Les 2 JFK: Words / WW II / Word Order

Check your Words
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Check your Words

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Translate: chauffeur

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Translate: rondrit

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Translate: erachter komen

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Translate: onderzoeken

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Translate: verslag, rapport

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

 World War II

Please explain the picture to the right -->

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Explain .....
The end of World War II in Europe?

The End of World War II in Japan?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

USSR, Cold War, the Iron Curtain, communism

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SOVIET UNION
The Soviet Union (also called USSR) was a very big country that existed from 1922 to 1991. It was the biggest country in the world and had 15 smaller countries inside it, including Russia (the biggest and most powerful), Ukraine, and Kazakhstan. It was one of the two sides in the COLD WAR.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Cold War
The Cold War (1947 - 1991) was a period when the USA and western Europe were enemies of the Soviet Union.
Although they had nuclear bombs they didn't fight each other with weapons.
The Soviet Union build an IRON CURTAIN between the east and west. No one could leave and no one could enter.
The only way to know what was going on in the east, was to send in spies.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sovjet Union: military parades.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tsar Bomb:
- 64 km high explosion

 - 95 km wide cloud

- heat: would cause heavy
burns in 100 km range

- shock went around the 
earth three times

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Iron Curtain
The Iron Curtain was like a wall that divided the world  into east (Soviet Union) and west (USA and western Europe).
The countries in the east supported the idea of COMMUNISM.
The countries in the west supported the idea of CAPITALISM.
Countries with CAPITALISM were very worried that other countries would also adopt the ideas of COMMUNISM and influence their politics.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Translate IRON CURTAIN into Dutch:
A
ijzeren hekwerk
B
ijzeren gordijn
C
ijzeren man
D
ijzeren long

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

COMMUNISM: There are no rich or poor people. The state owns all factories, farms and businesses. The leader of the country is chosen by a small group of people.
CAPITALISM: There are rich and  poor people. People can own businesses and make as much money as they want.
The leader of the country is chosen by the people.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In COMMUNIST countries you could buy a big house and drive
a Rolls Royce.
A
TRUE
B
FALSE

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Capitalism
Communism

Slide 19 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Capitalism
Communism

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Capitalism
Communism

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Why was this war called
the Cold War?

Slide 22 - Tekstslide

Geen echte oorlog,
wel dreiging
spioneren
enz

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Start of Unit 5: JFK
Blink
Please open your book at: page 4

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Word order

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woordvolgorde

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wie?
doet?
wat?
waar?
wanneer?
Word Order
we
in the park
go
roller-skating
every Saturday

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

wie
doet
wat
waar
wanneer
Word Order
Carolyn
right now
her dog
in the park
is walking

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

wie?
doet?
wat?
waar?
wanneer?
Word Order
We
at the canteen
eat
lunch
most days

Slide 30 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order

What is the correct word order?
A
Billy went next door to his friend five minutes ago.
B
Billy went to his friend next door five minutes ago.

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order

What is the correct word order?
A
You there went last Monday.
B
You there last Monday went.
C
You went last Monday there.
D
You went there last Monday.

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order

What is the correct word order?
A
See you next Monday at the Google Meet.
B
See you at the Google Meet next Monday.

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order

What is the correct word order?
A
They never are on time.
B
They are never on time.
C
Never are they on time
D
On time never they are

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order

What is the correct word order?
A
Danny went to school yesterday.
B
Went Danny to school yesterday.
C
To school went Danny yesterday.
D
Danny to school went yesterday.

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word order
he
played
at music school
the drums
yesterday

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order
washes
her hair
in the bathroom
every morning
my sister

Slide 37 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order
to
now
I
have
work

Slide 38 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order
booked
to Spain
She
has
the tickets.

Slide 39 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order
my
is
of all times
Harry Potter
favourite movie

Slide 40 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order
where
are
you
living
now?

Slide 41 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Word Order
to go swimming
tomorrow
they
in the Sniep
want

Slide 42 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Put the words in the correct order:
hard-work-the students

denk aan: hoofdletters en leestekens

Slide 43 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Put the words in the correct order:
walk-my dog-I-every day
denk aan: hoofdletters en leestekens

Slide 44 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoorden: always, never, sometimes....

Deze bijwoorden komen vóór het werkwoord:

I always do my English homework
She never forgets her books
We sometimes play English word games

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoorden: always, never, sometimes....

UITZONDERING: het werkwoord to be (am, is, are, was, were)

I am always doing my best in English class
She is never bored in English class
We are sometimes doing online exercises on our laptop.

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Link

Deze slide heeft geen instructies