AFP periode 3.2.1 Urinewegen en samenstelling urine

Periode 3, week 2 
6.4: De urinewegen 
6.5 Samenstelling van de urine 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Periode 3, week 2 
6.4: De urinewegen 
6.5 Samenstelling van de urine 

Slide 1 - Tekstslide

Herhalen 
6.1  Inleiding 
6.2 Uitscheidingsorganen 
6.3 Nieren 

Slide 2 - Tekstslide

Benoem de organen van
boven naar onderen
A
nieren, urineleiders, blaas, urinebuis
B
urinebuis, blaas, urineleiders, nieren
C
blaas, urinebuis, nieren, urineleiders
D
nieren, blaas, urinebuis, urineleiders

Slide 3 - Quizvraag

Welk bloedvat is zuurstofrijk en niet gezuiverd
A
Nierader
B
Nierslagader
C
Poortader
D
Urinebuis

Slide 4 - Quizvraag

Op welke manier hebben de nieren invloed op bloeddruk
A
ADH: zorgt voor terugresorptie water
B
aldosteron helpt bij het terugnemen van zouten
C
Erytropoetine zorgt voor aanmaak rode bloedcellen
D
Vitamine D zorgt voor opbouw botten

Slide 5 - Quizvraag

Even herhalen 
hoe ziet de nier er van binnen uit 
en wat doet ie 
(filmpje)

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

6.4 De urinewegen 
* afvoer van urine 
- urineleiders
- urineblaas
- urinebuis 

Slide 8 - Tekstslide

Urineleider 
* 25-30 cm lang 
* verlaat nier via nierpoort
* monden uit in blaas
Urine kan niet terugstromen omdat de urineleider wordt dichtgedrukt door druk in de blaas 

Slide 9 - Tekstslide

De binnenkant van urineleiders is bedekt met laagje slijmvlies, dit heeft als functie
A
bescherming tegen zuren
B
urine gaat vlotter door de urineleiders

Slide 10 - Quizvraag

De urine wordt actief door de urineleiders middels spiersamentrekkingen naar de blaas vervoert
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Urineblaas 
* ligt in het kleine bekken, achter schaambeen en onder het buikvlies 
-via bekkenslagader van bloed voorzien 
- via bekkenader afgevoerd 

Slide 12 - Tekstslide

werking blaas 
- tijdelijk opslaan van urine 
- uitscheiden van opgeslagen urine 
inwendige en uitwendige blaaskringspier sluiten blaasuitgang af

Slide 13 - Tekstslide

Blaasdriehoek 
Een glad stukje slijmvlies in de vorm van een driehoek:
Tussen de openingen van de urineleiders en de urinebuis 
* liggen gevoelszenuwen (sensoren) 
* seintje naar de hersenen wanneer de blaas ongeveer 300-350 ml urine in de blaas heeft 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Urinebuis 
transport urine naar buiten
* bij de man - 20 centimeter lang
* bij de vrouw- 4/6 centimeter lang 

Slide 16 - Tekstslide

Samenstelling urine 
* water (95%) 
* zouten (NaCL)
* ureum (afvalstof afbraak eiwitten)
* vitaminen (overschot)
* afgestoten epitheelcellen 
* onbruikbare stoffen 

Slide 17 - Tekstslide

Vragen ?
- Maak opdracht 11-27 
- Test je kennis 

Slide 18 - Tekstslide