Je weet waardoor na de val van het Romeinse Rijk steden in verval raakte en de handel in Europa verminderde
- Aan het einde van de les weet je waar het hoofdstuk over gaat
- Aan het einde van de les weet je waarom er verstedelijking ontstond in de late middeleeuwen
- Klassikaal een woordweb maken: wat weet je al?
- Verstedelijking: van het platteland naar de stad
- Klassikaal maken opdracht over het drieslagstelsel en verstedelijking
Kun je in eigen woorden uitleggen waardoor verstedelijking ontstond in de late Middeleeuwen en welke oorzaken dit had?
-
Planning doornemen voor de aankomende periode + praktische opdracht voor het cijfer
Geen :)
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Datum:
Vak: Geschiedenis
Je weet waardoor na de val van het Romeinse Rijk steden in verval raakte en de handel in Europa verminderde
- Aan het einde van de les weet je waar het hoofdstuk over gaat
- Aan het einde van de les weet je waarom er verstedelijking ontstond in de late middeleeuwen
- Klassikaal een woordweb maken: wat weet je al?
- Verstedelijking: van het platteland naar de stad
- Klassikaal maken opdracht over het drieslagstelsel en verstedelijking
Kun je in eigen woorden uitleggen waardoor verstedelijking ontstond in de late Middeleeuwen en welke oorzaken dit had?
-
Planning doornemen voor de aankomende periode + praktische opdracht voor het cijfer
Geen :)
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het einde van de les weet je waar het hoofdstuk over gaat en
je weet waarom er verstedelijking ontstond in de late middeleeuwen, en welke oorzaken dit had
Slide 2 - Tekstslide
Wat weet jij eigenlijk van de Middeleeuwse stad?
Slide 3 - Woordweb
Hoe zat het ook alweer met de Middeleeuwen?
De tijd na het Romeinse Rijk (Oudheid) en vóór de Nieuwe Tijd.
Het ligt in het midden van die twee perioden: tussenperiode
Ongeveer tussen 500 en 1500
Vroege Middeleeuwen: 500-1000
Late Middeleeuwen: 1000-1500
Slide 4 - Tekstslide
lezen paragraaf 6.1
Leerboek pagina 116 en 117
Slide 5 - Tekstslide
Late Middeleeuwen
Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
Het is 'veiliger' en 'rustiger'
Er komt meer handel
Geld komt weer terug
Bevolking groeit
Er ontstaan steden
Macht van de steden neemt toe
De adel krijgt (soms) minder macht
Dit is een plattegrond van Zwolle in de Middeleeuwen
Slide 6 - Tekstslide
Verbeteringen in de landbouw
Rond het jaar 1000
11e eeuw grotere oogsten, door verbeterde landbouwtechnieken en nieuwe uitvindingen:
Drieslagstelsel
IJzeren ploeg
Halsjuk
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Ploeg
Slide 9 - Tekstslide
Steeds meer handel
Verbeteringen in de landbouw leveren meer oogst op
Overschotten worden verkocht of geruild op markten
Geld wordt steeds meer gebruikt als (handig) ruilmiddel
Einde aan de aanvallen van Vikingen in West-Europa: meer veiligheid
Handelaren komen daardoor in verschillende landen en nemen andere producten (wijn of zijde) mee.
Slide 10 - Tekstslide
Verstedelijking
Doordat boeren efficiënter het land bewerken, minder horigen nodig
Steeds meer mensen gaan als burger in de stad wonen
Komen steeds meer nieuwe steden bij
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
p. 140 wb
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Datum:
Vak: Geschiedenis
· Je kunt uitleggen waarom in Europa vanaf de elfde eeuw steden ontstonden en bestaande steden groeiden.
· Je kunt beschrijven hoe burgers hun stad bestuurden.
· Je kunt beschrijven hoe ambachtslieden en handelaren zich organiseerden.
- Herhaling: ontstaan van steden, verbeteringen in de landbouw
- Ambachtsgilde, stadsrechten, stadsbestuur
Economische en sociale functies van gilden
Opdracht 5b werkboek
Kun je in eigen woorden uitleggen hoe burgers de stad bestuurden en hoe ambachtslieden zich organiseerden?
Opdrachten maken bij paragraaf 6.1
Is het gelukt met alle opdrachten? Welke vragen heb je nog?
geen :)
Slide 15 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het einde van de les kun je beschrijven hoe burgers hun stad bestuurden.
en hoe ambachtslieden en handelaren zich organiseerden.
Slide 16 - Tekstslide
lezen paragraaf 6.1
Leerboek pagina 118 en 119
Slide 17 - Tekstslide
Verbeteringen in de landbouw
Rond het jaar 1000
11e eeuw grotere oogsten, door verbeterde landbouwtechnieken en nieuwe uitvindingen:
Drieslagstelsel
IJzeren ploeg
Halsjuk
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Ploeg
Slide 20 - Tekstslide
Verstedelijking
Doordat boeren efficiënter het land bewerken, minder horigen nodig
Steeds meer mensen gaan als burger in de stad wonen
Komen steeds meer nieuwe steden bij
Slide 21 - Tekstslide
Werken in een gilde
Omdat de oogst groter wordt, hoeft niet iedereen meer boer te zijn: er ontstaan andere beroepen: ambachten
Mensen met hetzelfde ambacht zitten in een gilde.
Het gilde controleerde ook de kwaliteit van de producten en stelde de verkoopprijs vast.
Bij ziekte en overlijden kreeg het gezin hulp van het gilde.
Slide 22 - Tekstslide
Blij met de stad!
Alle inwoners van een graafschap moesten gehoorzaam zijn aan de heer.
Ook de inwoners van steden, maar die wilden liever eigen baas zijn
De heer vond een machtige en rijke stad helemaal niet erg: al die rijkdom!
De inwoners van de stad en heer maken afspraken, vastgelegd in stadsrechten
Slide 23 - Tekstslide
Stadsrechten
Een stad met stadsrechten mag een stadsmuur bouwen
De stad mag zelf rechtspreken, maar een ambtenaar (de schout) van de heer moet wel aanwezig zijn en een deel van de boetes is voor de heer
De inwoners van een stad waren vrije poorters (geen bezit van de heer)
In ruil voor deze rechten moet de stad belasting betalen
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Straffen in de Middeleeuwen
Zeker: lijfstraffen en doodstraffen kwamen voor...
...maar de meeste straffen waren geldboetes!
Die leverden meer op en kostten minder geld: een beul moet je als stad namelijk ook gewoon betalen!
Slide 26 - Tekstslide
Klik op de hotspots en sleep de straffen en de gezegden naar de juiste plek in de afbeelding.
Een gruwelijk goede opdracht!
Hand afhakken
Geselen
Ogen uitsteken
In het water gooien
Ophangen
Op de brandstapel
Onthoofden
"Iemand de ogen uitsteken."
"Hij voelt zich geradbraakt."
"Ik maak hem een kopje kleiner."
" Zij werd op de pijnbank gelegd."
"Ze legden hem het vuur aan de schenen."
"Dat doet hem de das om."
Slide 27 - Sleepvraag
p. 142 wb
Slide 28 - Tekstslide
Opdrachten
Ga aan de slag met het maken van opdrachten:
6, 7, 11 en 12
Leerboek: 117 en 118
Werkboek: 142 en 143
Slide 29 - Tekstslide
Datum:
Vak: Geschiedenis
je weet door welke landbouwinnovatie in de late middeleeuwen er voedseloverschotten kwamen en hoe dit leidde tot verstedelijking
· Je kunt beschrijven hoe burgers hun stad bestuurden.
· Je kunt beschrijven hoe ambachtslieden en handelaren zich organiseerden.
- Korte herhaling ambachtsgilden en handel in Europa (10 min)
Klassikaal maken opdracht 7: ambachtsgilde
Kun je in eigen woorden uitleggen hoe de verbeteringen in de landbouw leidde tot de groei van steden en hoe deze steden werden bestuurd?
Zelfstandig aan de slag met opdrachten: 6, 10, 11 en 12
Opdrachten bespreken en nakijken
geen :)
Slide 30 - Tekstslide
Leerdoel
· Je kunt beschrijven hoe burgers hun stad bestuurden.
· Je kunt beschrijven hoe ambachtslieden en handelaren zich organiseerden.
Slide 31 - Tekstslide
Verstedelijking
Doordat boeren efficiënter het land bewerken, minder horigen nodig
Steeds meer mensen gaan als burger in de stad wonen
Komen steeds meer nieuwe steden bij
Slide 32 - Tekstslide
Werken in een gilde
Omdat de oogst groter wordt, hoeft niet iedereen meer boer te zijn: er ontstaan andere beroepen: ambachten
Mensen met hetzelfde ambacht zitten in een gilde.
Het gilde controleerde ook de kwaliteit van de producten en stelde de verkoopprijs vast.
Bij ziekte en overlijden kreeg het gezin hulp van het gilde.
Slide 33 - Tekstslide
Blij met de stad!
Alle inwoners van een graafschap moesten gehoorzaam zijn aan de heer.
Ook de inwoners van steden, maar die wilden liever eigen baas zijn
De heer vond een machtige en rijke stad helemaal niet erg: al die rijkdom!
De inwoners van de stad en heer maken afspraken, vastgelegd in stadsrechten
Slide 34 - Tekstslide
Stadsrechten
Een stad met stadsrechten mag een stadsmuur bouwen
De stad mag zelf rechtspreken, maar een ambtenaar (de schout) van de heer moet wel aanwezig zijn en een deel van de boetes is voor de heer
De inwoners van een stad waren vrije poorters (geen bezit van de heer)
In ruil voor deze rechten moet de stad belasting betalen
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
De Hanze
De meeste steden hadden een plein, waarop markten werden gehouden.
De belangrijkste markt was de jaarmarkt, die een paar weken duurde.
Veel handelaren reisden van jaarmarkt naar jaarmarkt.
Een groep steden in Europa werkte samen om meer handel te krijgen.
Ze noemden hun vereniging de Hanze.
Slide 37 - Tekstslide
Kaart waarop alle Hanze-steden te zien zijn. De steden van de Hanze lagen vooral in Duitsland. Hier in Nederland waren onder andere de IJsselsteden Kampen en Deventer lid van de Hanze.
Handelaren van Hanzesteden hadden allerlei voordeeltjes als ze handelden in elkaars steden. Ze betaalden bijvoorbeeld minder tol en belasting.