V6 Literatuur 23 Vorm of vent 1914-1940

Welkom v6ta!
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Welkom v6ta!

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  1. 10 minuten lezen
  2. Literatuur 23: vorm of vent (1914-1940)
  3. Afsluiting (leerdoelcheck)
  4. Vooruitblik (naar volgende les)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Doel

Je leert over de wereld- en mensbeeld in de periode 1914-1940 en hoe deze in de literatuur vorm krijgt.

Slide 4 - Tekstslide

Literatuur 23 
Vorm of vent
1914-1940

Slide 5 - Tekstslide

Van wie was het werk op de vorige slide?
A
Van Gogh
B
Van Ostaijen
C
Mondriaan
D
Zoutewelle

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Modernisme
  • Kunstenaars en schrijvers gaan op zoek naar nieuwe vormen om de werkelijkheid te beschrijven. 
  • Tegelijkertijd ontstaat er een fundamentele discussie tussen de aandacht voor vorm en de aandacht voor de mens achter een werk (vent). 
  • Beide bewegingen vormen samen het modernisme

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Hoe heten de voorlopers van het modernisme?

Slide 10 - Open vraag

Nihilisme
  • ​De behoefte aan nieuwe manieren om de werkelijkheid te beschrijven, wordt versterkt door de verschrikkingen van de WOI en de dreiging van een volgende. 
  • Kan je de werkelijkheid überhaupt kennen en is taal wel in staat om deze te beschrijven? 
  • Deze scepsis en twijfel wordt gevoed door het nihilisme zoals verwoord door Friedrich Nietzsche: de wereld is chaotisch en zonder fundament, niets heeft betekenis, alles is zinloos.​
  • Het nihilisme krijgt onder andere vorm in dada.


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Hoe krijgt het nihilisme
vorm in dada?

Slide 14 - Open vraag

"Vorm-fans"
  • De vorm-aanhangers laten de vaste vormen zoals rijm, metrum of een bepaalde strofebouw van de Tachtigers steeds meer los. 
  • Paul van Ostaijen experimenteert bijvoorbeeld met klanken, frasen uit liedjes en typografie in o.a. Bedreigde stad. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide


Aan welke elementen in het gedicht Bedreigde stad (zie p. 224 handboek) kun je zien dat Van Ostaijen een 'vorm-fan' is?

Slide 17 - Open vraag

Op elk nieuw geluid ontstaat vanzelf een tegengeluid.

de vorm- of ventdiscussie

Slide 18 - Tekstslide

"Vent-fans"
  • E. Du Perron en Menno Ter Braak bieden verzet tegen de aandacht voor vorm van de expressionisten en vragen juist meer aandacht voor de mens achter een werk: de vent en diens visie, intellect en persoonlijkheid. 
  • De vent-aanhangers zijn tegen mooipraterij en sluiten qua stijl aan bij de in Europa ontstane nieuwe zakelijkheid: functioneel taalgebruik, beschrijvingen van gewone gebeurtenissen en in alledaagse taal (realistische visie).

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide


Lees het fragment uit Kaas (zie p. 229 handboek). Welke kenmerken van de nieuwe zakelijkheid zie je hierin terug? 

Slide 22 - Open vraag

Slide 23 - Tekstslide

Vent-criterium
  • Hoe meer de dreiging van het nationaalsocialisme in Duitsland toeneemt, hoe meer Forum ook                                 gaat dienen om kritiek te dienen op het                                                               fascisme. 
  • Ook is men kritisch op het kolonialisme,                               slavernij, communisme en christendom. 

Slide 24 - Tekstslide

Wat houdt de vorm-of-ventdiscussie in?
A
Zijn gedichten zonder inhoud goed?
B
Is een man leuk als hij een leuk uiterlijk heeft?
C
Moeten gedichten voldoen aan vormeisen?
D
Gaat het om het werk of de mens achter het werk?

Slide 25 - Quizvraag

Vernieuwingsdrift
  • Niet iedereen gaat mee met de avant-gardisten of een tegenbeweging. 
  • Er zijn ook dichters en schrijvers die zich vasthouden aan de traditie: neoromantiek (Jan Jacob Slauerhoff).
  • Sommige schrijvers en dichters blijven ongebonden en gaan hun eigen weg (Martinus Nijhoff).

Slide 26 - Tekstslide


Waarom ontstond het modernisme?
Lesdoelcheck! 

Slide 27 - Open vraag


Noem 2 stromingen binnen het modernisme.
Lesdoelcheck! 

Slide 28 - Open vraag

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Vooruitblik
Volgende les: woensdag 11 oktober
  • Huiswerk: -
  • Meenemen: laptop, leesboek en handboek KERN (die met de harde kaft)
  • Programma: literatuur 24

Slide 31 - Tekstslide