B1H-HAVO: Questions (be/have got) and Plurals

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

B1H Havo

Today's lesson plan:

- questions with 'to be' (herhaling unit 1)

- questions with 'have got' (herhaling unit 1)

- plurals (=meervoud)

Questions with

to be

Vormen van 'to be' zijn:

Wat is geen vorm van 'to be'?

1. not
2. is
3. am
4. are

Examples

He is 15 years old.
Is he 15 years old?

They are good at English.

Are they good at English?

Tim is very tall.

Is Tim very tall?

Maak vragend: The boy is fond of football.

Maak vragend: The girls are happy.

Maak vragend: You are very nice.

Questions with

to have got

Vormen van 'to have got'

she/he/it : 

I/you/we/you/they: 

Wat is geen vorm van 'to have'?

1. have
2. has got
3. haves got
4. have got

Examples

He has got a dog.
Has he got a dog?

They have got a big house.

Have they got a big house?

I have got the flu.

Have I got the flu?

Maak vragen:
Jessy has got Snapchat.

Maak vragend:
Your parents have got 4 children.

Plurals

Singular = enkelvoud

Plural = meervoud

Basisregel: enkelvoud +s

s-klank

Woorden die op een s-klank eindigen (-s, -x, -sh) krijgen +es

box - boxes

bush - bushes

bus - buses

woorden op -o

Woorden die op een -o eindigen, krijgen meestal +es

hero - heroes

tomato - tomatoes

potato - potatoes

woorden op -y

Woorden die op een medeklinker gevolgd door -y eindigen, krijgen -ies

baby - babies

hobby - hobbies

let op: toy - toys

woorden op -o

Woorden die op een -o eindigen, krijgen meestal +es

hero - heroes

tomato - tomatoes

potato - potatoes

woorden op -f(e)

Woorden die op -f of -fe eindigen, krijgen -ves

thief - thieves

wolf - wolves

wife - wives

onregelmatig

Sommige woorden hebben een onregelmatig meervoud. Leer ze uit je hoofd!

man - men

woman - women

child - children

tooth - teeth

goose - geese

fish - fish

www.bookwidgets.com

Homework: Havo

Klaar? Open Magister en open dan All Right

Unit 2, paragraaf 2 maak opdrachten 1-2-3-4

Tijd over? Dan kun je de woorden in Quizlet oefenen.