6.c Discussiëren

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

6.c Discussiëren

Programma

-Nakijken + controleren huiswerk

-Herhalen Begrijpen van teksten

-Discussiëren

-Oefenen + huiswerk

10 min

10 min

10 min

40 min

Leerdoelen

Wat behandelen we vandaag?

• Ik weet wat een discussie is en hoe je op een goede manier discussieert. 
• Ik kan aangeven of een onderwerp geschikt is voor een discussie, een standpunt innemen en de standpunten en argumenten van anderen samenvatten. 
• Ik kan aangeven wat er wel en niet goed gaat in een discussie. 
• Ik kan in een discussie luisteren, standpunten naar voren brengen en naar overeenstemming zoeken. 

Huiswerk controleren + nakijken

Open je schrift. 

Ga naar Google Classroom. 

In de map "Nederlands h3u" vind je een kopje met "Antwoorden". 

Daarin staan de antwoorden van vorige les.

Kijk je gemaakte opdrachten na.  

Begrijpen van teksten

Wat weet je nog over tekstsoorten?

Wat weet je nog over tekstdoelen?

Wat weet je nog over het onderwerp en deelonderwerpen van een tekst?

Wat weet je nog over de structuur van een tekst?

Wat weet je nog over tekstverbanden?

Wat weet je nog over verwijswoorden?

Opwarmer 1

Denk terug aan een discussie die je ooit eens hebt gevoerd, bijvoorbeeld met je ouders of je vrienden. 

1. Wat was het onderwerp van de discussie?

2. Vond je dat iedereen goed naar elkaar luisterde? Licht toe. 

3. Zijn jullie tot een goede oplossing gekomen of niet? Licht toe. 

4. Heb je een positief gevoel aan de discussie overgehouden of niet? Licht toe. 

Opwarmer 2

Discussies kunnen nog weleens uit de hand lopen en overgaan in ruzie. 

1. Ken je een voorbeeld van een discussie die uit de hand liep?

2. Hoe komt het volgens jou dat een discussie makkelijk uit de hand kan lopen?

3. Hoe zou je ervoor kunnen zorgen dat een discussie niet overgaat in een ruzie?

Discussiëren

Blz 96-97

Criteria;

Stappenplan;

Gedrag.

Wat maakt een onderwerp geschikt om over te discussiëren? Noem DRIE kenmerken.

Leg per kenmerk uit waarom het belangrijk is dat een onderwerp hieraan voldoet.

Opdracht

1. Bedenk een probleem waarover jij graag zou discussiëren, bijvoorbeeld over iets op school, sport, hobby of over de gang van zaken bij je bijbaantje. (3 min in stilte).

2. Werk samen in een groepje van drie of vier leerlingen. Wissel uit welk probleem jullie bedacht hebben. Bespreek met elkaar in hoeverre jullie ideeën geschikt zijn als onderwerp voor een discussie. (10 min in groepjes). 

Oefeningen

Wie?	Zelfstandig.
Wat?	HAVO: hoofdstuk 6 paragraaf C, opdracht 3, 5, 6 en 9. VWO: hoofdstuk 6 paragraaf C, opdracht 3, 4, 6 en 8.
Hoe?	HAVO: oefenboek blz 102-103. VWO: oefenboek blz 110-111. Handboek blz 96-97.
Hulp?	Docent.
Tijd?	Tot 12:50.
Uitkomst?	Je beheerst de leerdoelen.
Klaar?	Zie studiewijzer volgende week.

Welke leerdoelen beheers je nu?

Deze leerdoelen beheers ik nu al

Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.

Ik weet wat een discussie is en hoe je op een goede manier discussieert. 

Ik kan aangeven of een onderwerp geschikt is voor een discussie, een standpunt innemen en de standpunten en argumenten van anderen samenvatten. 

Ik kan aangeven wat er wel en niet goed gaat in een discussie. 

 

Ik kan in een discussie luisteren, standpunten naar voren brengen en naar overeenstemming zoeken.