Thema 4 Het Platte land. Kes 1 Volop voedsel

Het doel van deze les:

- Landbouw lijkt in veel Europese landen op elkaar, maar toch is er verschil.
- Nederland kent veel kassen: de glastuinbouw.
- boeren zijn afhankelijk van de grondsoort en het klimaat.
- Veel producten worden geïmporteerd/geëxporteerd. 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 7,8

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Het doel van deze les:

- Landbouw lijkt in veel Europese landen op elkaar, maar toch is er verschil.
- Nederland kent veel kassen: de glastuinbouw.
- boeren zijn afhankelijk van de grondsoort en het klimaat.
- Veel producten worden geïmporteerd/geëxporteerd. 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

We lezen samen blz. 74
Maak aantekeningen op je papier.
Na het lezen krijg je daar nog even de tijd voor.

Slide 3 - Tekstslide

De meeste citroenen komen uit:
A
Duitsland
B
spanje
C
Frankrijk
D
Polen

Slide 4 - Quizvraag

Welk product hoort niet bij Italië volgens de tekst?
A
Tarwe
B
sojabonen
C
wijn
D
feta

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de Duitse Moezel?
A
Een gebied met veel boerderijen.
B
Een lange strook van wijngaarden.
C
Een rivier in Duitsland
D
Een gebied zoals de Waddenzee

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Sleepvraag

Welke producten worden in Nederland verbouwd?

Slide 8 - Woordweb

We lezen blz. 75.
Maak je weer aantekeningen?

Slide 9 - Tekstslide

Wat is Tuinbouw in de volle grond?
A
Buiten groente en fruit verbouwen.
B
Groente en fruit verbouwen in kassen.
C
Alle grond wordt zoveel mogelijk gebruikt.
D
Alleen vruchtbare grond wordt gebruikt.

Slide 10 - Quizvraag

Welke hoort er niet bij?
Welk product wordt niet genoemd als het om glastuinbouw gaat?
A
paprika
B
wortel
C
tomaat
D
komkommer

Slide 11 - Quizvraag

Friesland
Gelderland
tuimbouw in de volle grond
Noord-Brabant

Slide 12 - Sleepvraag

Je leest nu zelf blz. 76.
Je krijgt tijd om aantekeningen te maken.

Slide 13 - Tekstslide

Boeren gaan nog maar 1 product verbouwen.
Hoe noem je dat?

Slide 14 - Open vraag

Met zo min mogelijk kosten zoveel mogelijk eieren, vlees of melk produceren.

Slide 15 - Open vraag

Wat vind jij van bio-industrie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Slide 17 - Video

Lees in 2-tallen blz. 77.
Bedenk voor de ander een vraag.
Maak daarna nog aantekeningen.

Slide 18 - Tekstslide

Boeren verkopen hun producten ver buiten Europa.
Hun ........... wordt daardoor groter.
A
omzetgebied
B
afzet
C
afzetgebied
D
inzetgebied

Slide 19 - Quizvraag

De laatste 30 jaar stoppen .......... boerenbedrijven per dag.
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 20 - Quizvraag