Quiz bloed en bloedgroepen ZPOG2K

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Quiz

Bloed en bloedvaten

Rode bloedcellen

Witte bloedcellen

Bloedplaatjes

Dichten van wonden door middel van stolling

Transport van voedingsstoffen, afvalstoffen en zuurstof

Onschadelijk maken van ziekte verwekkers

Welk belangrijk gas bindt zich aan het hemoglobine in de rode bloedcellen?

1. Koolmonoxide
2. Kooldioxide
3. Zuurstof
4. Stikstof

Waar of niet waar?
1. Witte bloedcellen ruimen afval in het lichaam op
2. Witte bloedcellen kunnen een lichaamsvreemde stof herkennen en aanvallen

1. 1 en 2 zijn waar
2. 1 en 2 zijn niet waar
3. 1 is waar
4. 2 is waar

Waar of niet waar?

Bloedplaatjes vormen een netwerk over de wond,
waardoor blijven bloedcellen haken en er een korstje ontstaat

1. Waar
2. Niet waar

Voor hoeveel procent bestaat ons bloed uit plasma?

1. 30%
2. 40%
3. 50%
4. 60%

Waar of niet waar?

Zouten in het plasma spelen een rol bij het
op peil houden van de bloeddruk

1. Waar
2. Niet waar

Welke bloedgroep is de universele ontvanger?

1. A
2. B
3. AB
4. O

Welke bloedgroep is de universele donor?

1. A
2. B
3. O
4. AB

Wat is een transfusiereactie?

1. Je maakt antistoffen tegen een foute bloedgroep
2. Je maakt antistoffen tegen een verkeerde rhesusfactor

Wat is de rhesus-ziekte?

1. Het lichaam van de moeder maakt antistoffen tegen het bloed van de baby
2. Het lichaam van de baby maakt antistoffen tegen het bloed van de moeder
3. Moeder is rhesus positief Baby is rhesus negatief
4. Moeder is rhesus negatief Baby is rhesus positief