3. Sociaal-constructivisme

3. Sociaal-constructivisme
3. Sociaal-constructivisme
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3. Sociaal-constructivisme
3. Sociaal-constructivisme

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les: essentialisme.
Wat was dat ook alweer?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Syndroom van Stendhal
  • The Stendhal Syndrom (1995)
  • Psychische aandoening na het aanschouwen van kunst
  • Vernoemd naar de schrijver Stendhal 
  • Florence
  •  Onregelmatige hartslag, flauwvallen, manie, hallucinaties of psychoses

Slide 4 - Tekstslide

Syndroom van Parijs
  •  Komt voornamelijk voor bij Japanners op bezoek in Parijs
  • Symptomen zijn o.a.: delusies, hallucinaties, derealisatie, depersonalisatie, angst en psychosomatische problemen
  • Lijkt dus cultuurgebonden te zijn, niet per se iets biologisch

Slide 5 - Tekstslide

Deze les
  • Sociaal constructivisme
  • Michel Foucault & Ian Hacking 
  • Opdracht: reactiegroepjes & filmpje Paul Verhaeghe
  •  Vergelijking met het essentialisme 

Slide 6 - Tekstslide

Psychische stoornissen als een sociaal construct

Wat betekent dat, een sociaal construct?

Slide 7 - Tekstslide

Sociaal-constructivisme
  • De sociale en culturele context bepaalt wat als 'stoornis' gezien wordt
  • Psychische stoornissen zijn dus niet (per se) biologisch
  • Afwijking van wat 'normaal' is
  • Kan dus per cultuur en door de geschiedenis heen verschillen

Slide 8 - Tekstslide

Michel Foucault
  • Wat als stoornis gezien wordt is sociaal bepaald
  • Geschiedkundige benadering
  • Classificeren van stoornissen als uitdrukking van macht
  • 'Gestoord' tegenover 'normaal'
  • Pure focus op medische aspect i.p.v. de persoon

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Ian Hacking 
  • Psychische stoornissen zijn tijd- en locatiegebonden
  • Dit komt omdat onze ideeën over wat als normaal en abnormaal gezien worden veranderen
  • Voorbeeld: fugue

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht: reactiegroepjes
1. Ondervragers: Luister goed en bedenk een vraag over het filmpje. 
2. Voorbeeldgevers: Leg een voorbeeld uit het filmpje uit.  
3. Divergente denkers: Bedenk een reden om een van de punten of argumenten uit het filmpje in twijfel te trekken. 
4. Supporters: Leg van minstens een argument of punt uit waarom je deze nuttig, interessant of goed vond.  

Slide 12 - Tekstslide

3. Divergente denkers
Muriël
Tessa
Femke
Nora
1. Ondervragers
Minke
Chloë
Vera
Myrthe
Gido
2. Voorbeeldgevers
Carice
Lise
Julia
Noa
4. Supporters
Emma
Lieke
Nienke
Eva
Verdeling groepjes
Schrijf je antwoord op! 

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht: reactiegroepjes
1. Ondervragers: Luister goed en bedenk een vraag over het filmpje. 
2. Voorbeeldgevers: Leg een voorbeeld uit het filmpje kort uit.  
3. Divergente denkers: Bedenk een reden om een van de punten of argumenten uit het filmpje in twijfel te trekken. 
4. Supporters: Leg van minstens een argument of punt uit waarom je deze nuttig, interessant of goed vond.  

Schrijf je antwoord op!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Bespreking filmpje
1. Ondervragers: welke vragen? 
     Kunnen we er zelf antwoord op geven? 
2. Voorbeeldgevers: welk voorbeeld?
     Vergelijken voorbeelden en uitleg: overeenkomsten?
3.  Divergente denkers: welke redenen/argumenten?
     Vergelijken tegenargumenten: overeenkomsten? 
4. Supporters: bespreken punten? 
     Vergelijken goede/interessante/nuttige punten: overeenkomsten? 

Slide 16 - Tekstslide

Essentialisme vs. sociaal-constructivisme
Wat is het grootste verschil tussen het essentialisme en het sociaal-constructivisme?

Wat vind jij de meest aannemelijke positie? 

Slide 17 - Tekstslide

Vind je het sociaal-constructivisme een aannemelijke positie?
Ja, ik zie er wel wat in
Nee, ik ben nog niet overtuigd

Slide 18 - Poll

Volgende week
  • Enactivisme 
  • Sanneke de Haan
  • Brug tussen het biologische en het sociale

Slide 19 - Tekstslide