Les 1: introductie
1 / 28
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Ik heb onwijs veel zin in deze module!
😒🙁😐🙂😃
Slide 2 - Poll
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Lees de casus Johan Michielsen, welke woorden zijn nog onbekend?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
0
Slide 12 - Video
Hoeveel keer ademt een volwassen mens in rust gemiddeld?
A
12 - 16 x/min.
B
30 - 40 x/min.
C
60 - 80 x/min.
D
80 - 100 x/min.
Slide 13 - Quizvraag
Wat hoort bij de onderste luchtwegen?
A
Luchtpijp
B
Strottenhoofd
Slide 14 - Quizvraag
Wat is de Latijnse naam van het ademhalingsstelsel?
A
Tractus Circulatorius
B
Tractus Asmaticus
C
Tractus Respiratorius
D
Tractus Inspiratorius
Slide 15 - Quizvraag
wat zijn functies van het ademhalingsstelsel?
A
zuurstof/koolstofdioxide uitwisseling
B
zuurstof/koolstofdioxide uitwisseling en ruiken.
C
zuurstof/koolstofdioxide uitwisseling en spreken.
D
zuurstof opname in het bloed
Slide 16 - Quizvraag
bij de bovenste luchtwegen behoren
A
mondholte, neus, keelholte
B
mondholte, neus, keelholte, strottenhoofd
C
mondholte, neus, larynx, epiglottis
D
larynx, epiglottis, trachea
Slide 17 - Quizvraag
Wat is de functie van de bovenste luchtwegen?
A
Zuiveren, verwarmen en bevochtigen van lucht die binnenkomt
B
Zorgen voor een goede luchttoevoer naar de luchtpijp
C
Ervoor zorgen dat er geen voedsel in de longen komt
D
A, B en C zijn juist
Slide 18 - Quizvraag
de stembanden vormen de grens tussen de bovenste en onderste luchtwegen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Waaruit bestaan de onderste luchtwegen?
A
Luchtpijp, strottenhoofd, longblaasjes
B
Luchtwegvertakkingen, longblaasjes, strottenhoofd
C
Luchtpijp, luchtwegvertakkingen, longblaasjes
D
Keelholte, luchtpijp, longblaasjes
Slide 20 - Quizvraag
Hoort het bij de onderste of de bovenste lucjtwegen?
onderste luchtwegen
onderste luchtwegen
bovenste luchtwegen
bovenste luchtwegen
longen
neusholte
de longblaasjes
het strottenhoofd
Slide 21 - Sleepvraag
Wat is de kleinste structuur in het ademhalingsstelsel?
A
alveoli (longblaasjes)
B
bronchiën (luchtwegvertakking)
C
bronchiolen (kleine vertakkingen van de luchtwegvertakking)
D
trachea (luchtpijp)
Slide 22 - Quizvraag
Wij ademen hoeveel zuurstof in?
A
14%
B
15%
C
16%
D
21%
Slide 23 - Quizvraag
De kleinste luchtwegen zijn de:
A
Trachea
B
Bronchien
C
Bronchiolen
D
Alveoli
Slide 24 - Quizvraag
De prikkel van de hersenen naar de longen om in te ademen wordt door het _ niveau bepaald.
A
zuurstof
B
kooldioxide
