2.3 Delfstoffen in soorten en maten

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Ga naar www.lessonup.com
Code invoeren (links onder op het bord)
Kies een naam 
En wacht even tot de les is gestart 

Slide 2 - Tekstslide

§2.3 Delfstoffen in soorten en maten 
§2.3 Wereld: Delfstoffen in alle soorten en maten 

Slide 3 - Tekstslide

Ouder
Jonger

Slide 4 - Sleepvraag

Leerdoelen par. 2.3
Je weet wat delfstoffen zijn
Je weet hoe het inkolingsproces verloopt
Je snapt hoe het kan dat delfstoffen opraken

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn delfstoffen?
Als we stoffen uit de grond halen die nuttig zijn voor de mens.

Drie soorten:
1. Metalen; ijzer, goud, lithium
2. Fossiele brandstoffen; steenkool, aardolie & aardgas
3. Diverse grondstoffen; keukenzout, grind, kalksteen
Delven = uitgraven

Slide 6 - Tekstslide

Fossiele brandstoffen 

Slide 7 - Tekstslide

Welke fossiele brandstoffen ken je?

Slide 8 - Woordweb

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Inkolingsproces:
Planten → veen → bruinkool → steenkool
                                                                                                   3 fases:

2
2. Door sedimentatie komt het veen steeds dieper te liggen. Met de diepte stijgt de temperatuur. Daardoor kan het pakket veen omgezet worden in bruinkool.
3
3. Wordt de druk en vooral temperatuur nog hoger, dan zal bruinkool veranderen in steenkool en gaat het laatste water en gas eruit. Deze 3 fases samen worden het inkolingsproces genoemd.
1
1. Afgestorven planten komen onder water te liggen, in een moeras. Door zuurstof te kort, verteren de planten niet. Er ontstaat veen.

Slide 11 - Tekstslide

Klimaat  →  tropisch klimaat 
Carboon: 350 tot 290 miljoen
 jaar gelede
Ligging →  rond de evenaar
→ Tropisch moeras

Slide 12 - Tekstslide

In welke periode begon het inkolingsproces van het steenkool in NL?
A
Krijt
B
Perm
C
Carboon
D
Tertiair

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Hoeveel delfstoffen zijn er straks nog voor jou beschikbaar? 

Slide 16 - Tekstslide

Welke delfstof raakt waarschijnlijk het snelst op?
A
Olie
B
Zeldzame aardmetalen
C
Lood
D
Antimoon

Slide 17 - Quizvraag


Hoe goed heb je de les begrepen?
A
B
C
D

Slide 18 - Quizvraag

Aan de slag
Maak een begin aan de opdracht die ik nu uit ga delen
Deze opdracht maak je in twee tallen (of alleen)

Zoek buiten de benodigdheden voor de batterij nog 4 andere delfstoffen

Bij vragen loop ik langs
Ben je klaar --> ELO opdrachten paragraaf 2.3





Slide 19 - Tekstslide