De Wereld van Bijvoeglijk Naamwoorden

De Wereld van Bijvoeglijk Naamwoorden
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

De Wereld van Bijvoeglijk Naamwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les zul je begrijpen wat bijvoeglijke naamwoorden zijn en hoe ze worden gebruikt in zinnen.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over bijvoeglijke naamwoorden?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
Bijvoeglijke naamwoorden zijn woorden die iets zeggen over een zelfstandig naamwoord. Ze beschrijven eigenschappen of kenmerken.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden van bijvoeglijke naamwoorden
Mooi, groot, slim, groen, grappig, en snel zijn voorbeelden van bijvoeglijke naamwoorden.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Functie in een zin
Bijvoeglijke naamwoorden geven meer informatie over het zelfstandig naamwoord in een zin. Ze beantwoorden vragen als 'Welke?' of 'Hoeveel?'

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zinsontleding met bijvoeglijke naamwoorden
Het is belangrijk om bijvoeglijke naamwoorden te herkennen bij het ontleden van zinnen, omdat ze de eigenschappen van zelfstandige naamwoorden benadrukken.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitdaging: Zoek de bijvoeglijke naamwoorden
Geef de leerlingen een paar zinnen en vraag ze om alle bijvoeglijke naamwoorden te vinden en te onderstrepen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke naamwoorden in context
Leerlingen zullen bijvoeglijke naamwoorden tegenkomen in hun leesmateriaal. Het begrijpen van deze woorden helpt bij het begrijpen van de tekst.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenzinnen maken
Laat de leerlingen zelf zinnen bedenken waarin ze bijvoeglijke naamwoorden gebruiken om zelfstandige naamwoorden te beschrijven.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenstellen van zinnen
Laat de leerlingen zinnen maken met bijvoeglijke naamwoorden en zelfstandige naamwoorden. Bespreek daarna de gemaakte zinnen in de klas.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toets je kennis
Test de kennis van bijvoeglijke naamwoorden door middel van een korte quiz of opdracht waarbij leerlingen bijvoeglijke naamwoorden moeten herkennen en gebruiken.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg
Herhaal de belangrijkste punten over bijvoeglijke naamwoorden en geef extra uitleg waar nodig.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerking
Laat de leerlingen individueel of in groepen oefeningen maken en zinsontledingstoetsen uitvoeren om hun begrip te testen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Groep 7
Deze les is gericht op leerlingen in groep 7, waarbij de nadruk ligt op het begrijpen en toepassen van bijvoeglijke naamwoorden in zinsontleding.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Vat de belangrijkste punten van de les samen en benadruk het belang van bijvoeglijke naamwoorden in het begrijpen en gebruiken van taal.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 17 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 18 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 19 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.