Par. 4.3 Migratie naar Nederland

Migratie naar
Nederland
1 / 31
volgende
Slide 1: Woordweb
MaatschappijleerMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Migratie naar
Nederland

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Video

Planning
16/03: Verkiezing
22/03: Par. 4.1  Leven tussen verschillende culturen
23/03: Par. 4.1 Leven tussen verschillende culturen
29/03: Par. 4.2 Hoe kijk je tegen anderen aan?
30/03: Par. 4.2 Hoe kijk je tegen anderen aan?
05/04: Tweede Paasdag
06/04: Par. 4.3 Migratie naar Nederland
12/04 Par. 4.3 Migratie naar Nederland





Slide 3 - Tekstslide

Par. 4.3 Migratie naar Nederland

Slide 4 - Tekstslide

Programma
1. Huiswerk maken en bespreken (teams)
2. Uitleg par. 4.3
3. Afsluiten

Slide 5 - Tekstslide

Huiswerk
Ga naar teams. 
Maak de opdrachten van par. 4.3
Gebruik je boek. 

Heb je het al gemaakt? Heb je tijd voor jezelf (niet op je telefoon)

timer
8:00

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van de les kun je herkennen en uitleggen op welke groepen naar Nederland zijn gekomen en waarom dit gebeurde.

Slide 7 - Tekstslide

Imigratie





Nederland kent een eeuwenlange geschiedenis van immigratie. In de 20e eeuw kwamen veel immigranten uit landen als China, Marokko, Turkije, Suriname en Indonesië naar Nederland.

Slide 8 - Tekstslide

Uit welke landen komen nu de meeste immigranten naar Nederland? Noem er drie.

Slide 9 - Open vraag

Emigratie
De keuze om te emigreren is niet altijd makkelijk. Toch kunnen mensen daar belangrijke redenen voor hebben:
   
  • Ze zijn op zoek naar veiligheid.
  • Ze zijn op zoek naar werk.
  • Nederlandse koloniën werden onafhankelijk.
  • Trouwen of je gezin laten overkomen.

Slide 10 - Tekstslide

Hoe noem je iemand die uit een ander land in NL is komen wonen?
A
Emigrant
B
Asielzoeker
C
Vluchteling
D
Immigrant

Slide 11 - Quizvraag

Migreren
  • Migreren betekent verhuizen

  • Emigratie is verhuizen naar een ander land

  • Immigratie is als mensen uit andere landen in Nederland zijn komen wonen

  • Zolang er mensen zijn komt migratie voor

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video


Allochtoon of autochtoon?

Allochtoon:  jij of een van je ouders is in het buitenland geboren (en opgegroeid)
Autochtoon: jij én je beide ouders zijn in Nederland geboren.

Slide 14 - Tekstslide

Waarom emigreren mensen naar Nederland?

Slide 15 - Tekstslide


Veiligheid


Door oorlog in het eigen land of een andere politiek mening loopt men gevaar.
Deze vluchtelingen zoeken asiel (veilige plaats). 
 De laatste jaren komen veel vluchtelingen uit Syrië, Irak en Eritrea.


Slide 16 - Tekstslide

De zoektocht naar veiligheid

Slide 17 - Tekstslide


Werk


Arbeidsmigranten (vroeger: gastarbeiders)
komen naar Nederland om hier tijdelijk te werken.

In de jaren '60 en '70 van de 20e eeuw: Turken, Marokkanen, Spanjaarden enz.
In de jaren '00 en '10 van de 21e eeuw: Polen, Roemenen en Bulgaren

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video





Sommige immigranten komen uit één van de voormalige koloniën van Nederland. In die tijd was er duidelijk sprake van uitbuiting van deze landen.

Suriname (onafhankelijkheid in 1975).
Indonesië (onafhankelijkheid in 1949): Indische Nederlanders en Molukkers, velen van hen zijn naar Nederland gekomen.
De Nederlandse Antillen.

Slide 20 - Tekstslide


Koloniaal verleden


Toen de Nederlandse kolonies onafhankelijk werden,
kozen veel inwoners voor meer zekerheid in Nederland

Sommigen waren bang voor de onzekere economische of 
politieke situatie in hun eigen land.

Slide 21 - Tekstslide


Gezin


Gezinshereniging
gezin mag overkomen uit ander land, als bijvoorbeel de vader hier al woont

Gezinsvorming:
je haalt iemand uit het buitenland om mee te trouwen

Slide 22 - Tekstslide


Studie




Studeren in Nederland levert voordelen op voor de
buitenlandse student, maar ook voor de Nederlandse economie

Slide 23 - Tekstslide

Toelatingsbeleid

In Nederland gelden strenge regels om als immigrant te worden toegelaten:
  • Werkzoekenden moeten uit de EU komen of een beroep hebben waar een grote vraag naar is.
  • Gezinsvorming en gezinshereniging: minimaal 21 jaar oud zijn en voldoende inkomen hebben.
  • Vluchtelingen worden alleen toegelaten als ze ernstig gevaar in eigen land lopen.
  • Iedere nieuwkomer moet slagen voor het inburgeringsexamen.

Slide 24 - Tekstslide

Kijkopdracht: vind jij dat de overheid verantwoordelijk is voor goede opvang van illegalen?

Slide 25 - Tekstslide

Hoe noem je iemand die niet officieel in NL mag blijven?
A
Vluchteling
B
Illegaal
C
Emigrant
D
Asielzoeker

Slide 26 - Quizvraag

Hoe noem je iemand die toestemming vraagt om te mogen blijven?
A
Vluchteling
B
Immigrant
C
Asielzoeker
D
Emigrant

Slide 27 - Quizvraag

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 28 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 29 - Open vraag

Opdrachten maken
Maak de opdrachten in Teams.
Tijd: 10 minuten, daarna bespreken
Zelfstandig 
Zachtjes overleggen is toegestaan.

Slide 30 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van de les kun je herkennen en uitleggen op welke groepen naar Nederland zijn gekomen en waarom dit gebeurde.

Slide 31 - Tekstslide