COM2 P1 Week 4 Product: Assortiment dimensies & verwantschappen

Commercieel 2
Klas 1MREc
Product: Assortiment
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Commercieel 2
Klas 1MREc
Product: Assortiment

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

  • Retailmarketing.
  • Retailmix.
  • E-commerce.

Slide 2 - Tekstslide

In de retail gaat het om...
A
B2C
B
B2B

Slide 3 - Quizvraag

Voordelen e-commerce?

Slide 4 - Woordweb

Wat voor vaardigheid/kennis heb je voor E-commerce nodig die je niet zo nodig hebt in de winkel?

Slide 5 - Open vraag

Inhoud
  • Product ↔ Winkelformule
  • Samenstelling/indeling
     assortiment
  • Dimensies assortiment

Slide 6 - Tekstslide

Product ↔ Winkelformule
  • Één van de drie kernonderdelen.
  • Samen één retailmix.
  • Dus:
    Product moet aansluiten bij Promotie,
    Prijs, Presentatie, etc.

Slide 7 - Tekstslide

Wat hoort er allemaal
bij "Product"?

Slide 8 - Woordweb

Product 
Productmix:
  1. Assortiment 
  2. Merk
  3. Verpakking
  4. Service en garantie

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Assortiment
Beslissingen nemen over:

  • Samenstelling / Opbouw
  • Dimensies
  • Verwantschappen

Slide 11 - Tekstslide

Samenstelling assortiment
  • Afhankelijk van winkelformule en doelgroep.
  • Veel/weinig controle over.
  • Focus op geheel!

Slide 12 - Tekstslide

Artikelfunctie

Slide 13 - Tekstslide

Wat is een artikel hoort bij het kern- en randassortiment van je leerbedrijf?
timer
1:00

Slide 14 - Open vraag

Artikelfunctie
  • Kernassortiment: verwacht de klant in de winkel te vinden, belangrijkste artikelen.

Slide 15 - Tekstslide

Artikelfunctie
Randassortiment: 
  • Imagoverhoging.
  • Winstverhoging.
  • Klantenbinding.
  • Serviceverlening.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Praktisch → Taal

Slide 18 - Tekstslide

Dus:
  • Verdeling op basis van winkelformule/verwachting klant: kern- en randassortiment.


  • Functionele indeling: assortimentsgroepen, artikelgroepen, etc.

Slide 19 - Tekstslide

Assortimentsbeleid

Slide 20 - Tekstslide

Dimensies assortiment
Benoemen eigenschappen delen assortiment.

Slide 21 - Tekstslide

Effect van dimensies?

Slide 22 - Tekstslide

Consistentie assortiment
Op welke manier is er samenhang tussen product(groepen)?

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht
  • In duo's (evt drietal wanneer nodig).
  • Beschrijf voor jullie leerbedrijf:
    Breedte, diepte, hoogte en consistentie van het assortiment. (Doe dit door de te vergelijken met concurrentie.) 
timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

Verwantschappen

Slide 25 - Tekstslide

Logisch...

Slide 26 - Tekstslide

Consumptieverwantschap
Consumptieverwantschap: gelijke behoeftevervulling.
  • Complementaire artikelen = (nodige) aanvulling.
  • Follow-up artikelen = (nodige) uitbreiding.
  • Substitutie-artikelen = vervanging.
  • Me-too artikelen = vervanging.

Slide 27 - Tekstslide

Koopverwantschap
Koopverwantschap: op gelijke wijze gekocht.
  • Convenience goods: weinig moeite, regelmatig.
  • Shopping goods: meer moeite, minder vaak.
  • Specialty goods: veel moeite, niet vaak.
  • Unsought: ongezochte, vaak nieuwe, artikelen.
  • Preferred: vooral merkwaarde van belang.

Slide 28 - Tekstslide

Productieverwantschap
Bijv. op basis van materiaal,
zoals een lederwarenzaak.
Of bewerking, zoals een bakker.

Slide 29 - Tekstslide

Verwantschappen
Waar gebruik je dit inzicht voor?

Slide 30 - Tekstslide

Samenvatting:
Beslissingen nemen over:

  • Samenstelling / Opbouw: Kern- en randassortiment, indeling.
  • Dimensies: Aanbod aanpassen aan winkelformule en behoeften consument.
  • Verwantschappen: Producten passen bij elkaar en deze informatie kun je gebruiken voor keuzes over aanbod en presentatie (routing).

Slide 31 - Tekstslide

Opdracht vóór de volgende keer:

  • Maak de opdrachten bij H2.1 t/m 2.4. (Skip vraag 1 als je uit boek werkt).


Slide 32 - Tekstslide