Pluriforme samenleving herhaling
1 / 22
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Gaat het hier om een vooroordeel, om stereotypering of discriminatie? Sleep de uitspraak & beschrijving naar het juiste vakje!
Vooroordeel
Stereotypering
Discriminatie
Wanneer mensen in dezelfde situatie anders worden behandeld.
Een oordeel hebben over iemand zonder dat je de feiten of die persoon kent.
Een vooroordeel hebben over een hele groep mensen.
Slide 3 - Sleepvraag
Wat is sociale cohesie?
A
Dat mensen andere mensen in de gaten houden
B
De samenhang in de samenleving, hoe mensen met elkaar omgaan.
C
Dat iedereen goed met elkaar omgaat
D
Dat iedereen niet goed met elkaar omgaat
Slide 4 - Quizvraag
Wat wordt bedoeld met nature-nurture debat?
Slide 5 - Open vraag
In de stad is meer sprake van ____ dan op het platteland.
A
Loyaliteit
B
Sociale cohesie
C
Anonimiteit
D
Rolpatronen
Slide 6 - Quizvraag
Leg uit: Wat is polarisatie?
Slide 7 - Open vraag
aangeboren eigenschappen
socialisatie
sociale controle
internalisatie
je leert normen en waarden door sancties, imitaite en informatie
je omgeving checkt of je je aan de groepsnormen houdt
je erft kenmerken van je vader of moeder
je gedraagt je automatisch zoals de groep verwacht
Slide 8 - Sleepvraag
Wat is een referentiekader?
A
Het gezichtspunt van waaruit je kijkt
B
Waarden en normen
C
Overtuigingen
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 9 - Quizvraag
internalisatie
identiteit
rolpatronen
gendernormen
genderneutraal
aangeleerde normen en waarden zijn vanzelfsprekend geworden
de persoon die jij bent, gevormd door alle kenmerken die bij jou horen en je ervaringen
gedrag wat we van elkaar in een bepaalde situatie verwachten
normen die 'horen' bij het man of vrouw zijn
er wordt geen onderscheid gemaakt tussen man of vrouw
Slide 10 - Sleepvraag
Rolpatronen
sociale controle
sancties
Slide 11 - Sleepvraag
Wat zijn rolpatronen?
A
Rolpatronen zijn hetzelfde als beeldvorming.
B
Rolpatronen zijn aangeboren.
C
Rolpatronen geven aan welk gedrag van je verwacht wordt.
D
Rolpatronen zijn gekleurde stukken behang.
Slide 12 - Quizvraag
Iemand die verhuist naar een andere woonplaats of een ander land om daar te werken.
Iemand die vertekt uit een gebied of land
Hoogopgeleide migrant die naar een ander land gaat om te werken
Iemand die vanwege bijvoorbeeld oorlog vertrekt uit zijn regio of ander land
Arbeidsmigrant
Kennismigrant
Emigrant
Vluchteling
Slide 13 - Sleepvraag
Migratie
Verhuizen naar Nederland
Verhuizen uit Nederland naar het buitenland
Mensen vertrekken naar een ander land of regio om daar te gaan wonen
Immigratie
Emigratie
Migratie
Slide 14 - Sleepvraag
Integratie
Segregatie
Assimilatie
Slide 15 - Sleepvraag
Tolerantie
Dominante cultuur
Subcultuur
pluriforme samenleving
dat je er geen probleem mee hebt dat mensen anders zijn of andere normen en waarden hebben dan jij.
Slide 16 - Sleepvraag
Ouderen worden vaak door kinderen opgevangen in plaats van in een verzorgingstehuis ondergebracht
A
Collectivistische cultuur
B
Individualistische cultuur
Slide 17 - Quizvraag
Hoe noem je de beweging die opkomt voor de rechten en positie van vrouwen?
A
Feminisme
B
Emancipatie
C
Socialisme
D
Vakbonden
Slide 18 - Quizvraag
Binnen dit begrip ligt de nadruk op persoonlijke ontwikkeling en individuele vrijheid
A
Stereotypering
B
Vooroordelen
C
Collectivistische cultuur
D
Individualistische cultuur
Slide 19 - Quizvraag
Wat is tolerantie?
A
Iemand belachelijk maken omdat hij zich anders gedraagt
B
De normen en waarden van anderen accepteren
C
Je aan de wetten houden
D
Mensen in hokjes plaatsen
