In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Kom rustig binnen
Ga zitten op jouw plek
Laptop en werkboek op tafel
Maak de startopdracht
Startopdracht:
Schrijf de verschillende organisatieniveaus van organismen van groot naar klein. Leg het wisbordje daarna op de hoek van je tafel.
timer
1:00
Slide 1 - Tekstslide
Iedereen aanwezig?
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Lesdoelen:
1.3.1 Je kunt delen benoemen van dierlijke en plantaardige cellen met hun kenmerken en functies
Agenda
Instructie (10 minuten)
Opdrachten maken (15 minuten)
Quiz paragraaf 1-2-3 (10 minuten)
Afsluiting (5 minuten)
Slide 5 - Tekstslide
Dierlijke cel
Celmembraam: dun vlies om een cel.
Celkern: regelt alles wat er in een cel gebeurt.
Kernmembraam
Cytoplasma:Stroperige vloeistof van water met opgeloste stoffen.
Slide 6 - Tekstslide
Plantaardige cel
Vacuolen: Blaasje gevuld met vocht in een plantencel.
Celwand: Stevige laag om een plantencel. De celwand is tussencelstof en behoort niet tot de cel.
In het cytoplasma van plantencellen kunnen korrels voorkomen.
Slide 7 - Tekstslide
Zelfstandige verwerking
Wat moet je maken:
- blz. 23-24-25
Niet maken: 6 & +7
Wat heb je nodig?
- Werkboekje Organen en cellen
Hoe?
Je werkt individueel
Muziek luisteren mag via Spotify of Soundcloud - GEEN YOUTUBE!
timer
20:00
Vragen?
Steek je vinger op en ik kom bij je langs.
Klaar?
Ga naar biologiepagina.nl - VMBO 3 - organen en cellen - oefenen - oefening Bas 2 cel-weefsel-orgaan-orgaanstelsel
Slide 8 - Tekstslide
Noem de negen levenskenmerken van een organisme.
Slide 9 - Open vraag
Welke levenskenmerken vallen onder stofwisseling
A
Ademhaling, beweging, ontwikkeling
B
Beweging, ontwikkeling, reageren op prikkels
C
Ademhaling, uitscheiding, voeding
D
Uitscheiding, voeding, voortplanting
Slide 10 - Quizvraag
Sleep de juiste levensfase naar het juiste plaatje.
Baby
Puber
Oudere
Kleuter
Slide 11 - Sleepvraag
Waar of niet waar Een orgaan is een deel van een organisme met één of meerdere functies?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quizvraag
Noem een voorbeeld van een orgaanstelsel
Slide 13 - Open vraag
Welk onderdeel van een cel vind ik niet in een dierlijke cel?
A
celkern
B
celmembraam
C
cytoplasma
D
korrels
Slide 14 - Quizvraag
Waar of niet waar? Bladgroenkorrels komen alleen voor in de groene delen van planten.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quizvraag
De volgende lesdoelen beheers ik: 1.1.1 Je kunt negen levenskenmerken van organismen noemen. 1.1.2 Je kunt de levensfasen van de mens noemen met de gemiddelde leeftijden en voorbeelden van ontwikkeling geven. 1.2.1 Je kunt de organisatieniveaus binnen een organisme benoemen en beschrijven. 1.3.1 Je kunt delen benoemen van dierlijke en plantaardige cellen met hun kenmerken en functies
Slide 16 - Poll
Voor de volgende les
Huiswerk:
Als je nog niet klaar bent: de opdrachten bij paragraaf 3