Jeelo - Leren van personen van vroeger

Leren van personen van vroeger
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 5-7

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leren van personen van vroeger

Slide 1 - Tekstslide

VOC en de Gouden Eeuw

Slide 2 - Tekstslide

Koopmannen
In de tijd van de VOC werden koopmannen heel rijk met handel over zee.
Koopmannen gingen samenwerken, zodat ze niet alleen alles hoefden te betalen. 

Slide 3 - Tekstslide

Hoe heette zo’n groep koopmannen?
A
Compagnie
B
Club
C
Kolonie
D
Compagnie

Slide 4 - Quizvraag

Waarom zou je als koopman meedoen aan een compagnie? Er zijn twee antwoorden goed.
A
Je hoefde niet alles zelf te betalen
B
Dat was gezellig
C
Samen ben je machtiger
D
Je hoefde niet zo lang op schepen te wachten

Slide 5 - Quizvraag

VOC steden
Er waren zes VOC steden in Nederland. Amsterdam was de grootste. 
Wat was de belangrijkste VOC stad in Oost-Indië?

Slide 6 - Tekstslide

De belangrijkste VOC stad
in Oost-Indië heette...

Slide 7 - Woordweb

De reis naar de Oost

De reis naar Oost-Indië duurde lang: wel 9 maanden!
De reis was zwaar en gevaarlijk. Noem voorbeelden waarom dit zo was.

Slide 8 - Tekstslide

De reis was zwaar en gevaarlijk, omdat …..

Slide 9 - Open vraag

Aan boord
Aan boord waren vaak wel 200 man. De meeste bemanningsleden waren matrozen. Er was een kok, dokter en een soort politie. 

Hoe noem je deze politie aan boord?

Slide 10 - Tekstslide

De politie aan boord noemde je de....
A
Agent
B
Kapitein
C
Scheepsjongen
D
Provoost

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

De VOC deed zaken met kooplui uit allerlei landen. Hoe werd er betaald in de tijd van de VOC?
A
Met de pinpas
B
Met munten
C
Met ruilspullen

Slide 13 - Quizvraag

Ruilspullen
De VOC nam spullen mee die hier niet zo duur waren. Ze ruilden deze spullen met dure stoffen, specerijen, tabak, koffie en thee.
Voorbeelden van ruilspullen waren:
- Zilver
- Wollen stoffen
- Wijn 

Slide 14 - Tekstslide

Handel
Die spullen ruilen heet handel. Maar was die handel wel eerlijk.....?

Stel, je verkoopt peper aan de VOC. Maar de VOC betaalt er te weinig voor. Stiekem verkoop je ook aan anderen. Wat zal de VOC doen?

Slide 15 - Tekstslide

Dit vind ik van de handel van de VOC

Slide 16 - Open vraag

Koloniën
Nederlanders keken in de 16e eeuw jaloers naar Portugese schepen. Die voeren de hele wereld over. Ze kwamen terug met goud, zilver en specerijen.

Dat wilden de koopmannen hier ook wel! Al snel voeren ze naar Amerika en Azië.

 

Slide 17 - Tekstslide

Wat is een kolonie?
A
Een stuk land aan de andere kant van de zee
B
Een stuk land waar een buitenlandse koning de baas is
C
Een stuk land dat door een ander land veroverd is

Slide 18 - Quizvraag

Mensenjagers
Koffie, suiker en tabak werden verbouwd op grote plantages. Daar waren veel mensen voor nodig. Hiervoor gebruikten we slaven, want die kostten niets.
De slaven werden naar een Nederlands fort gebracht. Ze werden daar opgesloten in een kelder. Ze moesten daar wachten op het schip dat ze naar Amerika bracht.

Slide 19 - Tekstslide

Waar haalden wij de meeste slaven vandaan?
A
Noorwegen
B
Afrika
C
Indië
D
Amerika

Slide 20 - Quizvraag

Multatuli
Multatuli heette eigenlijk Eduard Douwes Dekker. Hij gebruikte de naam Multatuli toen hij schrijver werd.
Hij werkte in Indië. Daar zag hij hoe moeilijk de bevolking het had.

Slide 21 - Tekstslide