HV1 - Hoofdstuk 1 Paragraaf 2

Welkom allemaal!
HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Laat je laptop nog even dicht en leg je aantekeningenschrift op tafel.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom allemaal!
HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Laat je laptop nog even dicht en leg je aantekeningenschrift op tafel.

Slide 1 - Tekstslide

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Maandag 25 september:

S.O. over paragraaf 1.1 en 1.2
(inclusief topo)

Slide 2 - Tekstslide

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Weet je het nog?

  1. Welke dingen moeten altijd op een kaart staan?
  2. Stel, de schaal op een kaart is 1 : 5.000.000 hoeveel kilometer is dan één centimeter op de kaart?
  3. En hoe zit dat bij een schaal van 1 : 2000?

Slide 3 - Tekstslide

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Na vandaag kun je...

...vertellen wat Teheran voor een stad is.
...verschillen tussen het noorden en het zuiden van Teheran benoemen.
...uitleggen wat een plattegrond is.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Waarom nemen de meeste mensen in Teheran de auto (of brommer)?

Slide 6 - Tekstslide

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
1. Noteer per kaart één verschil tussen het noorden en het zuiden van Teheran. (Dus in totaal vier verschillen!)
2. Kaart 4 is een plattegrond. Noteer voor de andere kaarten wat voor kaarten het zijn.
Kaart 1
Kaart 2
Kaart 3
Kaart 4
Klik op een kaart om 'm groter te maken.

Slide 7 - Tekstslide

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Plattegrond: kaart met alle straten en gebouwen.
Waarvoor gebruik je een plattegrond?

Slide 8 - Tekstslide

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Plattegrond: kaart met alle straten en gebouwen.
Waarvoor gebruik je een plattegrond?

Slide 9 - Tekstslide

HV1 AK - H1 §2: Inzoomen op Teheran
Opdracht
Teken een kaart van een zelfbedacht eiland. Zorg dat alles dat op een kaart hoort er op staat.
  • Bedenk wat er op je kaart te zien is (Hoogte? Bevolkingsdichtheid?)
  • Geef aan wat voor kaart jouw kaart is.
  • Noteer de afstand in km (of m?) van noord naar zuid en van oost naar west op je kaart.
Klaar? Maak opdracht 1, 2a, 2b, 2c, 3 van paragraaf 1.2.

Slide 10 - Tekstslide