokken?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 22 - Quizvraag

Wat is de relatie tussen het vraagstuk en maatschappelijke ongelijkheid?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 23 - Quizvraag

Welk beleid en welke regelgeving bestaat er voor dit maatschappelijk vraagstuk?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 24 - Quizvraag

Welke sociale, culturele, politieke en sociaaleconomische veranderingen zijn van invloed geweest?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 25 - Quizvraag

Welke opvattingen hebben politieke partijen en stromingen met betrekking tot dit vraagstuk?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 26 - Quizvraag

Wat is de relatie tussen belangen en maatschappelijke positie?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de rol van de media bij het ontstaan van meningen/bij ontstaan van beeldvorming?
A
politiek-juridische invalshoek
B
veranderd-vergelijkende invalshoek
C
sociaal-culturele invalshoek
D
sociaal-economische invalshoek

Slide 28 - Quizvraag

Nu volgen vragen uit het examen

Slide 29 - Tekstslide

Moeder verbijsterd: “Mensen filmden mijn kind toen het werd aangereden.”

Iemand fotograferen die is aangereden. Politici en agenten kunnen er met hun verstand niet bij. Deze zomer vonden omstanders het nodig om foto’s te maken na een aanrijding. Dit tot groot verdriet van de nabestaanden.
De moeder van het slachtoffer, die haar naam liever niet in de krant heeft, richt zich in een oproep op sociale media direct tot de filmers. Wie zijn zij en wat zijn ze met de foto’s van plan? Uit respect voor haar kind wil de
vrouw geen verdere toelichting geven op haar verhaal. Wel vindt ze het prima dat deze krant haar oproep oppakt.

Sensatiebeluste voorbijgangers die ernstige ongelukken en rampen filmen: het is een veelbesproken onderwerp. Sommige Tweede Kamerleden zijn dit gedrag zo beu dat ze aan de minister hebben gevraagd of zij strafrechtelijk kunnen worden aangepakt. “Vreselijk. Leed op leed. Wat bezielt mensen?”, reageert Madeleine van
Toorenburg (CDA) op de filmers. “Het is nu wel de vraag wat er met de beelden wordt gedaan. Dit is precies waarom er snel regelgeving moet komen. Het liefst zie ik een stevige strafbepaling waarmee deze mensen
kunnen worden aangepakt.”

Slide 30 - Tekstslide



Volgens de politie is dit soort ramptoerisme ‘van alle tijden’. “Maar door de komst van de smartphone is er wel het een en ander veranderd. De smartphone is een werkelijkheid waar we mee moeten leven, en met
mensen die filmen dus ook.” De afgelopen tijd hebben meerdere politiemensen in de media een oproep
gedaan. “Ga niet filmen als wij een leven aan het redden zijn, en al helemaal niet als je daarmee de rest van het verkeer in gevaar brengt”, legt een woordvoerder uit.

De afgelopen tijd hebben meerdere politiemensen in de media een oproep
gedaan. “Ga niet filmen als wij een leven aan het redden zijn, en al
helemaal niet als je daarmee de rest van het verkeer in gevaar brengt”,
legt een woordvoerder uit.

“Filmen als je achter het stuur zit is gewoon strafbaar. Maar beelden
kunnen vervolgens ook een enorme impact op slachtoffers, familie,
bekenden of nabestaanden hebben. Dus onze oproep: denk na over wat
je filmt en wat je ermee doet!” 

Slide 31 - Tekstslide

Een maatschappelijk vraagstuk is vanuit vier invalshoeken te bekijken. In tekst 1 zijn twee invalshoeken te herkennen: de politiek-juridische invalshoek en de veranderings- en vergelijkende invalshoek.

Geef bij elk van deze invalshoeken een citaat uit tekst 1.
Doe het zo: neem het onderstaande over en vul het antwoord aan.
1 citaat politiek-juridische invalshoek …
2 citaat veranderings- en vergelijkende invalshoek …

Slide 32 - Open vraag

Laaggeletterden lopen jaarlijks ruim half miljard aan inkomsten mis
Uit onderzoek van PricewaterhouseCoopers (PwC) in opdracht van Stichting Lezen & Schrijven blijkt dat laaggeletterden jaarlijks € 572 miljoen aan inkomsten mislopen. In de huidige Nederlandse kenniseconomie raakt het onvermogen om niet goed te kunnen lezen, schrijven en/of rekenen direct aan de welvaart van mensen. Dit resulteert in minder inkomsten uit werk en hogere zorgkosten voor laaggeletterden. 

Verminderde inkomsten uit werk
Mensen die laaggeletterd zijn hebben minder kansen op de arbeidsmarkt en zijn vaker werkloos. Hierdoor hebben ze een lager inkomen dan wanneer ze zouden werken. Wanneer laaggeletterden wel een baan hebben, hebben zij gemiddeld gezien lagere salarissen. Naast de effecten op de arbeidsmarktstatus, hebben taal- en rekenvaardigheden impact op de hoogte van het brutoloon dat iemand verdient. Laaggeletterden zijn vaker werkloos. De overheid moet hen dan beschermen tegen verlies van inkomen.
of
Laaggeletterden hebben minder kansen op de arbeidsmarkt. De overheid
moet voldoende werkgelegenheid voor hen bevorderen. 

Slide 33 - Tekstslide

Een maatschappelijk vraagstuk kan vanuit vier verschillende invalshoeken
bekeken worden.
 Vanuit welke invalshoek is de tekst geschreven?

Slide 34 - Open vraag