Spelling - H3.8 en H4.8

Spelling 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Spelling 

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van vandaag
  • werkwoordspelling toepassen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Even herhalen

Slide 4 - Tekstslide

Kies de juiste vorm:
Hij (vinden) het heel erg leuk op school.
A
vind
B
vinden
C
vindt
D
vint

Slide 5 - Quizvraag

Het werkstuk ...... (worden t.t.) te laat ingeleverd.

Slide 6 - Open vraag

Het werkstuk ...... (worden t.t.) te laat ingeleverd.

1. het werkstuk = het  
2. ik-vorm +t
3. ik word +t     
4. wordt             

Slide 7 - Tekstslide

Het schoolfeest ........... (luiden v.t.) het begin van het schooljaar in.


Slide 8 - Open vraag

Het schoolfeest ........... (luiden v.t.) het begin van het schooljaar in.
1. het schoolfeest = het 
2. ik-vorm +de/te
3. stam = lui  
4. in 't ex-kofschip?
5. nee - dus +de
6. luid +de
7. luidde          

Slide 9 - Tekstslide

Het grote huis .................... (branden v.t.) tot de grond toe af.


Slide 10 - Open vraag

Het grote huis .................... (branden v.t.) tot de grond toe af.

1. het grote huis = het 
2. ik-vorm +de/te
3. stam = bran  
4. in 't ex-kofschip?
5. nee - dus +de
6. brand +de
7. brandde          

Slide 11 - Tekstslide

Het grote huis is tot de grond toe ...............
(afbranden vdw).


Slide 12 - Open vraag

Het grote huis is tot de grond toe  .......(afbranden vdw).

1. afgebrand / afgebrant
2. stam = afbrand
3. d in 't ex=kofschip?
4. nee - dus d

5. afgebrand   

Slide 13 - Tekstslide

Persoonsvorm in tt
In de tegenwoordige tijd heeft de persoonsvorm drie vormen:
- ik-vorm
- ik-vorm + t
- hele werkwoord


Slide 14 - Tekstslide

Persoonsvorm in tt
- Eindigt de ik-vorm op -d ?
Dan schrijf je: ik vind – jij vindt – hij vindt – wij vinden.

- Eindigt de ik-vorm op -t ?
Dan schrijf je: ik zit – jij zit – hij zit – wij zitten.

Slide 15 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd
• Sterke en zwakke werkwoorden. 
 • Sterke werkwoorden: je kunt de spelling horen. 
 • Zwakke werkwoorden: 't ex-kofschip.

Slide 16 - Tekstslide

Persoonsvorm in vt
- Eindigt de stam op -d of -t en is het enkelvoud?
Dan schrijf je: antwoordde, praatte enz.

- Eindigt de stam op - d of -t en is het meervoud?
Dan schrijf je: antwoordden, praatten enz.

Slide 17 - Tekstslide

Maken
H3.8: Opdr. 1 t/m 3 in het boek (blz. 68)
H4.8: opdr. 1, 2, 4 en 5 (blz. 147)
Test jezelf online

Als er gewerkt wordt aan de opdrachten is het stil in de klas.

Klaar? Versterk Jezelf werkwoorden (online)

Slide 18 - Tekstslide