H1 QUIZ: Wat weet je al?
1 / 26
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welk klimaat?
timer
1:00
A
Landklimaat
B
Tropischregenwoudklimaat
C
Hooggebergte klimaat
D
Toendraklimaat
Slide 2 - Quizvraag
A
Steppe
B
Savanne
C
Toendra
D
Tropisch
Slide 3 - Quizvraag
Welk klimaat
timer
1:00
A
Woestijn
B
Land
C
steppe
D
Savanne
Slide 4 - Quizvraag
Welk klimaat
timer
0:20
Slide 5 - Open vraag
Welk klimaat?
A
Steppe
B
Savanne
C
Toendra
D
Hooggebergte
Slide 6 - Quizvraag
Welk klimaat
A
Middellands zeeklimaat
B
Gematigd zeeklimaat
C
Landklimaat
D
Tropisch
Slide 7 - Quizvraag
A
Gematigd zeeklimaat
B
Middellandse zeeklimaat
Slide 8 - Quizvraag
Goed of fout. Op de afbeelding is het zomer op het noordelijk halfrond
A
Goed
B
Fout
Slide 9 - Quizvraag
Goed of fout? Op de afbeelding is het winter op het noordelijk halfrond
A
Goed
B
Fout
Slide 10 - Quizvraag
Bij welke klimaatzone hoort deze grafiek?
A
Poolklimaat
B
Tropisch klimaat
C
Het droge klimaat
D
Gematigd klimaat
Slide 11 - Quizvraag
Welk klimaat is dit?
A
Tropisch regenklimaat
B
Woestijnklimaat
C
Steppe klimaat
D
Toendra klimaat
Slide 12 - Quizvraag
Welk klimaat heeft Nederland?
A
landklimaat
B
tropisch klimaat
C
zeeklimaat
D
koud klimaat
Slide 13 - Quizvraag
In welk klimaat valt de meeste regen?
A
Landklimaat
B
Zeeklimaat
C
Tropisch klimaat
D
Koud klimaat
Slide 14 - Quizvraag
De landen in Zuid-Europa
hebben een ...
hebben een ...
A
Zeeklimaat
B
Landklimaat
C
Droog klimaat
D
Middellandse zee klimaat
Slide 15 - Quizvraag
Welk klimaat heeft Egypte?
A
Zeeklimaat
B
Bergklimaat
C
Woestijnklimaat
D
Landklimaat
Slide 16 - Quizvraag
Weer of klimaat?
"Morgen wordt het mooi weer. 25 graden en af en toe een klein buitje".
"Morgen wordt het mooi weer. 25 graden en af en toe een klein buitje".
A
Weer
B
Klimaat
Slide 17 - Quizvraag
Wat is een verschil tussen weer en klimaat?
A
periode van meten
B
klimaat gaat over kleiner gebied
C
weer is de gemiddelde toestand van de lucht
D
weer gaat over neerslag en klimaat niet
Slide 18 - Quizvraag
Stel, je houdt bij jou in de tuin een maand lang de temperatuur bij. Meet je dan het weer of het klimaat?
A
het weer
B
het klimaat
Slide 19 - Quizvraag
Welk klimaat hoort bij deze kenmerken?
"Hele jaar door neerslag, zomers koel, winters zacht".
"Hele jaar door neerslag, zomers koel, winters zacht".
A
Landklimaat
B
Middellandse zeeklimaat
C
Zeeklimaat
D
Droog klimaat
Slide 20 - Quizvraag
Van welk gebied op aarde is dit het klimaat?
A
Brazilië
B
Nederland
C
Marokko
D
Noord-Canada
Slide 21 - Quizvraag
Een groot deel van West-Europa heeft een ....
A
landklimaat
B
zeeklimaat
C
woestijnklimaat
D
geen klimaat
Slide 22 - Quizvraag
In een tropisch klimaat wordt het nooit kouder dan...
A
15 graden
B
18 graden
C
20 graden
D
23 graden
Slide 23 - Quizvraag
Als de aarde niet schuin zou
staan dan ...
staan dan ...
A
zou het minder hard waaien.
B
zou het in Nederland kouder zijn.
C
zouden we geen seizoenen hebben.
D
zou de zomer langer duren.
Slide 24 - Quizvraag
Bij een hogedrukgebied hebben we
A
Nat en koud weer
B
Stabiel en nat weer
C
Nat en warm weer
D
Stabiel en droog weer
Slide 25 - Quizvraag
Noem de verandering waardoor de eitjes van de tijgermug tegenwoordig wel kunnen overleven in Nederland.
