Humor

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieScience+4BasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

Word je creatiever van humor? Wat gebeurt er als je lacht? In deze les ga je aan de slag met het onderwerp humor. Leerlingen houden zich bezig met een onderzoek van de Universiteit Utrecht. Door zelf te onderzoeken komen jullie op een interactieve manier meer te weten over humor en onderzoekend leren. Met behulp van een baksteen komen jullie dichter bij je antwoord, om uiteindelijk antwoord te geven op de vraag: word je van lachen creatiever?

Instructies

Algemene instructie digiles

Deze les is zowel digitaal via teams of thuis te volgen als klassikaal te geven op het digibord. Bij het starten van de les bepaal je zelf of je met of zonder devices wilt lesgeven. Aan de rechterkant vind je alle instructies en handelingen die nodig zijn voor een goede voorbereiding op de digiles.

Deze digiles bevat werkbladen die je zowel digitaal als op papier kunt behandelen. Let op! Als je met papieren werkbladen wilt werken is het handig deze voor het begin van de les uit te printen. Onderaan vind je een overzicht van alles slides. Per slide is er een specifieke uitleg over wat je als docent vertelt, wat je samen gaat doen en het geeft je extra informatie over het onderwerp. Deze aantekeningen vind je ook tijdens het lesgeven per slide terug. Leerlingen kunnen deze notities ook zien. Liever een geprinte versie tijdens het lesgeven? Print dan de aantekeningen via de link 'print' onder de rode knop 'start les'.

Veel succes! 

Instructies

Werkbladen

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Zie handleiding voor de voorbereiding van dit programma.

Vertel
: Vandaag gaan we een onderzoek doen van het Universiteits Museum Utrecht. Het UMU is een museum wat gaat over wetenschap.

Vraag: Waar denken jullie aan bij wetenschap?

Wetenschap is het onderzoek doen naar iets waar je het antwoord nog niet op weet. Vandaag gaan we onderzoek doen naar humor. 

Slide 2 - Video

Doe: Laat dit filmpje zien
Dit leer je nu
Dit weet je al
Doen
Terugkijken
Klik op de hotspot
Afbeelding vergroten
Navigeren door de les
Kijken
Luisteren

Slide 3 - Tekstslide

Staat 'divices in de klas' uit? Onder de les kun je dit uitvinken. We adviseren de les te geven zonder devices, zo is de les bedacht.

De les is wel te geven met devices, leerlingen kunnen dan de code invullen en interactief meedoen met de les. 
Waar denk je aan
bij onderzoek?

Slide 4 - Woordweb

Vertel: Vandaag gaan we samen aan de slag met een onderzoek van een onderzoeker van de Universiteit Utrecht. 

Vraag: Wat weten jullie al van onderzoek doen? 

Doe: Vul het woordweb in met behulp van de digitale pen. Of laat leerlingen hun antwoord geven met behulp van wisbordjes (whiteboardjes). 

Bespreek de antwoorden kort.

Slide 5 - Video

Vertel: De onderzoeker die wij gaan helpen heet Madelijn Strick. Haar onderzoek gaat over humor. In dit filmpje zal ze het hebben over haar onderzoek en hoe jullie haar daarbij kunnen helpen.

Doe: Laat het filmpje zien.

Vraag na afloop van het filmpje aan de leerlingen of ze hebben onthouden wat Madelijne nou echt graag wilt onderzoeken. (Is het waar of niet waar dat mensen creatiever worden van lachen?)

"Lachen maakt je creatiever”
Waar
Niet waar

Slide 6 - Poll

Vertel: Madelijn wil dus weten of lachen mensen creatiever maakt. 

Vraag: Wat denken jullie van de stelling: 'Lachen maakt je creatiever'? Wie denkt dat dit waar is? Wie denkt dat het niet waar is? Waarom denken jullie dat?

Doe: Peil de antwoorden bij de leerlingen en schrijf met de digitale pen op hoeveel leerlingen denken dat de stelling waar is en hoeveel leerlingen denken dat de stelling niet waar is. 

Dit peilen kan je doen door de kinderen voor het ene antwoord aan de ene kant van de klas te laten staan en vica versa, of door de leeringen hun vingers op te laten steken en deze te tellen.


Bespreek: kort waarom de leerlingen dit denken en bespreek zo nodig wat creativiteit is.
timer
40:00

Slide 7 - Tekstslide

Vertel: Maar wat zou er nou in deze doos zitten? Laten we kijken of we een onderzoeksplan kunnen maken met behulp van de inhoud van de doos.

Maar let op: zodra de doos open gaat, gaat ons onderzoek van start en gaat de tijd lopen!

Doe: Kies 1 of 2 leerlingen die de doos open mogen maken en aan de rest laten zien wat er in zit. Zorg ervoor dat iedereen het goed kan zien. Start de timer.
Laat de leerlingen even 'aanrommelen' met de materialen.

Vertel: De tijd dringt. Laten we kijken of we een onderzoeksplan kunnen maken met deze spullen!

Let op!  De timer loopt niet door op de andere dia's, een analoge timer is hierbij ook gewenst. 
Hoe zou je deze spullen kunnen 
gebruiken om een antwoord op de 
vraag van Madelijn te vinden? 

Slide 8 - Woordweb

Vraag: Hoe zou je deze spullen kunnen gebruiken om een antwoord op de vraag van Madelijn te vinden? 

Doe: Laat de leerlingen even in groepjes overleggen. Inventariseer daarna klassikaal per groepje de antwoorden. Schrijf deze op met behulp van de digipen of in een klassikaal gesprek.

Kijk goed naar de haalbaarheid van de onderzoeksopzetten. Zijn ze haalbaar in de 40 minuten die we hebben? 

Mocht de klas er niet uit komen, staan er op de volgende dia verschillende hints gegeven. 
Hints!

Slide 9 - Tekstslide

Vertel: Laten we kijken of we iets
aan de hint hebben! Op deze
pagina staan video’s van onderzoekers van verschillende onderwerpen.
Een van hen heeft een hint voor ons onderzoek. Welke zullen we bekijken?

Doe: Laat de leerlingen kiezen welk filmpje bekeken wordt. Als in het filmpje geen tip wordt genoemd moet nog een filmpje worden bekeken. Eén wetenschapper (Tim Mainhard) heeft daadwerkelijk een tip:

“Ik heb een belangrijke hint voor jullie. Madelijn wil weten of humor je creatiever maakt. Dat kan je bijvoorbeeld onderzoeken door de twee groepen een creatieve opdracht te laten doen. De ene groep mag van te voren niet lachen, de andere juist wel. Achteraf vergelijk je hoe de creatieve opdrachten zijn gemaakt. Was de groep die wel mocht lachen creatiever?
Verder is het ook heel belangrijk om een goed plan te maken voordat je begint met onderzoeken. Maak nu samen met je docent een onderzoeksplan op het bord!”

Doe: Schrijf op het bord:
1. Groep 1 (= achteraf lachen) maakt creatieve opdracht uit de doos
2. We maken elkaar aan het lachen
3. Groep 2 (= vooraf lachen) maakt creatieve opdracht uit de doos

Bespreek: Wat denken we van dit plan? Komt dit overeen met ons idee? Kunnen we iets toevoegen?

We hebben een plan dus nu kunnen we aan de slag!

Stap 1 
timer
2:00

Slide 10 - Tekstslide

Doe: 
  • Deel de klas op in 2 groepen
  • Deel de formulieren met de creatieve opdracht uit aan groep 1.
  • De creatieve opdracht is de vraag ‘wat kun je doen met een baksteen’
Let op: de andere groep mag de opdracht nog niet zien! Na het invullen draaien de leerlingen de blaadjes om en houden ze ‘m nog even bij zich.

Leg uit en doe: 
  • Groep 1 (= achteraf lachen) maakt de creatieve opdracht uit de doos. Ze krijgen hier 2 minuten voor. 
  • Groep 2 mag de creatieve opdracht nog niet zien.
  • Groep 2 bedenkt tijdens het wachten, hoe ze groep 1 aan het lachen gaan maken (met behulp van de spullen in de doos).
Stap 2
timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Doe: Beide groepen gaan elkaar aan het lachen maken. Groep 2 maakt groep 1 aan het lachen en groep 1 maakt groep 2 aan het lachen.
Stap 3
timer
2:00

Slide 12 - Tekstslide

Leg uit en doe:
  • Deel de formuliertjes uit aan groep 2.
  • Groep 2 maakt de creatieve opdracht. Ze krijgen hiervoor 2 minuten.
  • Groep 1 is heel stil en telt alvast de antwoorden van hun eigen groep.

Bespreek de resultaten!

Slide 13 - Tekstslide

Vertel: We zijn nu natuurlijk heel benieuwd welke groep de meeste antwoorden heeft gegeven op de creatieve vraag: de groep die eerst de opdracht heeft gemaakt en daarna pas heeft gelachen (groep 1) of de groep die eerst heeft gelachen en daarna pas de opdracht heeft gemaakt (groep 2).




Aantal antwoorden groep 1:


Aantal antwoorden groep 2:

Slide 14 - Tekstslide

Doe: Tel het aantal antwoorden op per groep. Schrijf de getallen op in de slide met de digitale pen. 



Is het idee van Madelijn: 'lachen maakt je creatiever'
waar of niet waar?
Waar
Niet waar

Slide 15 - Poll

Uitleg: Als groep 2 meer antwoorden heeft gegeven dan groep 1 kan de conclusie worden getrokken dat de stelling waar is. Als groep 1 meer antwoorden heeft gegeven dan groep 2 kan de conclusie worden getrokken dat de stelling niet waar is. 

Bespreek: met de klas wat de conclusie is van het onderzoek. Is de stelling 'Lachen maakt je creatiever' waar of niet waar?

Maar weten we nu écht zeker
of het waar of niet waar is?

Slide 16 - Woordweb

Vertel: We deden dit onderzoek om Madelijn te helpen er achter te komen of je van lachen creatiever wordt.

Vraag: Maar weten we nu écht zeker of het waar of niet waar is? Kan je dat wel zo zeggen? Waarom wel/niet?

Bespreek de antwoorden met de klas en formuleer een aantal punten die een "maar" zijn bij de conclusie.

Voorbeelden:
  • De groepen waren niet even groot (bereken gemiddelde)
  • De voorkennis van de groepen verschilde
  • Niet iedereen heeft even hard gelachen
  • We hadden in de pauze vooraf aan de les ook al gelachen
  • Niet alle creatieve ideeën waren goede antwoorden op de vraag
  • etc.
Hoe kunnen we ervoor zorgen
dat we het wel zeker weten?

Slide 17 - Woordweb

Vraag: Hoe zouden we er voor kunnen zorgen dat we het wel zeker weten?

Voorbeelden:
  • Groepen even groot maken
  • Experiment vaker doen
  • Meer proefpersonen vragen om mee te doen

Slide 18 - Video

Vertel: Dit was alweer het einde van de les. Madelijn wil jullie nog graag bedanken in de volgende video.

Doe: Speel het filmpje af.

Einde van de les.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies